Hoofdstuk 36

411 45 74
                                    

~ Hoofdstuk 36 : Een prinsessenkaart voor je tweeëntwintigste verjaardag is niet grappig, maar eng ~

POV – Jort, 20 maart

'Ik weet het niet meer hoor! Misschien is het beter om ons ergens anders op te gaan richten.' riep Mart terwijl hij het zoveelste dossier naast zich neer legde.

Alleen deze dag al had Mart drie dozen doorgewerkt en nog steeds hadden ze niets. Het begon Mart, net als Jort zelf, op de zenuwen te werken. Nog steeds kon Jort het niet verdragen dat Bram een goede vriendschap met Peter onderhield. Hij haalde echter zijn schouders op, hij had nu geen zin om ruzie te gaan zoeken. Dat lag niet zo in zijn karakter.

Jort was er nog steeds van ondersteboven dat iemand hem een bloedneus had geslagen. Hij had zich niet eens verdedigd. Het had Jort weer doen herinneren aan de dagen die hij door had gebracht in angst op school. Hij dacht niet graag terug aan deze tijd. Hij vond dat het beter was te vergeten, er was nu toch niets meer aan te doen. Zijn pesters hadden nu waarschijnlijk allang een goed bestaan opgebouwd en dachten nooit meer aan hem, de jongens wiens jeugd ze kapot hadden gemaakt.

Maar ook hij moest weer verder. Voor hem lag ook een hele stapel. Zij hadden alle oude zaken uit de omgeving opgevraagd, omdat ze inmiddels door hun eigen voorraad heen waren gewerkt. Zijn vingers gleden langs de verscheidende pagina's en het voelde goed. Hij voelde zich goed. En dat was iets dat niet heel vaak voorkwam.

-----

'Hé, Mart, kom eens!' riep Jort naar Mart die een paar meter van hem vandaan zat.

'Wat is er?' vroeg Mart toen hij bij Jorts bureau stond.

'Jane heet toch eigenlijk Johanna? En haar echte achternaam is toch Bergman?' vroeg Jort. Hoopvol keek hij Mart aan.

'Ja, hoezo?' zei Mart terwijl hij zijn wenkbrauwen optrok.

'Nou, dit is een verslag waar haar naam in voor komt.' Jort stond stijf van de adrenaline die door zijn aderen raasde.

'Wat?!' riep Mart met overslaande stem. 'Wat doet zij in een politiedossier?!' Zijn ogen spraken boekdelen. Mart snapte er helemaal niets van, en dat was niet zo gek.

'Lees het zelf maar, hier staat het. Ze heeft ooit aangifte gedaan van bedreiging.'

Mart pakte het dossier vluchtig aan en zijn ogen vlogen over de letters. Jort keek het aan en wist niet wat hij ervan moest denken. Eigenlijk vond hij het raar dat Mart zoiets niet wist van zijn vrouw.

'Waarom weet ik hier niets van?' zei Mart die een onthutste blik in zijn ogen had. 'Maar, de echte vraag, waarom denk je dat het er iets mee te maken heeft? Nog eens, wat zou Jane hiermee te maken kunnen hebben?'

'Nou,' begon Jort, 'het lijkt me niet een heel raar idee. Dat is ook waarom ik je gelijk heb geroepen toen ik dit las. Ik bedoel, een doodsbedreiging, geschreven op een prinsessenkaart, zo eentje met bijna al die Disneyfiguren erop. Een kind van zes zou het leuk vinden, maar op die leeftijd, dat is verdacht. Ze kreeg de kaart op haar verjaardag. Bij het lezen over die prinsessenkaart was ik al alert, maar toen ik over die doodsbedreiging las, was het verhaal rond. Alle alarmbellen gingen af.'

'Wat stond erop?'

'Op een van de hartjes aan de binnenkant van de kaart stond "Uit het oog, maar niet uit het hart". Dat was op zich niet verkeerd, maar wel raar. Het werd pas eng als je leest wat in het andere hart stond. Daar stond: "En om je uit dat hart te krijgen, zou ik dat hart eruit moeten halen. MAAR laat ik nou geen zin hebben om me van mijn eigen hart te ontdoen. Jouw hart lijkt met een veel beter idee!".'

En toen leefden ze niet meer...Where stories live. Discover now