33

437 26 3
                                    

Pov Annefleur

Ik rits de tas open. Gelukkig had het hotel nog één kamer vrij. Ik haal wat van mijn spullen er uit als ik één van Dioni witte shirts tegen kom. Natuurlijk, die heeft tussen mijn pyjama's gelegen in mijn kast. Ik kijk er even naar en opnieuw prikken de tranen in mijn ogen. Ik pak het shirt uit mijn tas en ruik er even aan; het ruikt overduidelijk naar Dioni. Ik geniet van zijn geur. Ik ga op het bed zitten en zet mijn telefoon aan, met het shirt nog in mijn handen. De voicemails van Dioni stromen binnen. Ik negeer ze en open mijn whatsapp. Ik kijk even naar de foto van Dioni en Lily. De tranen rollen over mijn wangen. Ik doe mezelf hier alleen maar meer pijn mee. Ik wil mijn telefoon uitzetten als ik een berichtje krijg. Ik open de chat, het is een nummer die ik niet ken, maar de profielfoto zegt genoeg, het is Lily. Ik open de foto en slik even. Nog een foto van haar en Dioni, maar deze is erger. Dioni ligt op een bed en Lily maakt de knoop van zijn broek los. Dioni zijn hoofd staat niet op de foto, maar ik herken hem maar al te goed aan de tattoo's op zijn borst. Zijn handen zitten achter zijn rug, ik kan ze niet zien. Het ging er blijkbaar wild aan toe. Snikkend gooi ik mijn telefoon op het bed en druk ik mijn gezicht in het t-shirt.

Pov Dioni

Voor de zoveelste keer probeer ik Annefleur te bellen, maar ze neemt nog steeds niet op. Ik kijk even naar het hotel. Ik heb elk hotel in Amsterdam gebeld en in dit hotel is ze. Waarom is ze in godsnaam gevlucht? Alles ging prima tussen ons, tenminste dat dacht ik. Ik stap mijn auto uit en loop het hotel in. Ik loop door naar de trap en ga opzoek naar kamer honderdtwintig. Eenmaal op de juiste verdieping aangekomen is het nog maar een klein stukje voordat ik voor de juiste deur sta. Ik klop op de deur, 'Anne?' roep ik, maar ik krijg geen antwoord. Ik zie een schoonmaker lopen en ik loop naar haar toe, 'Sorry, heeft u een sleutel? Ik heb mezelf per ongeluk buiten gesloten.' zeg ik op een onschuldige toon en ze bekijkt me even. 'En dat moet ik geloven?' vraagt ze. Ik glimlach zwakjes naar haar, 'De kamer staat op de naam Bakker.' antwoord ik. Ze haalt een boek uit de kar, 'Welk nummer?' vraagt ze. 'Honderdtwintig.' antwoord ik en ze knikt, 'Dat klopt.' zegt ze en ze haalt een pasje uit haar zak. Ze loopt naar de deur en opent hem, 'Bedankt.' glimlach ik en ze loopt terug naar haar kar. Dat ging makkelijk. Ik loop de kamer in, 'Anne?' vraag ik en ik loop door het kleine halletje. Ik tref Annefleur op het bed aan, haar kleren liggen uit de weekendtas verspreidt over de grond. Ze schiet overeind, 'Wat doe jij hier?' vraagt ze op een kwade toon. Haar ogen zijn dik en rood, ze ziet eruit alsof ze dagen lang niet heeft geslapen. 'Anne, ik was hartstikke bezorgt. Waarom ben je er opeens vandoor gegaan?' vraag ik en ze staat op. 'Donder op!' roept ze kwaad en ze wijst naar de deur. Ik slik even, 'Anne, wat is er aan de hand?' vraag ik niet begrijpend. Ze kijkt nu alleen maar kwader, 'Wat is er aan de hand? Jij bent er aan de hand! Donder op! Ik wil je niet zien!' schreeuwt ze en ze duwt met haar handen tegen mijn borst om me weg te duwen, maar helaas voor haar ben ik sterker. Ik pak haar polsen vast, 'Anne, wat is er in godsnaam aan de hand? Leg het me uit.' smeek ik haar, maar ze schudt haar hoofd. 'Je weet donders goed waar ik het over heb, Dioni. Dacht je echt dat je dit voor me kon verzwijgen?' vraagt ze kwaad en ze trekt zich los uit mijn greep. 'Anne, ik weet niet wat er is, maar je gaat mee naar huis.' zeg ik en ik begin haar kleren te verzamelen. Ze trekt de kleren uit mijn handen, 'Ik ga helemaal nergens met jou heen. Blijf met je vieze tengels van mijn spullen af!' schreeuwt ze en ze legt ze aan de kant. Ik kijk haar geschrokken aan. Ik weet dat ik veel fouten heb gemaakt, maar wat heb ik nu dan in godsnaam gedaan? 'A..Anne.' stotter ik terwijl de tranen over haar wangen rollen. 'Zorg dat je morgen om twee uur niet thuis bent. Ik kom al mijn spullen halen én ik wil je niet zien. Donder op!' sist ze kwaad. Het voelt alsof de grond onder me vandaan zakt. Ik kan mijn eigen fouten niet fixen, want ik weet niet wat mijn fouten zijn. Woede borrelt in me omhoog, 'Prima.' brom ik kwaad en ik loop richting de deur. Ik leg mijn hand op de deurklink. 'Je vergeet wat.' snikt ze en ik draai me om. Voor ik het echter door heb drukt ze de verlovingsring in mijn hand. 'En nu opdonderen.' snikt ze. Ik loop de kamer uit en ze gooit de deur achter me dicht. Ik leun tegen de muur aan en sla mijn handen voor mijn gezicht. Dit loopt uit de hand...

More than roomates ft. B-BraveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu