OO8 • You're not sorry... *GEUPDATE*

5.3K 280 33
                                    

In een kleine groep liepen wij allemaal de Grote Zaal binnen met Professor McGonagall voorop. Ze droeg in haar ene hand een stoffige, oude tovenaarshoed en in haar andere hand een houten kruk.

De eerste jaars keken angstig om zich heen naar de mede leerlingen die allemaal al opgesteld waren aan vier lange tafels. Boven iedere tafel hing het logo van één van de vier afdelingen.

Toen ik de tafel van Gryffindor spotte zocht ik direct naar drie bekende gezichten. Ik zag Harry, Ron en Hermione ergens in het midden van de tafel zitten, vergezeld door andere Gryffindors die ik niet kende.

Professor McGonagall hield halt voor een verhoging waar nog een lange tafel op stond, maar deze stond echter horizontaal van de rest, uitkijkend over de rest van de zaal. Ik vermoedde dat de mensen die daar aan de tafel zaten allemaal leraren waren.

Professor McGonagall stapte de verhoging op, legde de kruk neer en liet vervolgens de oude tovenaarshoed er op neer vallen. Tot mijn verbazing, en die van alle andere eerstejaars scheurde de naad van de hoed open en begon het luidkeels te zingen:

"Heel lang gelee - ik was nog jong,
En Hogwarts slechts in aanbouw,
Dachten de stichters van onze school:
We blijven elkaar voorgoed trouw.
Verenigd door een ideaal,
En met een doel in 't leven:
Komen tot de beste toverschool,
Om hun kennis door te geven.
'We bouwen en onderwijzen saam!'
Besloten de vier kameraden.
Ze dachten niet dat ook maar iets,
Hun vriendschap ooit zou schaden.
Want Gryffindor en Slytherin,
Waren de allerbeste vrinden,
En ook Hufflepuff en Ravenclaw,
Konden het met elkaar goed vinden.
Waarom liep het dan toch verkeerd?
Wat werd hun band fataal?
Ik was erbij en ken daarom,
Heel 't droefgeestige verhaal.
Slytherin zei: 'We nemen slechts
Leerlingen van zuiver bloed.'
Ravenclaw zei: 'We nemen hen,
Wier intelligentie ruim voldoet.'
Gryffindor zei: 'We nemen wie
Dapperheid en moed laat blijken.'
Hufflepuff zei: 'Ik neem iedereen,
En behandel hen als gelijken.'
Die geschillen leidden tot twist,
Toen ze voor het eerst ontstonden:
Elke stichter had zijn afdeling,
Voor wie ze 't geschiktste vonden.
Slytherin nam, u raadt het al,
Slechts studenten van zuiver ras,
Slim en sluw, zoals hijzelf,
Van allemaal de sluwste was.
Degenen met de scherpste geest,
Kregen van Ravenclaw onderricht,
En voor de dapperste leerlingen,
Deed Gryffindor zijn plicht.
Hufflepuff nam wie overschoot,
En leerde hen wat ze konden,
Zo bleven de stichters van de school,
In vriendschap met elkaar verbonden.
Heel Hogwarts werkte in harmonie,
Gedurende vele gelukkige jaren,
Maar toen ontstond er onenigheid,
Gevoed door angsten en bezwaren.
De vier afdelingen die onze school
Moesten stutten en versterken,
Raakten onderling allengs verdeeld,
En gingen elkaar tegenwerken.
Een tijdlang leek het of de school
Vroegtijdig een eind zou vinden,
Door al 't gevecht en geduelleer,
En de haat tussen oude vrinden.
Maar ten slotte brak de ochtend aan,
Dat Salazar Slytherin vertrok,
En hoewel men 't vechten staakte,
Was het voor iedereen een schok.
Nadat het viertal stichters,
Tot drie werd teruggebracht,
Waren de afdelingen nooit meer een,
Zoals oorspronkelijk gedacht.
Jullie weten waarom ik hier lig;
Jullie zagen me al vaak:
Ik verdeel jullie over de afdelingen,
Dat is nu eenmaal mijn taak.
Maar dit jaar ga ik verder,
Luister goed naar mijn lied;
Ik moet jullie weliswaar scheiden,
Maar gaarne doe ik dat niet.
Ik moet mijn plicht vervullen:
Elke afdeling krijgt zijn kwart,
Maar versnel ik daardoor niet het eind,
Dat ik vrees, denk ik met smart?
Zie de tekens en ken de dreiging,
Wat de geschiedenis ons leert is waar:
Door dodelijke vijanden van buiten,
Loopt ons Hogwarts groot gevaar.
We moeten de handen ineenslaan,
Anders gaan we van binnenuit stuk:
Genoeg gezongen en gewaarschuwd nu...
Het Sorteren begint; veel geluk"

