Hoofdstuk 162

1.6K 87 10
                                    

Lauren POV:

Het is zondagmiddag, twee weken later, en ik hang in de hangmat in de tuin. De zon schijnt volop en kleurt mijn huid lekker bruin. Als ik de stem van Remco hoor zet ik mijn zonnebril op en prop in mijn oortjes in mijn oren.

Nadat ik heb opgebiecht aan Bas wat er gebeurd is, is hij weggegaan en heb ik niks meer van hem gehoord tot op de dag van vandaag. Zelf praat ik niet meer tegen Remco en Giorgina, al 2 weken niet.

Ik geef ze gelijk in het feit dat het niet eerlijk was tegenover Bas maar ik ben nog steeds boos op Giorgina om hoe ze me noemde en boos op Remco om hoe hij me gedwongen Bas liet bellen.

Ik til mijn zonnebril een stukje op en zie dat hij op de loungebank verderop in de tuin gaat liggen. Ik scrol doelloos door mijn telefoon. Moet ik Bas zelf bellen? Het enige wat ik van hem gezien heb is een bericht op zijn Facebook.

Ik peuter aan het bandje van mijn zwarte bikini en kijk op mijn horloge. Het is 4 uur. Misschien moet ik hem niet bellen, maar gewoon langs gaan. Enkele seconden denk ik na. Wat heb ik te verliezen? Ik heb het toch al zo goed als verpest. Ik veer op uit de hangmat en loop snel langs Remco. Hij roept me maar ik negeer hem en ga naar mijn kamer. Als ik mijn bikini uit doe en voor de spiegel sta kan ik duidelijk zien dat ik verkleurd ben vandaag. Ik glimlach tevreden en stap onder de douche.

Met moeite kan ik alle knopen uit mijn natte haar kammen, ik moet nodig naar de kapper. Ik trek zwart ondergoed aan en besluit om een simpel zwart tuniekje aan te doen. Ik doe alleen wat mascara en parfum op en pak mijn bruine sandaaltjes. Ik stop mijn pinpas, telefoon, OV kaart en oplader in mijn Chanel tas en zwaai hem over mijn schouder. Als finishing touch zet ik een zwarte hoed op en dan ga ik naar beneden. Mijn ouders zijn alweer in het restaurant en aan Remco hoef ik niet te vertellen waar ik heen ga. Ik sluit de voordeur achter me dicht, duw mijn zonnebril op mijn neus en loop richting het busstation.

Ik ga achterin de bus zitten en kijk hoe laat er een trein richting Amsterdam gaat. Daarna doe ik mijn oortjes in en staar in uit het raam. Moet ik hem echt niet vertellen dat ik er aan kom?

Nee, nee ik ga gewoon.

Ik stap uit de bus en steek over naar het treinstation. Ik haast me naar het perron en ben nog net op tijd voor de trein richting Amsterdam centraal. Ik ga tegenover een wat oudere man zitten en zet de muziek wat harder.

'Amsterdam Centraal.'

Eindelijk. Ik verlaat de trein en loop door het station richting het centrum. Onderweg koop ik een ijsje en een flesje water en ik loop richting het studentenhuis. Mijn telefoon trilt in mijn tas. Het is Remco.

'Waar ga je heen?'

Ik verwijder het bericht en stop mijn telefoon in mijn tas. Als ik voor de voordeur sta haal ik eens diep adem, wat doe ik hier eigenlijk? Dit was een heel slecht idee. Ik druk op de bel en zet mijn zonnebril af. Na een tijdje gaat de deur open. Er staat een slank meisje met lange, blonde krullen en blauwe ogen voor mijn neus. Ik zie het meteen, dit is zijn zusje.'

'Eh, hallo.' Zeg ik. 'Hai! Kan ik je ergens mee helpen?' Vraagt ze vriendelijk. 'Ik denk het. Ik ben op zoek naar Bas.' Ze bekijkt me van top tot teen.' 'Jij bent Lauren!' Zegt ze dan. Ik voel dat ik rood word. 'Ja, klopt.' Ze steekt haar hand uit. 'Rachel. Kom verder.' Ik loop achter haar aan en boven houdt ze de deur voor me open. Ik stap de kamer in en kijk om me heen, ze zitten op het balkon. 'Bas, er is bezoek voor je!' Ze lacht nog even naar me en gaat dan ook op het balkon zitten.

