hoofdstuk 61

1.5K 91 3
                                    

POV Madison

De volgende ochtend was moeilijk voor de hele familie. Met zijn vieren gingen ze hun laatste gedag zeggen tegen het lichaam van de opa. Ik en Melodie waren wel uitgenodigd maar beide wisten we niet zo goed of dat echt was wat ze wilden. 

Daarom zijn ik en Melodie in het penthouse gebleven en zijn we samen een aantal films aan het kijken op de grote televisie die in de woonkamer stond. 

Blijkbaar had ook Melodie die nacht niet veel slaap gehad, dus hadden we een warme deken om ons heen geslagen, tegen elkaar aan gekropen en een grote mok chocomelk met slagroom. We keken lachfilms omdat we even onze gedachtes uit het verdrietige penthouse wilde halen. 

Eenmaal toen we de lift hoorden zetten we snel de televisie uit want we vonden het wel een beetje lullig overkomen als wij hier een lachfilm aan het kijken waren terwijl de familie net een dierbare had verloren. 

Eerst kwamen de ouders van Nathan binnen die klein naar ons glimlachte en met een hoop papieren aan de slag gingen, die leken op papieren voor een begrafenis te regelen, ik herken ze namelijk van toen de oma van Liz overleed en we die in het kantoor van haar vader vonden. 

Rutger kwam erachter aan en kwam recht op Melodie af die op sprong en hem een dikke knuffel gaf. Nathan kwam als laatste binnen en rende de trap op zijn snelste tempo op en gooide hard zijn deur dicht. Ik keek even naar de andere mensen, die allemaal van mij naar de trap keken. Ik stond op en liep naar boven. 

Ik wilde de kamerdeur open duwen maar hij was op slot gedaan. Ik liep naar de badkamer, om via die deur de slaapkamer in te komen maar ook deze was al op slot gedraaid. Er was nog maar één mogelijkheid om de kamer van Nathan in te komen maar dat was gekkenwerk. Er was buiten het penthouse een balkon, de kamer naast die van Nathan, de gastkamer. Naast dat balkon was een rand van 40 centimeter breed, die liep ook langs het raam van Nathan. 

Ik liep naar het balkon. Ik keek heel even naar beneden, het was recht boven de drukke straat, als ik viel was ik sowieso dood. Ik keek naar Nathans raam en vroeg me af of ik het moest doen. Ik slikte een keer. Ik moest wel want Nathan moet nu niet alleen zijn. 

Ik stapte over het balkon heen en ging op de rand staan. Ik vond het staan maar niks en hield me vast aan de reling van het balkon. Ik zakte langzaam door mijn benen en kroop naar het raam. Gelukkig voor mij stond het open. Ik duwde het voorzichtig open, liever mijn handen niet van de rand af te halen. 

Nathan lag op bed en had zijn hoofd verstopt in zijn kussen. Langzaam kroop ik door het raam en stapte ik op de grond. Ik liet een opgeluchte zucht, blij dat ik niet van de rand was gevallen, op de stoep tientallen meters onder me. 

Ik liep naar het bed en ging op de rand zitten en legde mijn hand voorzichtig op de schouders van Nathan die hard lag te snikken. Hij schoot overeind, duidelijk geschrokken. 

"Hoe kom je binnen?" Ik wees voorzichtig naar het raam dat nog wagenwijd open stond. "Ben je gek geworden?" Vroeg hij met grote ogen. Ik lachte klein. "Ja, op jou, en daarom kan je me niet buitensluiten." Hij sloeg zijn armen om me heen en trok me dicht tegen hem aan. 

Hij verborg zijn gezicht weer in mijn t-shirt en ik voelde het langzaam nat worden, maar het maakte me niet uit. Ik wreef met mijn duim kleine rondjes op zijn rug. "Ik mis hem zo, nu al. Het doet zo veel pijn Madison" Ik wist niet wat ik moest zeggen dus drukte ik een kusje op de kruin van zijn hoofd.

