The alarm

143 10 1
                                    

Het is tijd.

Als de zon opkomt, vroeg in april, is het tijd. Het moment waar ze allen op hebben gewacht, waar de SVP maanden naartoe heeft gewerkt, waar iedereen opofferingen voor heeft moeten maken. Dat moment is hier. De messen zijn geslepen, letterlijk en figuurlijk. 

Ik kijk de Kamer door terwijl de eerste zonnestralen neerstrijken op de tientallen hangmatten. Sommige zwiepen rustgevend heen en weer, bij anderen hangt er een arm of been over het randje en weer anderen hangen doodstil, soms met iemand er in en soms niet. Het zijn de laatste momenten stilte en rust die ze gaan hebben. Het zijn de laatste ontspannen ademhalingen voor de meesten in de ruimte. 

Het is de stilte voor de storm. 

Een van de lagere hangmatten beweegt en een slaperige Benno gaat rechtop zitten, terwijl er een zonnestraal recht zijn gezicht in schijnt. Ik glimlach als hij met zijn hand het zonlicht probeert te blokkeren en vervolgens onhandig de hangmat uit rolt. Pas als de Italiaanse een opfrissende spreuk over zichzelf heeft uitgesproken, zichzelf heeft uitgerekt en even in zijn ogen heeft gewreven, ziet hij mij zitten op de bank naast de open haard. 

Ik neem een slok van mijn inmiddels derde kop koffie als Benno naast me plek neemt. 

'Je bent vroeg op voor jou doen, Kat. Uit de hangmat gevallen?'

Zijn ontspannen houding verdwijnt als ik geen antwoord geef. Benno's ogen schieten van het raam mijn kant op, zijn blik vragend. Geen van ons kijkt weg en ik zie de zoekende blik, de vele vragen die in de Zwadderaar's ogen drijven. Het was al stil de laatste tijd, te stil. 

'Wat is er aan de hand, Kat? Wat is er gebeurd?'

'Benno,' zeg ik zachtjes. Het besef komt al voordat ik de woorden uitspreek. 'Het einde is aangebroken. Het is tijd.'

Benno zwijgt voor enkele seconden. 'Tijd voor wat precies, Katelynn Mergel?'

Ik haal diep adem en kijk mijn Italiaanse vriend en steun lang aan, mijn mondhoeken gevormd tot meer een grimas dan een glimlach. Ver achterin mijn hoofd speelt de vraag wat Benno zal doen tijdens de laatste battle. Blijft hij of brengt hij zichzelf in veiligheid?

'Het is tijd voor de Slag om Zweinstein, Ben,' fluister ik. 'De oorlog zal hier worden uitgevochten en dat gebeurt vannacht.'

Benno vloekt binnensmonds, iets wat ik hem niet vaak heb zien doen, en haalt gestrest een hand door zijn haar. 'Wat moeten we doen, Kate? De leerlingen... iedereen moet het kasteel uit. Weten de Kragges en Sneep dit ook? Hoeveel mensen zijn hiervan op de hoogte?'

'Benno, stop.'

De Zwadderaar stopt abrupt met praten, maar zijn afwachtende blik verdwijnt niet. Hij wil antwoorden en wel nu.

Ik zucht. 'Alleen Harry, Ron, Hermelien en ik weten het. Jij bent de eerste die ik het vertel omdat je de eerste bent die wakker is. Er zijn meer mensen die weten dat de laatste battle plaats gaat vinden op Zweinstein, maar die weten niet wanneer.'

'In Salazar's naam,' mompelt Benno, terwijl hij zijn hoofd in zijn handen begraaft. 'En de leerlingen?'

'Die gaan we vanavond evacueren. Ik heb een plan. Benno, dit ga je alles behalve leuk vinden om te horen, maar ik moet er zometeen vandoor. Harry, Ron en Hermelien gaan iets doen wat hun fataal kan worden en ik moet er bij zijn. Als dat is afgelopen zal ik direct terugkeren naar de Kamer, waarna de drie anderen mij snel zullen volgen. Zodra ik terug ben zetten we de evacuatie in werking en schakelen we de Kragges uit.'

Er is wat beweging bij de hangmatten te zien, maar nog niemand gaat rechtop zitten.

'Er gaan doden vallen, niet waar Kat,' vraagt Benno angstig.

NO TIME TO DIE - Katelynn MergelWhere stories live. Discover now