'Lauren?' Ik draai me om. Bas staat voor mijn neus, hij heeft alleen een grijze trainingsbroek aan. 'Bas.' Zeg ik zacht. 'Wat doe je hier?' 'Ik heb al 2 weken niks van je gehoord.' 'Waarom bel je me dan niet?' 'Je hebt gelijk, dit was een slecht idee. Ik ga weer.' Ik durf hem niet aan te kijken en loop richting de deur. 'Wacht.' Zegt hij dan. Ik kijk hem aan. 'Laten we even praten.' Ik glimlach. 'Ik zal je moeder even gedag zeggen.' Hij knikt en loopt voor me uit het balkon op. Zijn moeder zit op een bankje met 2 meisjes naast zich, beide met bruin haar. Naast Rachel zit ook nog een meisje met blond haar. 'Dag Lauren.' Zegt zijn moeder lief. 'Dag mevrouw.' 'Dames, dit is Lauren.' Zegt Bas dan. Één voor een geven de meisjes me een hand. 'Liv.' 'Marije.' 'Nikki.' Ik glimlach naar ze. 'Leuk om jullie te zien.' 'Wij zitten even binnen.' Zegt hij dan. Rachel knipoogt naar hem. Ik ga naar binnen en hij schuift de deur tussen de kamer en het balkon dicht. Dan loopt hij naar de kamer van Maarten en gaat op zijn bed zitten. Ik zet mijn tas neer en doe mijn hoed af. 'Je zier er weer mooi uit.' Zegt hij dan. 'Dankje.'

'Ben je nog boos op me?' Vraag ik dan. 'Oh, nee joh. Zo lang kan ik niet boos blijven, maar ik wist niet wat ik moest, dus daarom besloot ik om niks van me te laten horen. Sorry.' 'Joh, dat maakt niet uit. Ik snap het wel, ik ben al blij dat je nog tegen me praat.' Ik glimlach verdrietig. 'Het is niet dat ik je nu haat, ofzo. Echt niet, ik ben gewoon teleurgesteld. Dat was ik. Maar misschien reageerde ik wel overdreven, we hebben verder geen relatie met elkaar.' 'Je hebt al het recht om boos te zijn, ik heb echt iets verschrikkelijks gedaan en daar heb ik ook oprecht spijt van.' 'Dat weet ik wel.' Het is weer stil.

'En nu?' Vraag ik dan. Ik kijk naar mijn sandaaltjes, als ik naar hem kijk blijft mijn blik op zijn blote bovenlichaam hangen. 'Ik weet het niet. Vind je me echt leuk Lauren?' Ik kijk hem aan. 'Ja, 100%. Vind je mij nog wel leuk?' 'Helaas wel.' Ik lach zacht. 'Dankje.' Hij pakt mijn hand en vlecht onze vingers samen. 'Ik heb elke dag aan je gedacht. Ik vind je zo'n mooi, lief en grappig meisje.' 'Nogmaals sorry, het was echt een ongeluk wat er gebeurd is. Maar ik kan het niet meer terugdraaien.' 'Het geeft niet, niet meer. Ik heb je echt gemist.' 'Ik jou ook. Het is vreselijk bij ons thuis.' Zucht ik dramatisch. Hij lacht naar me en streelt door mijn haar. Voorzichtig zoent hij me. Ik leg mijn hand op zijn buik. Na een tijdje onderbreekt hij onze zoen. 'Ik heb er zelfs aan gedacht hoe het zou zijn als jij en ik.. Om met jou.. Snap je me?' Zijn stem is onzeker en er komt een rode blos op zijn wangen.

Ik smelt vanbinnen. Waarom koos ik die junk ook alweer boven zo'n iemand?

'Echt?' Vraag ik. 'Ja. Dat heb ik nóóit, je snapt vast waarom. Maar dat gaan we niet nu doen hoor.' Zegt hij er snel achteraan en ik moet lachen. 'Tuurlijk niet.' Ik geef hem een kus op zijn lippen.

'Wil je blijven eten?'

She's unforgettableWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu