*hoofdstuk 52*

322 10 0
                                    

pov Chloé

'Ga jij maar alvast naar de keuken, ik denk dat Linda iets gebakken heeft.' Zeg ik als we terug in de hal van mijn huis stonden.

'Wat is er nou? Je deed ook al zo raar in de auto.' Bezorgt legt River zijn handen op mijn schouders en kijkt me aan.

'Niets, ik moet gewoon nog iets doen. Ga naar de keuken, ik kom dan naar daar.' Zeg ik terwijl ik al de eerste treden van de trap oploop.

'Maar-' 

'River.' Zuchtend loop ik terug en plaats kort mijn lippen op de zijne.

'Mij kan je toch wel vijf minuten missen. Of niet soms?' Plagend ga ik met mijn hand door zijn haar.

'Nee, ik mis je nu al.' Hij trek een pruillip en lachend schud ik mijn hoofd.

'Neen, neen simpson. Dat helpt niet.' 

Lachend plant ik kort mijn lippen op de zijne voor ik weer de trap op ga. 

'En die puppyoogjes zeker niet.' 

'Je bent een raar mens Chloé.' Hoor ik hem nog na roepen. 

Grinnikend loop ik mijn kantoor binnen.

Ik zet me neer achter mijn bureau en start mijn laptop op.

Eenmaal op gestart ga ik naar onze dossier map.

"Nico Jacksons en Pomelien Jacksons." Tik in in.

Meteen verschijnt hun dossier vorm me.

Zoals River me al vertelde zijn zijn ouders en zusje omgekomen in een vliegtuigongeval, maar toen River me het vertelde was het precies of ik iets meer wist dan hem.

En dat is ook wat ik terug vind.

Mijn mond valt open en mijn ogen vliegen over de woorden heen.

Met een brok in mijn keel sluit ik terug mijn kantoordeur.

Hoe moet ik hem dit vertellen, juist nu hij weer het een beetje geaccepteerd is.

'Hy.' Ik neem plaats naast River en glimlach naar Linda die een kom fruit voor me neerzet.

Kauwend op mijn ontbijt probeer ik de blik van River te negeren.

Mijn fruit ziet er plots nogal heel interessant uit.

Wist je dat aardbeien rood zijn, mango geel, een peer wit en een kiwi groen? 

'Wat is er?' Vraagt River me opnieuw als Linda de keuken heeft verlaten. 

'Niets.' Zucht ik.

'Komaan Chloé, ik ken je langer dan vandaag. We kunnen elkaar toch vertrouwen?'

Zuchtend schuif ik mijn kom van me vandaan.

Ik had toch geen trek meer, en wend me naar hem toe.

'Dat vliegtuig ongeluk was geen toeval.'

'Wat.' Fronsend kijkt hij me aan.

'Het was een actie van Debuyze.' 

Nog steeds verwart staart hij me aan.

'Er zaten mensen op die iets hadden gedaan bij de Debuyze en ze hebben wraak genomen door een ander vliegtuig er te laten tegen botsen.' Leg ik uit.

Voor het eerst sinds dit gesprek kijk ik hem aan.

Zijn ogen staat waterig en pijn is duidelijk te zien.

Ik sta op en ga tussen zijn benen staan.

Ik leg mijn handen op zijn schouders en meteen kijken zijn ogen mij aan.

Welcome to the world of the maffia ✔Where stories live. Discover now