19.

411 28 3
                                    

19. Helena

Ik had mijn handen op mijn zij gezet en keek vanop een afstand toe hoe alle geesten in de grote glazen doos zweefden. Volgens mij hadden we ondertussen alle geesten kunnen vangen. En het was te hopen dat er geen enkele het paleis had kunnen binnendringen. 

Deze keer had Hades wel zijn voorzorgen genomen. Het hangslot, dat nu de glazen doos sloot, kon enkel geopend worden door hem. Degene die hierachter zat, zou ze daardoor niet zomaar kunnen bevrijden. Dat gaf me best een geruststellend gevoel. 

Hades keek over zijn schouder naar me. Hij stond bij de glazen doos en had geen plannen om die plaats snel te verlaten. Het leek alsof hij nog niet helemaal zeker was of alles nu weer in orde was. 

"Ben je nog twijfels?" vroeg ik toen ik dicht genoeg bij hem stond zodat hij me kon horen. Ik legde mijn hand op zijn schouder en wachtte op zijn reactie.

"Elke keer als we denken dat onze problemen voorbij zijn, is iemand ons opnieuw te slim af." mompelde hij. Hades draaide zijn gezicht in mijn richting.

"Wat wil hij hiermee bereiken?" Ik weigerde Zeus zijn naam luidop te zeggen. Na alles wat hij ons al aangedaan had ...

Hades legde zijn arm om me heen. "Jou naar Olympus krijgen?" vroeg hij zich luidop af. "Lena?" voegde ik er vragend aan toe. Hij schudde meteen zijn hoofd. "Hij beseft goed genoeg dat Lena niet naar Olympus kan. Als geest is enkel de onderwereld een optie voor haar." 

"Of er moet wel een mogelijkheid zijn en hij probeert op deze manier tijd te rekken?" Mijn zin bleef een tijdje in de lucht hangen, alsof we er beiden over nadachten. Waarom zou Zeus anders Tartaros proberen binnendringen, om dan alle geesten vrij te laten in de onderwereld? 

"Misschien ... nee." Hades maakte zich van me los en begon te ijsberen, met zijn handen achter zijn rug. Ik wilde heel graag weten waaraan hij dacht, maar ik besloot hem nu niet uit zijn concentratie te halen. Dus deed ik toe hoe hij een aantal keer heen en weer liep. 

Hij stopte even abrupt als hij begonnen was en draaide zijn hoofd in mijn richting. "Hij probeert via de Tartaros de onderwereld binnen te dringen ..." fluisterde hij. Zijn ogen gingen van mij naar het paleis. "De geesten kunnen geen goden meenemen maar wel ..." 

Ik besefte op dat moment waarover hij het had. Zoals ik reeds voorspeld had, was ik niet het doel van deze actie, maar Lena. Via de geesten zou Zeus haar via Tartaros uit de onderwereld kunnen halen. Maar hoe geraakte ze dan in Olympus? En vooral, hoe ging Zeus ervoor zorgen dat ze kon overleven in Olympus?

Zowel Hades al ik zetten ons in beweging. We renden zo snel mogelijk naar het paleis, met Kerberos in ons kielzog. 

"Ze is weg! Ze is weg! Ik zei het toch dat ze een spel aan het spelen waren met ons!" Ik herkende mijn vaders stem al van ver. Hij schreeuwde tegen iemand en het was pas toen we zijn stem volgden dat ik zag tegen wie. 

Apollo en mijn vader stonden in het midden van de gang. Mijn vader had een lamp in zijn handen. Beide mannen keken doelloos rond. Ze merkten zelfs niet eens dat we er waren. Het leek wel alsof ze in hun eigen wereld zaten met z'n twee.

"Pap?" Ik stapte voorzichtig naar hem toe. Mijn hand raakte zijn schouder aan en pas dan leek merkte hij me op. "Schat?" Hij hield de lamp nog steeds stevig vast maar raakte wel mijn arm aan. Nu leek ook Apollo me op te merken. "Is ze het echt?" vroeg hij, terwijl zijn ogen me kort bekeken.

"Ik denk het wel" zei mijn vader, toch nog met enige aarzeling. 

"Wat is hier in godsnaam aan de hand?" Hades moeide zich nu voor het eerst in het gesprek. "Lang verhaal kort ... Enkele geesten zijn kunnen binnendringen, ze deden zich voor als Lena en Helena's moeder en wel ... Nu zijn we ze beide kwijt."

"Kwijt?" herhaalde ik het laatste woord. "Ja, kwijt! Weg! Verdwenen!" siste Apollo tegen me. "Ik weet dus niet wat jullie buiten allemaal uitgespookt hebben, maar we hadden jullie hierbinnen nodig!" 

Zijn woorden staken. Vooral omdat ik net degene was geweest die Hades zijn advies niet had opgevolgd en naar buiten was gegaan. Als ik binnen was gebleven dan ... Misschien waren ze er nu nog.

"Het is hem dus toch gelukt ..." Niemand lette op Hades zijn opmerking. Apollo had een veel belangrijkere vraag. "Waar zijn ze?" Zijn ogen boordden in die van mij.  Ik had meteen spijt dat ik erop antwoordde. Wat de blik in zijn ogen straalde meteen wanhoop uit.

"In Olympus."

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vinden!

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vinden!

Vote/Comment/Follow

My Life as his Goddess [NL - Vervolg op My Life as a Goddess]Where stories live. Discover now