Death Eaters&oorgrappen

226 7 2
                                    

Pov: Fleur
Opeens zijn we omsingeld door minstens 30 gedaantes met zwarte kappen. Ik word omringt door gegil en groene lichtflitsen. Ik zie vanuit mijn ooghoek de motorfiets met Harry en Hagrid kantelen. Opeens hoor ik Harry schreeuwen: "Nee! NEE!" Ik snap niet wat er is gebeurd maar heb geen tijd om erachter te komen. Ik hoor Harry schreeuwen dat ze terug moeten. Gelukkig kan ik nog enigszins Harry in de gaten houden aangezien we ongeveer in dezelfde richting moeten. Jess en ik vuren allerlei spreuken af op de Death Eaters. Ik zie vanuit mijn ooghoek dat Harry hetzelfde doet. Ook zie ik plots een stenen muur verschijnen, dat zal wel 1 van de nieuwe trucs van de motorfiets zijn waar Hagrid me over heeft verteld. Even later zie ik ook nog iets van een net verschijnen. Dan zie ik opeens vuur uit de motorfiets komen en hem wegschieten. Dan hoor ik opeens een knal in de verte en meen het zijspan waarin Harry zit los te zien zweven. Ik kijk angstig toe maar zie dan gelukkig hoe Hagrid hem eruit trekt en achterop zet. Als hij er maar niet vanaf valt. We vliegen verder. Jess en ik vliegen met Buckbeak een stukje van Hagrid en Harry vandaan en wat lager. Opeens hoor ik iemand roepen: "Dat is hem, dat is hem, dat is de echte!" Ik kijk om en zie hoe alle Death Eaters opeens stoppen en uit het zicht verdwijnen. Ik kijk bang om me heen en zorg dat Buckbeak iets dichter bij ze gaat vliegen. Dan schieten ze opeens weer weg door dat drakenvuur, waardoor ze weer een stuk voor ons vliegen. Als Harry het maar haalt is het goed. Dan zie ik hoe er opeens 2 Death Eaters aan weerzijden van de motorfiets opduiken. En dan voel ik het. Het nare gevoel wat altijd niks goeds voorspelt: Voldemort. Ik laat Buckbeak een flink stuk dalen. Ik kan nooit op tijd bij Harry komen en ik moet Jessica ook beschermen. Daarnaast is Harry niet het enige doel van Hem, Hij heeft ook met mij nog een appeltje te schillen. "Wat doe je?" vraagt Jessica. "Hij komt eraan" zeg ik alleen. Ze snapt meteen wat ik bedoel en hou me nog steviger vast. Ik hoor veel kabaal in de richting waar Harry zou moeten zijn. Maar ik kan hem niet helpen. Ik schud de gedachte aan Voldemort die Harry doodt weg en stuur Buckbeak in de richting van het onderduikadres waar we heen moesten.

Als we daar aankomen krijgen we allebei een kopje kamillethee om tot rust te komen. Maar ik ben de hele tijd aan het ijsberen. "Ze wisten dat we het vandaag zouden doen." zeg ik denkend. "Ja, dat betekent dus dat iemand ons heeft verraden" zegt Jess. Ik zucht. "Als ik ontdek wie dat heeft gedaan is diegene nog lang niet jarig. Na een tijdje komt er iemand melden dat de Viavia zo gaat vertrekken en wijst aan wat de Viavia is. Jess en ik pakken het allebei alvast vast. Dan begint het blauw te gloeien en een paar tellen later voel ik mezelf weggerukt worden. Dan verschijnen we op het terrein van de Burrow. Dan zie ik opeens Remus en Harry naar buiten rennen. Ik wist dat ik eigenlijk eerst zo moeten bewijzen dat wij het zijn, maar zodra ik Harry zie kan ik mezelf niet meer inhouden en ren op hem af. Ik omhels hem stevig en begin te huilen. Ik voel hoe Harry me omhelst. "Doe rustig Moony, wij zijn het. Jezus" hoor ik Jess zeggen, maar ik let er niet op. "Ik- ik zag hoe jullie werden aangevallen. En- en- ik voelde Hem, maar ik kon jullie niet helpen. Het spijt me zo" zeg ik snikkend. Dan zie ik vanuit mijn ooghoek hoe Remus zijn toverstok laat zakken. "Oh, sorry Remus. Ik had eerst duidelijk moeten maken dat wij het zijn. Het spijt me. Het- het is gewoon-" zeg ik verontschuldigend, maar hij onderbreekt me. "Het is al goed. Alleen door jullie reacties kan ik al wel weten dat jullie het zijn" zegt hij geruststellend. Dan houdt hij zijn armen open en vlieg ik hem in de armen. We omhelzen elkaar stevig. Dan vraagt Jess bezorgd: "Waar is George?" "Binnen, maar hij is geraakt en mist nu een oor" zegt Harry. "WAT?!" roept Jess en ze rent meteen naar binnen. "En de rest?" vraag ik. "Ron en Tonks hebben hun Viavia gemist. Arthur en Fred ook" zegt Harry. Ik voel meteen een nieuwe golf van bezorgdheid over me heen komen. 'Wat als Fred er niet is omdat hij het niet gehaald heeft?' denk ik bezorgd.

