26.2 'Een gevangenis inbreken, natuurlijk.'

508 23 3
                                    


Ayame

Enkele uren later zat ik samen met de rest van mijn team in de auto. 

In wolvenvorm waren we makkelijker te ruiken en zouden we de deuren in de gevangenis niet open kunnen maken. In mensenvorm hadden wij dat probleem niet, dus had iedereen besloten dat het in die vorm zouden doen.

Camille parkeerde de auto aan de rand van het bos, verborgen onder de bomen, en stapte uit. 

Ik en de rest volgden haar. Allemaal waren wij ingesmeerd met plantensap, waardoor geen enkele weerwolf hun kon ruiken.

Ik hoop dat Justin oké is dacht ik. 

Samen met Remi's team had Justin de taak op zich genomen om zijn vader te bevrijden en waren via de ingang naar binnen gegaan. Nu ging mijn team hetzelfde doen bij de nooduitgang. Deze was veel makkelijker dan wat Justin en de rest deden.

De ingang die Justin gebruikten was een ingang dat iedereen gebruikte. Je zou het kunnen zien als de voordeur, dus was die gigantisch druk en beveiligd, terwijl de achterdeur -die mijn team nam- onbeveiligd bleef.

Samen met Camille, John, Erno, Lyra en Ria liep ik stilletjes naar de deur toe. Het zat verscholen tussen de bomen en planten, waardoor het lastig was om het ijzeren ding te vinden. Onmogelijk zelfs als wij de kaart niet hadden gehad, maar gelukkig hadden wij die wel.

Ik glimlachte triomfantelijk. 

Binnen enkele minuten hadden we de deur gevonden. Het was overwoekerd met planten en zag er uit alsof het al jaren niet gebruikt was. Er kwam zelfs roest vanaf. Toch zat er nog wel een alarm op, die eerst moest worden uitgeschakeld, omdat onze positie anders verraden zou worden.

'Jane,' fluisterde ik in verborgen microfoon. 'De nooduitgang.'

'Oké,' mompelde de vijftienjarige en toetste iets in op haar toetsenbord. 'Je kan gaan.'

Beste 15-jarige hacker ooit. 

'Oki-doki,' zei Camille met een trotse glimlach, voordat John de deur open trok en we allemaal naar binnen glipten. 

De hal waar we nu in stonden was zo smal, dat we er onmogelijk met ze tweeën in de breedte zouden kunnen staan. Dus maakte iedereen een rij en begon te lopen.

Het schimmen licht dat over hun heen scheen, was niet genoeg om te kunnen zien dus sprong iedereen over naar een soort half-weerwolf transformatie, die net iets anders was, omdat alleen maar hun ogen transformeerde in die van een wolf. Zo konden we beter zien.

Zo te zien stonden we bij een splitsing. Je kon links of rechts. 

Ik, die natuurlijk de hele map uit mijn hoofd wist, gebaarde dat we naar rechts moesten. 

'Stop,' riep Jane. 'Er komen bewakers aan!' 

Mijn ogen vergrootte en mijn teamgenoten begonnen de lucht te sniffen. 

We hielden halt en keken vluchtig in het rond, zoekend naar een verstop plek. Iets wat er niet was. De gangen waren te smal en te rechtlijnig, zonder een enkel voorwerp erin. 

Was vechten de enige optie? 

Plots gebaarde Erno naar het plafon en sprong in de lucht, om zich een seconde later aan een van de afvoerpijpen vast te klemmen met handen en voeten. 

Dat is briljant! Complimenteerde John hem door de gedachtelink. Erno rolde zijn ogen en gebaarde met zijn hoofd dat ze zich moesten haasten.

Het was niet zo makkelijk als gedacht, omdat het plafon wel vier meter boven hen uit hing. 

Voor weerwolven of halfbloedjes was zo'n afstand geen probleem, als die wolven geen Camille waren. Blijkbaar had die de kracht van een slaperige naaktslak en had ze ook nog hoogtevrees.

De alfa en de halfbloed (✔)Onde as histórias ganham vida. Descobre agora