Friends With Benefits

Part 12

{Jeniffer}

'Rein?' Roep ik hem na. Geen reactie. Ik loop snel achter hem aan en trek hem aan zijn arm, waardoor hij stilstaat. 'Wat is er?' Ik trek één wenkbrauw op. 'Serieus? Je weet niet wat er is?' Rein rolt met zijn ogen en trekt zijn arm los.

'Wacht nou!' Roep ik hem na. Wanneer ik de kans heb, grijp ik zijn arm en trek hem mee naar een rustig hoekje. 'Praat tegen me.' Zucht ik. Rein mompelt iets wat ik niet kan verstaan. 'Wat zei je?' Ik kijk hem niet-begrijpend aan, terwijl hij zucht en opnieuw praat. 'Ga maar tegen die leuke jongen van net praten.' Rolt hij met zijn ogen. 'Waar heb je het over?' Ik trek opnieuw mijn wenkbrauwen op en wacht zijn antwoord af.

'Je hebt het zelf niet eens door, hè?' Zucht Rein. 'Vertel nou gewoon wat je bedoeld, ik snap er helemaal niks van.' Zeg ik. 'Je flirtte met die gast.' Rein gooit zijn armen in de lucht. 'Welke gast?' Ik span mijn kaken aan, ik word hier enorm boos van. 'Je hebt wel echt acteerkunsten, Jenn.' Mompelt Rein.

'Zeg nou verdomme wat je bedoeld!' Roep ik boos. 'Je flirtte met die gozer die me van James afhaalde.' Rein haalt een hand door zijn haar.

Nu valt alles op zijn plaats. Hij heeft het over die jongen die hielp, zodat Rein en, blijkbaar, James stopten met vechten.

'Ik flirtte niet eens met hem. Hoezo zou ik met hem flirten als ik jou heb?' Ik pak Rein's handen vast en kijk hem doordringend aan. 'Dat vroeg ik me ook af, ja.' Zucht Rein, terwijl hij zijn handen uit de mijne laat glijden. Rein loopt van me weg.

'Jezus Rein, ik probeer met je te praten!' Roep ik hard. Rein loopt door, zonder me nog maar één blik te gunnen. Ik laat mezelf op een bank zakken en laat mijn hoofd in mijn handen vallen. Hoezo gaat het nooit goed in onze relatie? We hebben pas net iets en we hebben al meerdere keren ruzie gehad.

Ik kijk op wanneer ik de bank naast me voel inzakken. De jongen met het bruine haar van net zit naast me. James, noemde Rein hem. 'Wat is er gebeurd?' Vraagt James, terwijl hij steeds dichter naast me komt zitten. 'Gaat je niks aan.' Snauw ik. 'Oh, nu kan je wel praten, liefje?' Grijnst James. 'Noem me niet zo.' Sis ik. James komt nog dichter naast me zitten, wat me meer richting de leuning van de bank drijft.

Zuchtend kijk ik weg. Plots voel ik een hand op mijn bovenbeen. Geschrokken kijk ik naar de hand, die van James is. 'Haal je hand van mijn been, of ik zorg ervoor dat je geeneens meer een hand hebt.' Roep ik. James zijn grijns word met de seconde groter, waarna hij zijn hand steeds verder naar boven laat glijden.

Ik probeer zijn hand van mijn been af te slaan, wat mislukt. Hij is veel sterker. Je kan zijn gespierde bovenarmen zelfs door zijn shirt heen zien.

Hij stopt wanneer hij het hoogste gedeelte van mijn bovenbeen bereikt heeft. Snakkend naar adem kijk ik naar zijn hand op mijn been.

'Ik zeg het nog één keer, haal je vieze hand van mijn bovenbeen.' Zeg ik met tussenpauzes, snakkend naar adem. Nog steeds grijnst James naar me. Ik kan die grijns wel van zijn gezicht slaan.

'Haal je gore hand van me af.' Herhaal ik mezelf opnieuw.

'Hoorde je haar niet?!' Hoor ik een maar al te bekende stem naast me.

Rein.

'Natuurlijk komt je vriendje je redden.' Mompelt James, terwijl hij zijn hoofd dichter naar mijn oor brengt. 'Ik zie je nog wel.' Fluistert James in mijn oor, waarna hij zachtjes in mijn oor bijt.

James loopt van me weg, waarna ik weer adem kan halen.

Ik laat mezelf van de bank glijden en laat me op de grond zakken. Ik laat mijn hoofd in mijn handen vallen en tranen stromen over mijn wangen. Angst, verdriet, alles gaat door me heen. Plotseling voel ik een hand op mijn schouder, wat me laat huiveren. Ik kijk geschrokken op en kijk in de mooie ogen van Rein.

'Rustig, ik ben het maar.' Zegt Rein zachtjes. Zonder erover na te denken laat ik mezelf in Rein zijn armen vallen en begin ik nog harder te huilen.

James heeft me aangeraakt. Op plekken waar hij niet mag komen. Ik voel me vies.

Rein wrijft met zijn hand over mijn rug en sust me. 'Ik blijf bij je.' Fluistert hij in mijn haar.

'Nee, dat doe je niet.' Snik ik. Rein duwt me van hem af en laat zichzelf naar achter hangen, zodat hij me goed kan bekijken. 'Hoezo zal ik je alleen laten na wat er gebeurd is? Eerst Dominik, nu James. Ik laat je niet alleen.' Zegt Rein terwijl hij me weer tegen zich aanduwt. 'Dat ga je wel doen, je bent boos op me.' Voordat ik het weet heb ik het al gezegd.

'Tuurlijk, ik ben boos op je, maar je bent nog steeds mijn vriendin.' Zegt Rein.

'Ga dan ook maar weg.' Roep ik boos, terwijl ik me van hem afduw. 'Jenn, wat is er?' Fronsend kijkt hij me aan en loopt, op zijn knieën, naar me toe. 'Als je boos op me bent, kan je net zo goed weggaan.' Mompel ik, terwijl ik naar de vloer kijk. 'Hoezo?' Rein trekt één wenkbrauw op en kijkt me vreemd aan. 'Omdat ik geen ene fuck deed met die jongen daarnet.' Roep ik, nog bozer dan dat ik al was.

'Ik zag toch hoe je naar hem keek.' Zegt Rein, terwijl hij zijn handen in de lucht gooit. 'Ik keek hem dankbaar aan, Rein! Dankbaar.' Roep ik, terwijl ik ga staan en een stap achteruit zet. Ook Rein gaat nu staan en zet weer één stap richting mij. 'Dankbaar? Voor wat? Zag je niet hoe hij naar je keek?' Roept Rein, die zijn kaak aanspant.

'Nee?' Ik kijk Rein vragend aan. 'Ik zag wél hoe hij naar je keek. Naar je kont, je lichaam, alles. Ik zag hoe hij naar je verlangde.'