Part 28

917 11 0
                                    

'Rein.' Zucht ik, terwijl ik mijn knieën optrek en mijn armen er stevig omheen sla.

'Wat nou?' Hij tikt ongeduldig met zijn voet op de grond en slaat zijn armen over elkaar heen.

'Het is normaal wanneer meisjes onzeker zijn.' Zeg ik zacht, bang voor wat hij zal antwoorden. 'Je moet me gewoon vertrouwen.' Mompelt hij, terwijl hij zijn onderlip tussen zijn tanden neemt.

'Dat kan niet zomaar, Rein.'

'Ik vertrouw jou toch ook?' Hij tilt zijn wenkbrauwen hoog op en leunt nonchalant tegen de muur.

'Niet iedereen is zo perfect als jij.' Merk ik sarcastisch op.

'Nee, dat blijkt.' Zegt Rein zacht, terwijl hij arrogant zijn ogen rolt.

Op dat moment breekt mijn hart. Duizenden stukjes.

'Mijn kamer uit, nu!' Gil ik boos, terwijl ik naar het deurgat wijs.

'Jenn.' Kreunt hij. 'Je hoorde me toch?!' Roep ik, nog harder.

Mijn hoofd doet pijn. Alles in mijn lichaam doet pijn, alles geeft aan dat ik rustig aan moet doen. Maar Rein geeft me alles behalve rust. Het ene moment laat hij mijn hart op hol slaan en het andere moment hebben we enorme ruzie.

Opeens vliegt de deur open en vult een woeste Mats mijn blik. 'Fucking klootzak! Je had beloofd dat je haar nooit pijn zou doen!' Mats spant zijn kaak aan en zijn handen zijn tot vuisten gebald.

Deze kant ken ik niet van hem. Zijn blik staat donker en hij volgt elke beweging die Rein maakt.

'Dat doe ik toch ook niet, verdomme.' Mompelt Rein gevoelloos. Hoezo doet hij nu opeens zo?

'Ik hoorde wat je tegen haar zei.' Zegt Mats, op een rustigere manier.

'Hou op, allebei.' Ik vouw mijn handen om mijn pijnlijke hoofd en laat mijn hoofd zacht op het bed zakken.

Het stuk bed naast me deukt een beetje in, waarna ik een hand op mijn heup voel. 'Mats, kan je weg gaan, alsjeblieft?' Hoor ik Rein vragen, die nog aan de andere kant van de deur staat. Mats lacht even schamper, maar herstelt zichzelf al snel.

'Nee, jij gaat weg.' Sist Mats snel.

'Hoezo?' Mompelt Rein gelijk.

Ik snap het niet. Hoezo is hij nu zo? Hij vertelde me net zo vaak hoeveel hij van me hield en nog geen halfuur geleden hadden we een intense zoensessie. En nu is hij zo koel, zo gevoelloos.

Ik herken hem niet terug. Dit is niet de Rein die ik ken. Dit is niet de Rein waarvan ik hou.

'Omdat je haar verdomme hebt laten huilen, klootzak!' Roept Mats hard, waardoor Rein achteruit deinst.

Nu merk ik pas dat mijn wangen nat zijn van tranen.

'Ik snap nog steeds niet waarom ze nou boos is.' Mompelt Rein meer in zichzelf, wat ik toch hoor.

'Omdat je gedrag me verdomme aan Maxim doet denken!' Ik schiet overeind en kijk hem doordringend aan.

Plotseling verdwijnt Rein's donkere blik, die plaats maakt voor zijn lieve, geruststellende ogen. 'Jenn, het -.' Voordat Rein zijn zin af kan maken wordt hij onderbroken door Mats.

'Rein, luister naar me! Oprotten uit mijn fucking huis nu.' Snauwt Mats naast me.

Hij is boos. Enorm boos. Zo erg scheldt hij normaal nooit.

Rein slikt en slaat zijn ogen neer. 'Jenn, ik hou van je.' Zegt hij zacht. Door zijn woorden sluit ik mijn ogen. Ik wil even niks voelen. Geen vlinders in mijn buik, geen warm gevoel door mijn hele lichaam door zijn twinkelende ogen, niks.

'Ik laat je niet gaan.' Hoor ik Rein's zachte stem, voordat zijn zachte lippen op mijn wang belanden.

Ik knijp mijn ogen nog verder dicht. Ik wil hem niet zien. Ik wil zijn perfecte glimlach niet zien. Ik wil zijn knappe hoofd niet zien.

'Eruit nu.' Haalt Mats me weer terug naar de realiteit. Ik hoor een diepe zucht van Rein, waarna hij vervolgens de deur achter zich dicht trekt.

Als ik Rein's voetstappen steeds verder weg hoor gaan, open ik mijn ogen en draai ik mijn hoofd richting Mats. 'Bedankt, Mats.' Ik laat mijn hoofd op zijn schoot zakken.

Hij drukt een kus in mijn haar en glimlacht kort. 'Alles voor jou, zussie.'

'Ik heb Rein nog nooit zo gezien.' Mompel ik. 'Echt niet?' Vraagt Mats verbaasd.

Ik frons mijn wenkbrauwen en denk diep na.

'Soms wordt hij wel opeens heel agressief, dan ben ik echt bang dat hij me wat aan zal doen.' Zeg ik zacht.

'Hij zal je nooit wat aandoen, Jeniffer.' Hij aait geruststellend over mijn haar.

'Hij kan echt héél agressief worden hoor.' Ik bijt op de binnenkant van mijn wang.

'Je bent zijn vriendin, Jenn. Hij zal je nooit slaan of iets doen wat jij niet wilt.'

Ik slik en knik kort. Diep vanbinnen weet ik ook wel dat hij me nooit wat zal aandoen, maar toch.

'Wanneer ga je papa en mama vertellen over dat jullie iets hebben?' Vraagt Mats terwijl hij naast me komt liggen.

'Ik weet het niet.' Mompel ik, terwijl ik mijn onderlip tussen mijn tanden neem. 'Ben ik de enige die het van jullie weet?'

'Jij en Sam zijn de enige die het weten.' Zucht ik, terwijl ik wat aan mijn nagels pulk.

Mats speelt wat met mijn haar en zucht daarna zacht. 'Ik denk dat je het wel snel moet gaan vertellen, papa en mama hebben het een beetje door.'

Ik knik en bijt opnieuw op de binnenkant van de wang. 'Eerst maar eens kijken of onze relatie nog lang stand houdt.' Merk ik op.

'Rein houdt echt van je, Jeniffer.'

'Dat weet ik ook wel, maar hoe hij net deed accepteer ik niet.' Wanneer ik weer terug denk aan wat er net is gebeurd vullen tranen opnieuw mijn ogen.

"Ik laat je niet gaan." Fluisterde hij in mijn oor voordat hij mijn kamer verliet.

'Hij laat je echt niet zomaar gaan.' Mompelt Mats, alsof hij mijn gedachten lezen kan.

'Maar ik vond het ook niet normaal hoe hij net deed.' Eindigt Mats zijn zin.

Ik sluit mijn ogen, in de hoop even niks meer te voelen. Ik wil geen pijn voelen die Rein veroorzaakt heeft. Hoe hij daar zo stond, ik wilde in zijn armen vliegen. Hem vertellen dat het niks uitmaakte en dat ik van hem hield. Dat ik hem ook nooit zal laten gaan.

Friends With BenefitsWhere stories live. Discover now