14.

452 42 2
                                    

14. Helena

Het natte washandje voor mijn ogen zorgde ervoor dat ik opnieuw in de duisternis zat. De pijnscheuten in mijn enkel waren bijna volledig weg. Het was ironisch om te weten dat de man die ik ook verafschuwde omdat hij mij en Hades uit elkaar wilde halen, nu de persoon was die voor me zorgde.

"Dus ... jij en Lena ..." Het was het stomste onderwerp voor dit moment. Net nu geesten ontsnapt waren uit Tartaros. Ik die hier gewond lag en onze beide wederhelften die spoorloos waren. Net zoals mijn ouders.

En net daarom wilde ik een luchtiger onderwerp. Eén dat wel een happy end kreeg, in tegenstelling tot de situatie in de rest van de onderwereld.

Ik hoorde hoe Apollo zacht grinnikte. "Vind je het nu vreemd dat ik nu samen ben met je dubbelganger?" kaatste hij de bal in mijn kamp. Ik haalde mijn schouders op. "Ik vind het vooral vreemd dat je bent terecht gekomen in de plaats waar je altijd zo slecht over sprak." zei ik, verwijzend naar onze vele gesprekken over de onderwereld. "En dan nog bij mijn aartsvijand." We lachtten beide om het grapje. Onze levens waren heel anders gelopen dan we verwacht hadden.

"Zolang ik Lena naast me heb, maakt het me niet uit waar we zijn." Mijn hand verlegde het washandje zodat ik naar hem kon kijken. "Vind je het dan niet erg dat ze niet mee kan naar Olympus? In de veronderstelling dat dit hele dispuut met Zeus opgelost raakt." En ik op zijn troon zit, dacht ik erachteraan. Anders zou Lena nooit veilig zijn.

Apollo trok zijn wenkbrauw op en liet een korte stilte voor hij antwoordde. "Na alles wat er ondertussen gebeurd is met Zeus denk ik niet dat er voor mij nog een toekomst ligt in Olympus." Hij wreef kort over zijn kin, zonder zijn blik van me weg te halen. De toon waarmee hij sprak leek erop te wijzen dat hij nog twijfelde.

"En de rest van de familie?" Opnieuw was het even wachten op antwoord. "Ik woon al zo lang bij hen dat het leuk is om ze eens niet in de buurt te hebben. Hoewel ... met mijn tante in de buurt ..." Ik nam het washandje vast en gooide het naar hem. Uiteindelijk kwam het tegen de kast terecht, wat hem alleen maar harder deed lachen.

"Doe er mij alsjeblieft niet aan denken ... En daarbij, iedere god is wel met meerdere verbinden bij jullie." Apollo verbeterde me meteen. "Bij ons, Helena. Je bent een volwaardig lid van de familie." Ik lachtte sarcastisch. "Heb ik echt al veel van gemerkt." mompelde ik, voor ik mijn hoofd terug op het kussen legde.

Ons gesprek werd onderbroken door de kamerdeur die open ging. Hades beende naar binnen en liet kort zijn blik over mijn lichaam gaan, om te zien of alles in orde was, terwijl hij naar me toe kwam. Hij drukte een kus op mijn voorhoofd.

"Gaat het al beter met je enkel?" Zijn gezicht zag nog bleker dan normaal. Zijn anders fonkelende ogen keken zorgelijk. En ik vermoedde dat dat niet alleen door mij kwam.

"Het gaat wel ... Ik heb wel nog niet geprobeerd om erop te steunen." Mijn handen had ik ondertussen op zijn wangen gezet. "Maar dat is niet belangrijk nu ... Wat is er aan de hand? Heb je de geesten terug kunnen brengen naar Tartaros?"

De blik in zijn ogen zei genoeg. Zijn ogen ontweken de mijne en hij probeerde zich los te maken uit mijn greep. "Hades?!" Ik legde mijn beide armen rond zijn nek, in de hoop hem zo nog even vast te kunnen houden.

"Ik los dit wel op. Maak je maar geen zorgen." Hades probeerde zelfzeker te klinken maar hij mislukte. Als hij een manier wist om dit op te lossen dan had hij dat al lang gedaan.

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vonden!

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

A/N: Laat zeker weten wat jullie ervan vonden!

Vote/Comment/Follow

My Life as his Goddess [NL - Vervolg op My Life as a Goddess]Where stories live. Discover now