97. Sonische knal

224 20 7
                                    

Alexa kwam met een smoesje voor haar dienstmeiden en gaf hen een brief, voor haar ouders, waarin stond dat ze misschien niet meer terug zou komen en dat het goed zo was. Dat ze een fijn leven heeft gehad en heeft gevochten tot het laatste moment. Een afscheidsbrief dus.

'Weet je zeker dat je meewilt?', vroeg ik, toen we de deurpost overstapte.

Ze keek me aan en knikte.

'Ja.'

Ryder nam zijn plaats voorop, terwijl wij achter hem liepen. De nacht was nog niet over, de avondklok had nog geen twaalf uur geslagen.

Nog niet.

De kans was groot dat Alexa een Desdemona was, omdat haar lichaam niet én kanker én het serum kon bevechten. Het was een kwestie van tijd. Tijd die we niet leken te hebben.

'We zullen nogmaals door Deadman's Valley moeten, als we op tijd terug willen zijn. Blijf alert, Alexa, want er zijn mensen die jou weg willen houden van ons', sprak Ryder met dringende toon.

'Omdat jij het zegt, schatje', zei ze flirterig. Ik rolde mijn ogen.

We liepen langs hetzelfde verlaten speeltuintje als voorheen, en nog steeds voer de schommel mee op de wind.

'Links', commandeerde ik, toen ik stemmen van rechts hoorde. Ryder aarzelde niet en begeleidde ons door een steegje waar de breedte net één persoon paste. We schampte met onze schouders langs de muur en vermeden oude blikjes, flessen en kledingstukken.

Heel even dacht ik een kinderschoen te zien liggen, maar die gedachte stopte ik weg.

Focus.

'Rechtdoor. De patrouille komt deze kant op', vertelde ik.

Ondanks dat Ryder voorop liep, wees ik ons de weg met mijn zintuigen. Ondertussen viel mijn blik op de grote torenklok. Nog een half uur.

Achter mij hijgde Alexa, wat een hees geluid opleverde. 'Dit... is... geen korte wandeling.'

Ik ging naast haar lopen en aarzelde even, maar sloeg toen mijn arm over haar rug. 'Nog even volhouden.'

We keken elkaar aan, een korte kruising van blikken, met twee complete verschillende emoties als voorheen. Geen haat. Geen gepest. Geen minachting. Gewoon een menselijke blik van dankbaarheid.

Toen we een kruising van steegjes overstaken om rechtdoor te gaan, werd ik overvallen door paniek.

'Rennen!'

Ze hadden ons gehoord en kwamen met flinke snelheid op ons af.

Ryder pakte Alexa bij de hand en trok haar mee door het steegje. Ik holde erachteraan en bleef naar achteren kijken.

Ik liet de tintelingen door mijn lichaam verspreidden, elke keer als ik mijn zintuigen aanscherpte. Het kroop langs mijn nek, naar mijn oor, waar ik de dreunende voetstappen kon horen naderen.

Een tweede keer keek ik achterom, waarbij schaduwen op de muren verschenen. Ze zaten recht achter ons en voor ik een waarschuwing kon roepen, voelde ik een pijnscheut in mijn rug.

Een kreet van pijn verliet mijn mond en mijn lichaam knalde tegen de muur, terwijl ik mijn benen smeekte om mij overeind te houden.

Ryder keek achterom en zijn ogen werden groot toen hij me zag. In een oogwenk liet hij Alexa los en rende hij naar me toe.

Hij ontweek een volgende kogel en pakte mijn schouder beet.

'Het is een neurosimulator. Ze zijn niet dodelijk, maar bootsen de pijn na van een echte schotwond. Je moet je erdoorheen bijten, Adelyn', sprak hij me toe.

Ik steunde op zijn lichaam en herstelde mijn balans.

Mijn hand gleed naar mijn riem, waar ik mijn saber tevoorschijn haalde en uit liet schieten. Het blauwe licht deed het steegje doen oplichten.

Ik draaide me om naar de premiejagers, die in een groep van zes op ons afkwamen, met wapens en vuile kreten. Het gewicht van de saber was perfect in balans, toen hij begon te draaien tussen mijn vingers.

Een schot werd gelost. Ik draaide met mijn saber en weerkaatste hem. Terwijl ik ons afschermde van deze neurosimulators, liep ik achteruit.

Als we uit dit steegje waren, konden we dekking zoeken.

Ryder en Alexa waren sneller dan mij, waardoor Ryder vertraagde.

