96. Dubbele doodsvonnis

234 20 6
                                    

Het maanlicht duwde de wolken opzij en verlichtte een waterplas aan onze rechterkant, terwijl we op onze tenen naar het einde van het steegje slopen. Ryder gaf me een vragende blik, waarna ik mijn gehoor aansterkte.

Ik schudde mijn hoofd. Geen teken van Axon. ​

Vertrouwd bungelde mijn saber aan mijn riem, terwijl we een oude woonwijk doorliepen. De deuren waren gebarricadeerd met kruiselings geplaatste houten planken en vastgemaakt met verroeste spijkers.

De stenen op het pad lagen scheef en hier en daar ontweken we een gat, of brak ik bijna mijn enkel aan een omhoogstekende tegel.

Hoewel Ryder niet extreem veel last leek te hebben van de rottende geur, kon ik wel kokhalzen. Op dit soort momenten wenste ik niet te kunnen ruiken, en al helemaal niet versterkt.

'Wat als ze een feest geeft?', fluisterde ik.

Het zou ons niet bepaald meezitten als premiejagers van Axon het beroemde feest van Alexa zou binnenvallen. We wilden mijn verjaardag niet herhalen...

'Dan verzin ik wel wat.'

Aha, een typisch Ryder antwoord, waar ik zoals gewoonlijk weinig aan had. Improvisatie liep niet vaak goed uit als wij samen waren.

Ik bereidde me alvast voor op een druk feest, met talloze toeschouwers en mensen die ik hoorde te kennen van mijn tijd op Valis High.

De zenuwen zaten hoog.

Dit keer passeerden we een verlaten speeltuin op een soort kruispunt van Deadman's Alley steegjes. Het schommeltje wiegde heen en weer op de wind, wat een akelig, piepend geluid produceerde. Een gevoel in mijn maag draaide om, bij de ellende die hier zich moet hebben voorgedaan, met de echte Pest.

Een rilling kroop over me heen en verdween nadat we het steegstelsel verlieten en langs een strak gemaaide weiland liepen.

Een paar huizen verderop doemde een van de rijkste huizen in heel Valis. Een prachtig alleenstaand huis, met een grote omringende tuin, beschermd door grote zwarte hekken. De muren waren witgeschilderd en er stonden zeker drie dure sportauto's.

'Volg alles wat ik doe. Ga overal mee in met wat ik zeg', gebood Ryder mij en ik knikte enkel.

'Hoe ga je dit aanpakken?', vroeg ik. Hij keek naar de straat voor ons en trok zijn ijzige masker alvast op. 'Op de goede manier.'

Enkele minuten later stonden we stil voor het beveiligde hek. Het huis was stil en er leek geen feest aan de gang te zijn. De intercom staarde ons aan en Ryder drukte op de knop, waaruit een krakend geluid kwam.

'Wie is daar?', vroeg een vrouwelijke, zachte stem. Zeker niet die van Alexa.

Ik stapte naar de intercom, hield de knop in en sprak: 'Ik ben een vriendin van Alexa. Ik zou haar helpen studeren.'

Ryder keek me fronsend aan, waarbij we samen in stilte afwachten op reactie.

Een paar seconden gingen voorbij en we keerden onze rug om een andere weg in te vinden. Totdat er een piepend geluid klonk. We keken naar de poort en zagen hoe hij langzaam openging.

Geloofden ze dat echt?

'Nu mag je je verhaal aanhouden ook. Hopen dat Alexa ons er niet meteen uitgooit', mompelde Ryder.

Ik gaf Ryder een zet in zijn rug, waarna we ons strompelend een weg vonden naar de voordeur, verbijsterd door de rijkdom van Alexa's ouders.

De deur werd al opengedaan voordat we konden aanbellen. Een vrouw in een roze jurkje kwam tevoorschijn. Ze had een zachte, vriendelijke uitstraling en in haar rechterhand hield ze een dweil.

Een bediende.

'Ik weet niet wie de jongen is, maar kom maar binnen', zei ze zacht, waarna ze de deur helemaal opendeed.

Aarzelend zette we stap in het huis, waar de vloeren zo glanzend waren dat ik mijn spiegelbeeld kon zien. Alles leek van marmer en had een bijna klassieke uitstraling.

Mijn gehoor ving gehoest op, maar verder dan dat was het stil. Ik ging voorop en scharrelde naar de woonkamer, waar een grijze bank stond, met daarop iemand.

Blonde lokken staken net boven de bank uit, samen met een hand die een doekje naar haar mond bracht. Ze draaide haar hoofd om en bevestigde mijn vermoedens.

'Wat doe jij hier?', vroeg Alexa verbaasd. Ze sprong meteen overeind in haar liggende houding en verborg het doekje onder een kussen. Haar ogen werden groot toen ze Ryder zag.

'En jij, Ryder? Wat is dit?'.

Ik krabde aarzelend in mijn nek, en gaf een zwakke lach. 'Uh, we wilden even met je praten.'

Ze fronste haar wenkbrauw. 'Sinds wanneer houden jullie het uit in één ruimte samen? Haten jullie elkaar niet?'.

UltravioletWhere stories live. Discover now