Dan hoor ik opeens een geluid. Als ik me omdraai zie ik Romeo en Hermione verschijnen. Ik zie hoe Hermione zich in Harry's armen werpt en hoe Remus en Romeo hun toverstokken op elkaar richten. "De laatste woorden die Albus Dumbledore ooit tegen ons gezegd heeft?" vraagt Romeo. "Harry is onze grootste hoop. Vertrouw hem." zegt Remus kalm. Ik ben geraakt dat pap dat tegen hen heeft gezegd. Dan omhelst Hermione me. Ik zie over haar schouder hoe Romeo ook zijn toverstok op Harry richt, maar Remus zegt: "Zij zijn het. Ik heb het al gecontroleerd!" "Goed, goed" zegt Romeo en hij stopt zijn stok weg. "Maar iemand heeft ons verraden! Ze wisten het, ze wisten dat het vandaag zou zijn!" "Daar lijkt het wel op. Alleen wisten ze blijkbaar niet dat er 8 Harry's zouden zijn" zegt Remus. "Een schrale troost!" snauwt Romeo. "Wie zijn er nog meer terug?" vraagt hij. "Alleen Harry, Hagrid, Jessica, Fleur, George en ik" zegt Remus. Ik hoor Hermione een zachte kreun achter haar hand smoren. "Wat is er met jullie gebeurd?" vraagt Remus aan Romeo. "Door 5 Death Eaters achtervolgd, 2 gewond, misschien eentje gedood. We hebben You-Know-Who ook gezien. Hij sloot zich halverwege bij de achtervolging aan, maar verdween weer snel. Remus, hij kan-" zegt hij. "Vliegen" maakt Harry zijn zin af. "Ik heb hem ook gezien. Hij kwam achter Hagrid en mij aan." "Dus daarom liet hij ons met rust, om jou te volgen! Ik snapte eerst niet waarom hij plotseling verdwenen was. Maar waarom besloot hij van doelwit te wisselen?" zegt Romeo. "Harry gedroeg zich ietsje te vriendelijk tegen Stan Shunpike" zegt Remus. "Wacht, maar die zat toch in Azkaban?" vraag ik. "Het is duidelijk dat er een massaontsnapping heeft plaatsgevonden die door het ministerie is verzwegen, Fleur. Toen ik hem vervloekte, viel de kap van Totelaer af. Die hoort eigenlijk ook in Azkaban te zitten. Maar wat is er met jullie gebeurd, Remus? Waar is George?" zegt Romeo. "Die is een oor kwijtgeraakt." zegt Remus. "Een oor?" zegt Hermione schril. "Het werk van Snape" zegt Remus. "Snape? Je hebt niet gezegd-" schreeuwt Harry. Ondertussen voel ik tranen in mij opkomen. Ik heb altijd al een soort band gehad met Snape, dus dat hij dit heeft gedaan doet me erg veel pijn. "Tijdens de achtervolging viel zijn kap af. Sectumsempra was altijd al een van Snape's lievelingsspreuken. Ik wou dat ik hem met gelijke munt had kunnen terugbetalen, maar het kostte me de grootste moeite om George op onze bezem te houden nadat hij geraakt was. Hij bloedde als een rund." zegt Remus. We kijken naar de sterrenhemel en ik denk terug aan die nacht dat we die picknick hadden met z'n vieren om mij op te vrolijken. "Harry, help 'ns effe!" hoor ik Hagrid opeens roepen, die klem zit in de deuropening. Ik kijk toe hoe Harry hem lostrekt.

His sisterWhere stories live. Discover now