Hij keek even op. "Ik weet niet wat ik zonder je moest, alsjeblieft ga niet meer, nooit meer" Ik keek hem diep in zijn ogen aan. Zijn ogen waren helemaal rood van het huilen en hij zag er slecht uit. Je zag dat hij afgelopen nacht geen enkele slaap had gehad. Ik wreef met mijn duim de tranen van zijn wang en drukte mijn lippen zacht op die van hem. "Ik kan ook niet zonder jou" 

Ik leunde tegen de muur aan waar het bed tegen aan stond. Hij legde zijn hoofd in mijn schoot en liet zo nu en dan een traan over zijn wang vallen in stilte. Ik veegde die dan snel weg waardoor er een kleine glimlach op zijn gezicht verscheen. "Waarom haal je ze zo snel weg?" Ik haalde mijn schouders op. "Ik wil je niet zien huilen, dan moet ik dadelijk huilen en ik wil niet huilen. Ik wil sterk zijn voor jou" Hij tilde zijn hoofd op en leunde op zijn elleboog. 

"Madison, je hoeft niet sterk te blijven voor mij, dat heb ik je al vaker verteld. Mij maakt het niet uit of je huilt of niet, ik weet dat je diep van binnen sterk bent, maar soms is het ook goed om even niet zo sterk te zijn" Ik knikte. "Maar als ik jou zie huilen breekt mijn hart gewoon voor je" 

Hij legde zijn vrije hand op mijn wang. "Waar heb ik jou aan verdiend?" Mompelde hij zacht. Ik lachte zachtjes. "Het is eerder andersom" Hij glimlachte en legde zijn hoofd weer neer. 

"Mijn opa ging altijd met mij naar een klein meertje een uur hier vandaan. Hij had daar een huisje. Het enige wat we deden was zwemmen, vissen en eten. 's Avonds liepen we dan over het gras en gingen we daar liggen. Ik lag altijd met mijn hoofd op zijn schoot en we keken dan naar de sterren. Ik weet nog dat hij me meestal dan naar binnen moest brengen omdat ik dan midden in een gesprek in slaap viel en hij wilde me dan niet wakker maken" 

Terwijl hij vertelde over verhalen van hem en zijn opa bij het meertje zei ik niks. Ik speelde met mijn ene hand met zijn haren. Mijn andere hand hield hij stevig vast en gaf hij zo nu en dan een kus op met zijn zachte, natte lippen. Hij liet de tranen één voor één vallen, en ik wilde ze voor hem opvangen maar hij hield me dan tegen en schudde langzaam zijn hoofd.

Ik keek naar Nathan die langzaam opbloeide terwijl hij vertelde over de geweldige dagen die hij met zijn opa had beleefd. Ik genoot van Nathan, van zijn aanwezigheid, hoe hij zijn emoties durfde te tonen voor me en hou hij niks achter zich hield, geen opgekropte gevoelens. 

"Madison?" Ik hummde wat zodat hij wist dat ik nog wel wakker was. "Ik hou van je" Ik glimlachte. "Ik hou van je" Hij glimlachte. "Als ik klaar ben met college, wil je dan met mij samen wonen, in LA, hier in New York, of in Miami, mij maakt het niet uit" 

"Ik ben dan pas net klaar met mijn middelbare school" Hij knikte. "Dan kan ik werken en dan jij naar college en dan als ik thuis kom van een vervelende dag op het werk, ik je kan kussen zoveel ik wil, je vast kan houden en je kan uitkleden. Ik hoef niet weken te wachten tot ik je zie. We hebben onze eigen badkamer, slaapkamer, ons eigen huisje of appartement. Ik wil dat je voor altijd bij me blijft" 

Ik deed mijn mond open en keek naar hem. Ik wilde iets zeggen maar ik kwam woorden te kort. "Als je het niet wil snap ik dat..." Ik drukte mijn lippen op die van hem. "Dat lijkt me geweldig, ik was gewoon even geschrokken, ik had die woorden niet verwacht" Hij glimlachte. "Is dat een ja?" Ik knikte. "Maar laten we eerst maar jou college afmaken en mijn school" Hij knikte. "Het komt allemaal wel weer goed" Zei hij. 

Ik wist niet of hij nou wilde samen wonen omdat hij zijn opa miste en iets vast in zijn leven wilde, of omdat hij echt van me hield en met me wilde samen wonen omdat hij me echt iedere dag graag ziet. Ik weet het niet, maar ik wil er niet moeilijk over doen, niet vanavond, niet vandaag.

Who's our father?Where stories live. Discover now