In the hospital wing

625 39 23
                                    

Het eerste wat ik merk is dat ik een barstende koppijn heb. Het voelt alsof iemand met een enorme hamer op mijn hoofd heeft geslagen en ik nu een zware hersenschudding heb. 

Ik knipper even met mijn ogen om ze te laten wennen aan het felle licht in wat ik nu herken als de ziekenzaal. De gordijnen zijn half gesloten maar de herfstzon schijnt er zonder genade doorheen recht mijn gezicht in. 

Met een lichte kreun hijs ik mezelf wat overeind, al lijken mijn spieren niet mee te werken. Ik zou het nog het beste kunnen beschrijven als spierpijn na een zware wedstrijd Zwerkbal. Geïrriteerd sluit ik mijn ogen weer even om mijn lichaam te laten wennen aan bewegen. Ik krijg Kragge nog wel. 

Als ik ze weer open kijk ik voor het eerst goed rond in de ziekenzaal. Er liggen meerdere andere leerlingen, waarvan sommige slapen en andere wakker zijn. Snel bekijk ik de gezichten die ik kan zien op bekenden, maar de enige die ik echt herken is een zesdejaars Ravenklauw een paar bedden verderop. Met een zucht laat ik me weer in het kussen vallen. 

Het is wel alsof ze het gehoor van een havik heeft, want binnen de kortste keren staat madame Plijster naast mijn bed. 

'Goed om te zien dat u weer wakker bent, juffrouw Mergel,' zegt ze met een glimlach, terwijl ze in haar handen een voorraad drankjes vast heeft. 

'Hoe lang ben ik buiten bewustzijn geweest?' vraag ik, de drankjes met een lichte frons bestuderend. Mijn gezicht betrekt als ze de eerste aangeeft, eentje die ik maar al te goed herken. 

'Je kent de manier van werken hier; je zal ze toch echt allemaal moeten opdrinken.' De glimlach van madame Plijster verdwijnt. 'Je bent ruim anderhalve dag buiten bewustzijn geweest. De heer Zabini heeft je woensdagmiddag hier gebracht en het is nu vrijdagochtend.' 

Ik grimas even. Dan ben ik een aardige periode buiten bewustzijn geweest. Dan valt een groep kleuren in mijn ooghoek ineens op. Op het tafeltje naast mijn bed staan meerdere kaarten, een enorme hoeveelheid snoep en chocola en zelfs nog wat ingepakte dozen. Het aanzicht brengt automatisch een glimlach op mijn gezicht. Zo te zien zijn mijn vrienden al langs geweest. 

'Je hebt veel bezoek gehad. Ik heb zelfs derdejaars en vierdejaars zien langskomen om je een kaartje te brengen. Op sommige momenten heb ik ze moeten wegsturen omdat ze de rust van de andere leerlingen verstoorden,' legt madame Plijster uit met een strenge 'wat ben je van plan' blik op haar gezicht. Ik kijk haar zo onschuldig mogelijk aan. 

'Wat lief. Ik zal proberen iedereen persoonlijk te bedanken.' 

De deuren van de ziekenzaal vliegen open en er komen twee figuren op hoog tempo naar binnen lopen, eentje gekleed in het rood en eentje gekleed in het donkergroen. Ik herken hun stemmen al voordat ik ze echt goed kan zien. 

Ginny's ogen sperren zich wijd open als ze ziet dat ik wakker ben. 

'Kate!' roept ze blij en ze snelt naar me toe om me een knuffel te geven. 

'Goed om je weer bij ons te hebben, Kat,' zegt Theo met een glimlach als hij naast mijn bed staat. 'Je liet ons schrikken.'

Hij geeft me een puntige blik en ook Ginny kijkt even vragend. Beide weten dat ik tegen de cruciatus bestand hoor te zijn en willen graag weten waarom ik hier wel op reageerde. 

Mijn blik dwaalt even af naar madame Plijster, die de hint direct lijkt te begrijpen en met een kleine grijns naar andere patiënten snelt. 

'Ik heb een theorie, maar het is een lichte gok,' zeg ik zacht. 'Draco was degene die de cruciatus uitvoerde op volle kracht. Ik denk dat de magie ander is als iemand van wie je houdt je zo pijn wilt doen... krachtiger.' 

