22

47 3 3
                                    

'We hebben geen eten meer, ook geen drinken,' zei Brechje de dag na het voorval met de helling. Ik lag nog steeds in dezelfde positie. Mijn hele lichaam deed pijn en ik was ook nog extreem pijn. De minste beweging zou me het laten uitschreeuwen, dat zou zombies aanlokken.

Ik haalde mijn schouders op en moedeloos keek Brechje om haar heen. Tony was niet meer bewusteloos, maar wel suf. De pijn werkte blijkbaar als een soort verdoving. Toch opende hij zijn ogen.

Fluisterend zei hij: 'Ik ... ik denk dat één van jullie op jacht moet. Brechje?' Hij ging wat overeind zitten en ik zag hoe hij op zijn lip beet en zijn ogen samenkneep om de pijn te beheersen. Ik had medelijden. Ik knikte en Brechje zuchtte, ze zei: 'Ik ga vallen zetten, Lisa, jij houdt de wacht!'

Ze duwde het geweer in mijn handen en liep weg. Ik was bang. Langzaam schoof ik mezelf naar Tony toe en ging voor hem liggen. Nog steeds kon ik niet praten, maar hij kon in ieder geval aan mijn gezicht zien hoe bang ik was. Ik hief het wapen lichtelijk op en keek hem vragend aan. Hij vroeg: 'Je weet niet hoe het wapen werkt?' Ik knikte. 'Goed, ik zal het je uitleggen...'

Ruim twee uur lang bleef het rustig. Terwijl Tony me influisterde hoe het wapen werkte en hoe ik het beste kon mikken, lette ik op. Het bleek dat het in dit deel van het bos rustig was. Het bleek ook dat het stil was hier. De vogels hielden zich koest en ook hoorde of zag ik geen eekhoorntjes van tak tot tak springen. Het verveelde me. Het leven was saai geworden zonder mobiel, televisie of bioscoop. Zonder stroom. Ik mistte school zelfs. Het dagelijks vroeg opstaan, de saaie lessen en dan thuis geen huiswerk maken maar op de mobiel. Een rustig leven. Dit leven was anders. Elke dag kon ik doodgaan, niet alleen door zombies, en elke dag sloopte ik mezelf. Mentaal en fysiek. Mijn lichaam was kapot, mijn ribben en arm waren gebroken en overal had ik wel sneeën. Mijn geest was ook vergiftigd. Het beeld van de zombies was afschuwelijk en eng, ik kreeg nachtmerries. Eigenlijk was ik al half dood.

'Door loopt er één!' zei Tony ineens en ik keek op uit mijn denkbeeld. Het was een jongen. Zijn vieze bruine haren hingen slap over zijn hoofd heen. Zijn ogen waren viezig grijs en zijn huid was lijkkleurig en een beetje geel door de viezigheid. Zijn kleding was kapot en vol bloed. Het shirt dat hij aan had, was waarschijnlijk wit geweest, op dit moment was het bruin-geel en vol bloed. Er was een stuk vanaf gescheurd en een beet was zichtbaar. Ik zuchtte en richtte het wapen op zijn voorhoofd. Hij was op ongeveer twintig meter afstand. Ik ging goed liggen en hield het geweer zo stil mogelijk, toen schoot ik. Natuurlijk mistte ik.

'Haal rustig adem voordat je schiet.' Hoorde ik Tony vaag zeggen, ik was geconcentreerd. Ik snoof en ademde diep in. Daarna richtte ik opnieuw en schoot ook weer. De kogel kwam in zijn oog. Meteen viel de jongen op de grond. De boom waar hij net voorbij was gelopen, zat vol bloed.

'Links!' zei Tony en ik keek naar links. Daar liep een nieuwe, ze was nog maar net gebeten. Ze had een rode jurk aan, alleen haar lijkkleurige huid, haar grijze ogen en de beet verraadde dat ze al dood was geweest. Ik richtte weer, wat moeilijk was omdat ze niet in één rechtte lijn liep. Ik schoot, maar raakte haar nek. Ze gromde, het klonk misvormd. Ik walgde en moest bijna kotsen, op tijd hield ik me in. Ze kwam dichterbij en ik voelde hoe angst mijn lichaam overnam. Het liefst wilde ik nu opstaan en wegrennen om zo Tony achter te laten. Ze zou dan hem opeten en ik zou genoeg tijd hebben om weg te komen. Maar dat kon niet, ik was nog te zwak daarvoor. Ik sloeg mijn ogen neer en haalde kort adem. Daarna keek ik op. Er zat nog maar minder dan tien meter afstand tussen mij en de zombie. Bang richtte ik weer op haar hoofd en schoot. Mis.

Ze gromde en strekte haar armen uit. Haar lange blonde haren vielen voor haar ogen, maar ze kon me nog steeds zien. Ik hoorde hoe Tony wat achteruit schoof en bang ademhaalde. Hard beet ik op mijn lip en besloot dat ik niet meer kon neer schieten. Ik pakte het geweer beter vast en wachtte tot ze zou bukken.

Drie seconden later deed ze dat. Eerst duwde ik haar achteruit met het wapen. Daarna zette ik het wapen horizontaal tegen haar schouders aan en duwde haar zo met al mijn kracht verder achter uit. Daarna draaide ik het wapen en zette de opening tegen haar voorhoofd aan. Ze gromde en pakte mijn schouders vast. Ik wilde schieten, maar het lukte me niet. Tranen stroomde over mijn wangen heen bij het zien van haar gezicht. Ze was zo jong. Zeventien jaar en nu al dood. Ik was bijna vijftien, of ik ben al vijftien. Wie weet welke datum het was.

Ik werd steeds banger en het lukte me steeds minder om haar tegen te houden.

'Je kan het, Lisa. Geloof in jezelf!' hoorde ik Tony fluisteren en ik wierp kort een blik op hem. Hij was erg bezweet en zijn ogen straalde enorme angst uit. Ik knikte en keek naar de zombie. Op dat moment verloor ik de kracht in mijn armen.

Gillend voelde ik hoe ze mijn haren en schouder vastpakte en ze me wilde bijten. Met mijn schouder probeerde ik haar weg te duwen. Mijn gebroken arm kon ik niet meer gebruiken, maar de andere wel. Natuurlijk was ik niet sterk genoeg, maar dit was beter dan niets. Ik zette de hand om haar keel en hield haar zo vast. Nu maar hopen dat Brechje op tijd zou komen voordat ik ook met deze arm niks meer zou kunnen.


1000 woorden :) en weer een cliffhanger xD wat denken jullie dat er gaat gebeuren?


ZielloosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu