-Rowan

1.3K 60 14
                                    

Ik hoor hoe Annabel naar adem hapt als Beau en Dave opgaan in de bittere vlammen. Ik voel hoe Annabel in mijn hand knijpt en ze kijkt onrustig om haar heen. Het rook zorgt ervoor dat Annabel begint te hoesten en ik blijf maar aan één ding denken. Ik moet en zou Annabel hier veilig uit krijgen. Ik adem de verbitterde geur van verschroeid hout in en ik zie hoe Annabel benauwd naar me omkijkt. De vlammen komen steeds dichterbij en beetje bij beetje begint het hout in te zakken. Ik zie hoe alles dichterbij komt en ik zie een doorgang achter me. Ik klem mijn hand om die van Annabel en trek haar met me mee. Ik voel hoe er een zweetdruppel langs mijn gezicht glijdt en de hitte dringt tot het binneste van mijn lichaam. We rennen door de gangen die ondertussen vol zitten met vlammen. Aan het einde van de gang is een deur en meteen laat ik in de loop Annabel los en gooi mezelf tegen de deur. Ik hoor het kraken en grom van frustratie. Ik zie Annabel een pas zetten als ze begint te hoesten. Paniekerig probeer ik het nogmaals. Ik hoor Annabel weer en ik weet dat ze het niet lang meer houdt. Mijn schouder brandt en ik neem weer een kleine aanloop. Een pijnscheut gaat door me heen en ik vloek op de deur. Ik zie Annabel voorover gebogen en ik gooi me een laatste keer tegen de deur.
Ik pak Annabel haar hand en voel haar zachte huid tegen de mijne. We lopen naar binnen en ik laat haar los om de deur dicht te doen. Annabel hoest nog altijd en ik voel hoe mijn keel dichtzit. Mijn lippen zijn kurkdroog en ik kijk om me heen. Deze kamer is nog niet bezaaid met vlammen en verderop zien we een raam. Annabel loopt ergens naar toe en ze eindigt bij een boekje. Ik kijk naar de deur en zeg: "Annabel, geen tijd, kijk." Ik wijs naar wat ik bedoel en ze hapt naar adem. Ze pakt het boekje vast en wilt naar me toe komen als er opeens een man uit een hoekje komt. Ik hap naar adem als ik een mes zie. Ik denk meteen aan het steegje en ik schud mijn hoofd. Niet nog een keer.
Ik aarzel geen moment en gooi mezelf op de man. Inmiddels zijn de vlammen aangekomen in de kamer en ik hoor Annabel schreeuwen: "Rowan, we moeten gaan!" Ik geef de man een klap en meteen valt hij neer. Het mes klettert neer en ik voel een windvlaag. De plotselinge kilte doet me huiveren. Ik kijk naar de man en schud mijn hoofd. Hij kan hier niet blijven liggen. Ik hoor sirenes en zie langzaam, zwakke lichten van de ambulance. Ik pak de man vast als ik voel dat hij weer bijkomt. Zijn ogen worden groot als hij me ziet en ik zeg: "Niet kijken, springen." Ik adem in en gooi hem uit het raam. Hij belandt op de trampoline en meteen wordt hij opgenomen door een paar mensen die uit de ambulance zijn gestapt. De trampoline is weer vrij en Annabel kijkt me aan. De vlammen komen steeds dichterbij en ik kijk naar het kozijn die langzaam in aanraking komt met het laaiende vuur. Ik til Annabel op en zet haar snel op het gedeelte dat nog niet onder de vlammen zit. Ze kijkt me angstig aan en ik druk mijn lippen kort op die van haar. Ik raak haar wang voor een laatste keer aan en laat los.

Ze draait zich om en springt.

Ik zie hoe ze door de lucht gaat en ze eindigt veilig op de trampoline. Ik kijk om me heen en zie de vlammen steeds dichter worden. Ik glimlach opgelucht als ik denk aan het feit dat Annabel daar veilig beneden zit. Ik wil op het kozijn stappen als ik een brandende pijn door mijn handen voel gaan. Ik laat los en val weer terug naar binnen. De vlammen raken met elkaar verbonden en ik zie geen uitgang meer. Ik kijk om me heen en de kamer zit vol met rook en ik begin te hoesten. Langzaam word ik licht in mijn hoofd en ik hoor ergens vaag op de achtergrond Annabel haar stem. Ze schreeuwt iets maar ik kan haar niet horen.

Ik glimlach als ik terugdenk aan Annabel haar lippen die ik zo net nog op de mijne voelde. Ik zie hoe het houten kozijn langzaam tot as vergaat. Mijn gedachten gaan langzaam naar alle momenten die ik voor altijd bij me zou houden. Mijn longen vullen zich met het rook en slokt al het zuurstof dat zich nog in de kamer bevind op. Ik hoor een gil en mijn naam. Ik schud mijn hoofd en begin te hoesten. Ik voel nog een laatste windvlaag als ik de grond raak. Ik voel de vlammen dichterbij komen en kijk naar mijn handen. Ik voel de pijn en begin te rillen. Ik adem nog een laatste keer als ik alle vlammen nog een laatste keer zie.

Dan, vallen mijn ogen dicht.

Jongens, zo sorry! Ik heb gewoon geen tijd gehad om te posten omdat mijn ouders een beetje irritant aan het doen zijn. Ik mag nu mijn telefoon en pc weer dus ik hoop nu vaker te kunnen posten! Geniet van het hoofdstuk en ik denk dat ik hierna nog 4/5 hoofdstukken heb. Misschien meer misschien minder maar ik zie wel. Anyway, enjoy!

Ciao! <3

The boy that i loveWhere stories live. Discover now