De Griffoendor en Zwadderaar fronsen. 

'Dus als Kwast de vloek had uitgevoerd dan was er niks aan de hand geweest?' vraagt Theo ter bevestiging. Ik knik. 

'Ingewikkeld,' vindt Ginny. 

Ik haal mijn schouders op. Dat is nu de minste van mijn zorgen. 'Heb ik nog iets gemist in de afgelopen twee dagen?' 

Bij die vraag verschijnt er direct een grijns op Ginny's gezicht, die ze daarna meteen probeer te verbergen. Dat kan alleen maar over de SVP gaan, aangezien haar ogen heel even naar Theo schieten. 

De jongen heeft meteen door dat er iets is wat niet voor zijn oren bestemd is, want hij rolt even met zijn ogen. Ik grijns bij het typische beeld. Men zegt dat Griffoendors een open boek zijn en Ginny Wemel is daar het perfecte voorbeeld van. 

'De lessen waren saai en niet bijzonder,' zegt Theo verveeld. 'Blijkbaar is er wat opstand geweest nadat jij gemarteld was, ook door de leraren, dus de Kragges doen even rustig aan, maar ik ben bang dat dat maar voor korte tijd is.' 

'Er is een onaangename spanning in de gangen,' voegt Ginny er zacht aan toe. 'Je ziet dat veel leerlingen zich willen verzetten maar er te bang voor zijn.' 

'Probeer die leerlingen te identificeren en benader ze,' mompel ik naar haar. Theo trekt even zijn wenkbrauw op, maar ik negeer het. Ginny knikt met een stoïcijnse blik. 

'Wanneer mag je weer van de ziekenzaal af?' vraagt ze, terwijl ze haar blik even op madame Plijster laat rusten.

'Ik hoop dit weekend, maar ik heb er nog niks over gehoord,' zeg ik. 

'We zullen vaker langskomen,' zegt Theo, die weer opstaat van zijn stoel. 'Onze lessen beginnen over tien minuten Wemel. We moeten er vandoor.' 

'Hou nog even vol, Kate.' Ginny knijpt even in mijn hand en volgt dan Theo, die nog even naar me zwaait, richting de uitgang.

Met een iets lichter gevoel laat ik me weer achterover in het kussen zakken.

Een aantal dagen later mag ik weer van de ziekenzaal af, maar het lijkt wel alsof ik een ander kasteel ben binnen gestapt. Ik kan het gevoel niet beschrijven als ik weer door gangen van Zweinstein loop. De plek die ooit mijn thuis was, voelt nu als een gevangenis. Een plek voor plezier en liefde is nu een plek van bitter en haat.

In die dagen heb ik van velen bezoek gekregen. Niet alleen Ginny en Theo zijn nog vaak langs geweest, ook Benno en een groot deel van de SVP heb ik gesproken. De berg chocolade die ik overgehouden heb, heb ik naar de Kamer van Hoge Nood gebracht. Ik vermoed dat er zich daar snel een groepje leerlingen bevindt, die het wel kunnen gebruiken. 

Tijdens mijn tijd in de ziekenzaal betuigden mijn vrienden hun steun, hielpen me aansterken en ondersteunen me nu bij veel inspanning. Een cruciatus vloek verzwakt een mens ongekend en ondanks dat ik er toch iets beter tegen leek te kunnen, voelt mijn lichaam moe.

Er is een persoon geweest, eentje tussen al mijn vrienden, die ik niet gezien heb. Draco Malfidus heeft geen een keer zijn gezicht getoond in die dagen. Ik weet dat hij zich misschien schuldig voelt, maar het doet me pijn. Na alles wat hij gedaan heeft dit jaar, doet dit me wel het meeste pijn.

Met langzame stappen hijs ik mezelf omhoog naar mijn slaapkamer, toe aan een diepe slaap. 

.............................

Hello hello! Na jullie wensen in het vorige hoofdstuk gelezen te hebben, kan ik niks anders dan jullie belonen met een anders perspectief. Ik ga nog niet verraden wiens perspectief het is, maar bereid je maar vast voor op het volgende hoofdstuk ;)

Ik heb corona :( - ben gelukkig alleen maar verkouden, maar zit dus wel lekker een week in isolatie..

see youu x

NO TIME TO DIE - Katelynn MergelWhere stories live. Discover now