Toen de hoed klaar was met zingen begon iedereen verbaasd en geschokt met elkaar te fluisteren. Ergens in het lied klonk er een waarschuwing, en blijkbaar had de hoed dat nog nooit eerder gedaan.

"Goed dan, laten wij maar beginnen met het sorteren!' riep Professor McGonagall boven het geroezemoes uit. Het viel direct stil in de zaal en iedereen richtte zijn of haar aandacht op de oude heks die nu een oud stuk perkament uitrolde en met de eerste naam begon:

"Adams, Jason," riep ze door de grote zaal. Een kleine eerste jaars stapte met een nerveuze blik op zijn gezicht naar voren toe en ging trillend op de kruk zitten. De jongen had zwart haar, maar ondanks zijn donkere haar, fel groene ogen. Hij deed mij een beetje aan Harry denken.

Professor McGonagall liet de oude tovenaarshoed op zijn hoofdvallen die direct zijn voorhoofd en ogen bedekte. Het was enkele seconden stil in de zaal tot de naad van de hoed vervolgens weer openscheurde en een stem door de zaal heen riep, "HUFFLEPUFF!"

Er klonk een luid applaus vanaf de Hufflepuff tafel en zelfs verscheidene Hufflepuffs stonden op om de jongen een warm welkom te schenken. De rest van de zaal klapte uiteraard mee.

Zo verliep de gehele ceremonie, tot Professor McGonagall bij de letter 'M' kwam en ik onverwachts mijn naam door de zaal heen hoorde galmen.

"Mccloud, Audrey."

Nerveus stapte ik naar voren toe en liet mij op de oude kruk neervallen. Ik merkte hoe alle aanwezigen mij verbaasd aankeken. Opnieuw klonk er gefluister door de zaal heen.

Professor McGonagall liet de stoffige hoed op mijn hoofd neervallen die bij mij gelukkig niet over mijn ogen viel.

"Zo, waar zullen we jou eens plaatsen," klonk de krakende stem van de hoed in mijn hoofd. Verbaasd keek ik even naar Professor McGonagall die geruststellend naar mij glimlachte.

"Ja, ik bespeur grootse krachten. Die zouden perfect ontwikkelt kunnen worden bij– Maar nee, ik bespeur ook wijsheid en moed," hoorde ik de hoed in mijn hoofd mompelen. 'Wat een lastige ben jij.'

Nerveus begon ik met mijn vingers te spelen terwijl de hoed maar in zich zelf bleef mompelen. Af en toe hoorde ik hem mompelen over Slytherin, dan weer Hufflepuff. Dan ging het weer van Hufflepuff naar Ravenclaw, tot Gryffindor.

"Ja, ik denk dat ik het weet," mompelde de hoed opnieuw, maar ditmaal klonk de stem niet alleen in mijn hoofd maar ook door de zaal. Ik zag hoe iedereen nieuwsgierig zijn aandacht op mij gericht hield, want vergeleken met de andere leerlingen, had het bij mij erg lang geduurd.

Ik hoorde de naad van de hoed openscheuren, gevolgd door de naam van de afdeling waar ik voor de rest van mijn schooltijd zou doorbrengen.

You're Not Sorry [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu