O59 • You're not sorry...

4K 234 7
                                    

De volgende ochtend zat ik samen met Harry al heel vroeg aan het ontbijt. Vele leerlingen van mijn afdeling lagen nog in zijn of haar bed, en dat gold het zelfde voor Harry zijn mede Gryffindors.
Zonder het echt afgesproken te hebben was ik naast Harry aan de Gryffindor tafel gaan zitten en aten wij beiden ons ontbijt in stilte op. Allebei in gedachten verzonken over gisteren.
Ik moest steeds weer denken aan Harry zijn vreselijke herinneringen en die van Snape. Ik kon Harry horen denken. Hij zat met het feit dat zijn vader een pestkop bleek te zijn. Daarom deed Snape al die tijd zo onaardig tegen hem.
'Harry, je moet er niet zo over inzitten.' zei ik de jongen toen hij na tien minuten er nog over zat te piekeren in zijn hoofd. 'Jij en je vader zijn twee totaal andere karakters.'
'Hoe wist je dat-,' Harry keek mij met gefronste voorhoofd aan. 'Oh ja, laat maar.'
'Snape weet heel goed dat jij je vader niet bent.' zei ik hem. 'Je moet het je niet zo aantrekken.'
'Weet ik.' zuchtte Harry. 'Maar het voelt gewoon raar om nu ineens te weten dat mijn vader hier de boos doener was, en niet Snape.'
'Je had zeker een heel ander beeld van je vader voor gisteren?'
Harry knikte. 'Inderdaad.'
'Het komt allemaal goed, Harry.' Ik pakte zijn hand vast en kneep er bemoedigend in. 'Het belangrijkste is dat jij je nu op die lessen Occlumency gaat stortten.'
'Wat nou als ik faal? Wat nou als ik het niet kan?' zei hij radeloos. 'Dan heb niet alleen ik een probleem, maar ook jij.'
'Zit je niet te veel in over mij.'
'Jawel!' riep Harry uit. 'Ik breng ons allemaal in gevaar als ik dit niet onder controle weet te houden!'
'Harry,'
'Als ik faal dan kan Voldemort achterhalen wie jij bent.' ratelde hij aan één stuk door. 'En dan is je hele leven in gevaar.'
'Ssshh,'
'Nee, begrijp je het dan niet?' Harry zijn stem brak. 'Alles hangt nu van mij af. Als ik faal dan neem ik jou hier in mee.'
'Je kun dit heus wel.' Ik trok Harry in mijn armen en probeerde de jongen te sussen. 'Ik ben er voor je.'
'Ik mag niet falen.'
'Je zult niet falen, Harry.' suste ik hem. 'Ik geloof in je. Ik weet dat jij dit kunt, na alles wat jij hebt doorstaan.'
Harry keek even naar mij op en glimlachte zwakjes. 'Maar negen van de tien keer had ik hulp.'
'En nu heb je geen hulp wil je zeggen?' Ik keek de jongen quasi-gekwetst aan. 'Ik zal je helpen. In elk gevecht dat er komen zal.'
'Bedankt.' zuchtte hij en leek nu iets opgeluchter. 'Ik zal mijn best doen om niet te falen. Niet voor mijzelf, maar voor jou.'
'Dankjewel.' Ik trok Harry opnieuw in een knuffel en sloot mijn ogen. 'Ik hou van je, Harry.'
'Ik ook van jou, Audrey.'
'En ik weet zeker dat Hermione en Ron in elk gevecht naast jouw zijden zullen staan.' zei ik hem. 'Elke weg die jij besluit te volgen, zal ik blindelings met jou in meegaan.'
En dat was het moment dat de jongen in mijn armen brak. En de pijn die hij voelde was vreselijk. Onmenselijk. En ik wenste vurig dat ik dat nooit met de jongen had hoeven mee voelen.

You're Not Sorry [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu