13.

506 44 5
                                    

13. Hades

Ik rende door het paleis. Het gejank van Kerberos werd alleen maar luider en luider. Hij bewaakte de poort naar Tartaros. De poort die normaal enkel nog geopend worden vanuit de onderwereld. En om de één of andere reden stond diezelfde poort nu open.

Het was de enige reden die ik kon bedenken voor wat er net gebeurd was. Helena was aangevallen in haar slaap. Lena en waarschijnlijk heel wat andere geesten waren verdwenen. De geesten die er wel nog waren, waren in paniek. De ene na de andere rende langs me heen of kwam opeens tevoorschijn door een muur.

Voor andere zou dat vreemd lijken. Voor mij was het een dag zoals alle anderen.
Dit was mijn thuis en nu probeerde iemand dat kapot te maken.

Ik opende de deur naar de kamer waar ik de deur naar Tartaros had gezet. Kerberos lag op de grond, in zijn vorm met drie koppen. Alle ogen waren gesloten.

Een achterpoot trilde en schopte in de lucht. Het leek alsof ook hij aangevallen werd in zijn slaap.

"Kerberos." Ik bukte me en probeerde hem wakker te maken, net zoals ik daarnet bij Helena had geprobeerd.

Het duurde een paar minuten voor hij eindelijk reageerde. Zijn linkerhoofd gromde naar me, maar jankte zodra hij merkte dat ik het was.

"Dit is niet jouw fout." zei ik zachtjes. Mijn handen wreven door zijn vacht. Maar wie wel was op dit moment nog gissen.

Ik stond opnieuw recht en Kerkeros volgde mijn voorbeeld. Het was nu pas dat ik opmerkte dat de deur, langs waar je naar Tartaros kon, verdwenen was.

"Kerberos ... zoek!" Ik moest hem zelfs niet eens uitleggen wat hij moest doen. Het leek wel alsof hij mijn lichaamstaal kon lezen. Ofwel begreep hij meer van mijn woorden dan ik dacht.

Kerberos sprintte de kamer uit en snelde door de gang.

Terwijl Kerberos zich daarmee bezig hield, kon ik ondertussen uitzoeken waar Lena was. En natuurlijk wie hiervoor verantwoordelijk was.

Lena

Hades was me voorbij gelopen. Alleen had hij dat natuurlijk niet gemerkt. Net zoals sommige anderen had ik me onzichtbaar gemaakt. In de hoop zo te kunnen ontsnappen aan de geesten die vanuit Tartaros naar de onderwereld waren gekomen.

Alleen lukte dat niet. Doordat we onszelf onzichtbaar gemaakt hadden konden wij de geesten zien. Het zorgde ervoor dat hun voordeel in deze situatie verdween. Maar zo zagen we natuurlijk ook hoe angstaanjagend die geesten waren.

Toch zou dit me niet stoppen. Eerst had ik Helena's ouders in veiligheid gebracht. Om Apollo maakte ik le geen zorgen. Hij was sterk genoeg om de anderen te helpen. Net zoals Hades en Helena.

Ik beende verder door de gangen. Verder weg van het tumult en dichter naar de toegangspoorten van de onderwereld.

Vanop een afstand was het geschreeuw hoorbaar. Zelfs hier was er iets gaande.

Ik bleef abrupt staan en probeerde vanop een afstand te zien wat er aan de hand was. Zo wilde ik vermijden dat ik in de rij wachtende voor de poort zou terecht komen. Eens in die rij was het onmogelijk om er nog uit te geraken. Ofwel moest Hades me nog op tijd vinden.

Mijn ogen bekeken de twee deuren die voor de twee rijen stonden. Twee deuren die er identiek uitzagen. Helemaal anders dan in mijn herinnering.

Toen waren de twee deuren bijna tegenpolen. De ene was volledig zwart. Daar stapte je naar het duister toe. De andere was volledig wit. Gelukkig had ik in de juiste rij gestaan.

Nu waren beide deuren zwart. Hoewel. Bij één van de twee kon je nog een paar witte vlekken spotten, maar hoe langer ik ernaar keek hoe minder wit erover bleef.

Beide rijen wachtenden gingen naar Tartaros. Hetgeen eigenlijk onmogelijk was. Beide rijen hadden namelijk een andere bestemming.

Was iemand aan het knoeien met de poorten?

Maar wie dan? Ik dacht altijd dat Hades de enige was die dat kon.

Opeens klonk er een luide knal. Beide deuren gingen vanzelf dicht. Ik werd voorbij gelopen door Hades, die waarschijnlijk net tot dezelfde conclusie was gekomen als ik.

Hij sloot beide deuren stevig af en keek daarna bijna hulpeloos naar de rij wachtenden die elke seconde bleef groeien.

Als enkel Tartaros nog bestond, waar waren dan alle geesten die in het Elysium woonden? De plaats waar ik naartoe was gestuurd?

En wat moest er nu gebeuren met iedereen die stond te wachten?

Het leek wel alsof iemand de onderwereld probeerde lam te leggen,in de hoop zo een eigen leger te kunnen creeëren.

Niemand kon de onderwereld binnen, behalve geesten.

En net die geesten had onze mysterieuze vijand naar zijn hand proberen zetten.

En net die geesten had onze mysterieuze vijand naar zijn hand proberen zetten

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

A/N: Nog eens een stukje uit zowel Hades als Lena hun pov.

Laat zeker weten wat jullie ervan vonden!

Vote/Comment/Follow

My Life as his Goddess [NL - Vervolg op My Life as a Goddess]Where stories live. Discover now