'Blijf rennen!', blies ik hem toe.

Hij twijfelde en keek me aan.

'Zoek een uitweg, doe iets, maar waag het niet te stoppen', drong ik aan.

Hij gromde geïrriteerd, maar stemde ermee in en rende met Alexa aan zijn hand naar het einde van het steegje.

Nog meer schoten werden gelost. De premiejagers raakten geïrriteerd van mijn spelletje en gooiden de rem eraf. Ze lieten alles wat ze hadden aan kogels en projectielen los.

Zo snel als ik kon, draaide ik de saber rond en wisselde ik van hand om beide kanten te verdedigen.

Plots hoorde ik een kreet.

Ik verloor mijn concentratie en keek achterom om te zien hoe Ryder op zijn knieën viel. Hij was net aan het einde van het steegje gekomen, maar niet op tijd om een kogel te ontwijken.

Een echte kogel, geen neurosimulator, raakte hem in zijn schouder en ik rook het bloed die eruit gutste.

Hij liet zijn greep op Alexa los, die zich te pletter had gerend en ook zij viel op de grond.

De tijd vertraagde.

De wind ging in een slo-mo langs mijn haar en de rennende voetstappen en lozende kogels klonken gedempt en lager. Ik keek naar een man, van zeker twee meter lang, die zijn vuurwapen op Ryder richtte, op het moment dat ik mijn concentratie had verloren.

De realisatie sloeg toe en in een waas van adrenaline stormde ik naar voren, draaide ik mijn saber zo snel dat het normale oog het niet zou kunnen volgen en het één grote blauwe cirkel van licht werd.

Een sterke tinteling, bijna als een schok, kroop door me heen. Van mijn ledematen, naar mijn vingertoppen, tot aan mijn gezicht. Alle zintuigen zaten compleet op scherp en ik voelde hoe mijn ogen violet kleurden.

'Niet. Vandaag', siste ik. ​

Gevolgd door een soort luchtdruk die van mijn saber schoot. Het was alsof de lucht bestond uit golven en de golven in een sonische knal naar voren schoten.

De premiejagers werden in de lucht geslingerd en tegen de muur gegooid. Stof waaide op van de grond en een trilling schoot door de grond.

Hoe kon dat? Was dat één van de speciale effecten die mijn saber had?

Ik had geen tijd om daarover na te denken, want de muur naast mij begon hevig te trillen.

Stukken steen brokkelden af en een dakpaneel kwam naar beneden gekletterd. Ik verloor bijna mijn balans en probeerde een uitweg te zoeken.

Vluchtig keek ik naar Ryder, die me geschrokken aankeek, en ik zette het op een rennen.

De afbrekende muur leek mij te achtervolgen, terwijl dakpannen en brokken steen op de grond vielen. Het pad achter mij was geblokkeerd door het neergevallen puin, waardoor ik veilig was van premiejagers.

Het opgeblazen stof verblindde mijn versterkte zicht, waardoor ik een gevallen steen over het hoofd zag. Mijn voet bleef haken en ik tuimelde naar voren, met mijn knieën op de grond.​

De adrenaline verdween uit mijn lichaam en rechts van mij zakte de hele muur in.

Ik schreeuwde, van angst en van paniek, toen de muur boven op mij viel en mij begroef onder het puin. Een piepend geluid weerkaatste in mijn oor, waar ik nog net een kreet van Ryder kon horen.

Overal rook ik mijn eigen bloed en voelde ik de steken van pijn. Ik probeerde me niet over te geven aan het verleidelijke idee mijn ogen te sluiten.

Ik stopte mijn laatste kracht in mijn rechterarm, die ik tussen het puin stook. Zo kon Ryder mij vinden, terwijl het bloed mijn lichaam verliet en de energie langzaam wegkroop.

Het puin zat overal en klemde mij vast in mijn positie. Mijn been zat vast onder een steen, evenals mijn linkerarm. Ook op mijn borst rustte een groot stuk van de muur.

Het ergste van de pijn was van een ijzeren stok die zich in mijn bovenbeen had geboord.

Ik kon mijn borst niet goed bewegen door het puin en voelde hoe zuurstof minder werd en het steeds lastiger werd te blijven ademen. Ik wachtte op hulp en hield mezelf wakker, maar de pijn was te sterk. Het had van mij gewonnen.

'Het spijt me', fluisterde ik, waarna mijn oogleden verslapten en alles donker werd.

UltravioletWhere stories live. Discover now