Sleeping beauty

1.7K 66 6
                                    

We gaan weer een klein stukje terug in de tijd, daarna gaan we weer naar waar we zaten bij het vorige hoofdstuk. Ik geef alles wel aan.

Robyn

Daar lig ik dan als wolf, ergens midden in het bos.

Mijn kop schiet op, als ik gekraak hoor. Het is niet één van de jongens, dat zou ik ruiken, deze geur herken ik niet. Achter een boom komt een man aangelopen, hij heeft zijn geweer op mij gericht. Ik kruip weg achter een boom, transformeer terug en trek mijn broek aan die ik heb meegesleept. Eerst transformeerde ik normaal, maar nu transformeert mijn kleding niet meer mee. Als mens kom ik achter de boom vandaan stappen. Mijn haar zit nog steeds volledig in de war en zweet druipt nog steeds over mijn voorhoofd.

"Wie, of beter gezegd, wat ben jij?" vraagt de man achterdochtig. Nog steeds heeft hij zijn geweer op me gericht. Ik blijf stil, eigenlijk weet ik niet goed hoe ik het moet zeggen. Ik zoek naar woorden, tot ik opeens opschrik van een geweerschot. "Als je me nu geen antwoord geeft, zit de volgende in je hoofd hoor je me!" Ik knik bang. "Zeg me, wat ben je!?" "I-ik b-b-ben een w-weerwolf" zeg ik stotterend.

Daarna komen er twee bekende geuren steeds dichterbij. "Waarom dat schot, heb je iets gevonden pa?" vraagt een heel bekende meidenstem. Daarna stappen Jane en Demi achter een paar bomen vandaan. Mijn mond valt open en mijn ogen worden groot. Jane en Demi geven me dezelfde blik. Net op het moment dat ik hun namen wil roepen, seint Jane me om stil te blijven. Om zo onopvallend mogelijk te lijken, kijk ik al snel weer terug naar de man, die nog zijn geweer op me heeft gericht.

De man duwt me zijn huis binnen, Jane en Demi volgen hem op de voet. "Let op hem, ik ga wat vlees zoeken" commandeert hij. Hij keert zich om, loopt tussen Jane en Demi door en sluit de voordeur achter zich. Als zijn zware voetstappen niet meer te horen zijn, draait Jane zich naar me om. "Wat doe jij hier?!" roepen we in koor naar elkaar! "Dat kan ik beter aan jou vragen" zeggen we opnieuw in koor. "Jij eerst" zegt Jane snel. "Drie  dingen. Weerwolf, volle maan, bos" zeg ik met nadruk op ieder woord "En nu jij, want als je een 'pa' hebt, ben je niet bepaald een wees lijkt mij" "Ga maar even zitten" zegt ze. "Zou je eerst mijn polsen even los willen maken?" vraag ik.

Nadat het touw eindelijk van mijn polsen af is, ben ik gaan zitten. Demi zit naast Jane die een beetje angstig kijkt. "Zeg alsjeblieft niets tegen Aron, misschien stuurt hij ons wel weg" zegt Demi bangig. Ik kijk haar een beetje geschrokken aan "N-nee natuurlijk niet" stel ik haar gerust "Maar zouden jullie me wel kunnen uitleggen waarom niet?" vraag ik aan hun beiden. Demi knikt, Jane begint te praten. "Onze moeder is doodgegaan vlak na Demi's geboorte. Zij was een weerwolf" "Dus jullie zijn helemaal niet gebeten!" zeg ik snel. Ze schudden hun hoofden.

"Ik ben nog niet eens getransformeerd" zegt Demi zacht. "De jongens weten het wel hoor, maar ze weten niet dat we bij onze vader leven in het weekend, ze weten niet eens dat we een vader hebben die niet van het bestaan van weerwolven afweet" vult Jane vlug aan. "Waarom niet?" vraag ik. "Anders worden we uit de roedel gezet" zegt Jane. Nee, Aron is niet zo iemand. "Weet je dat zeker?" vraag ik. "Eigenlijk niet" bekent Jane. "Word het dan niet eens tijd om dat te gaan doen" suggereer ik. "Ik zal het morgen proberen.

*terug naar de normale tijd*

En dat heeft ze ook gedaan. Ze heeft alles verteld en Aron heeft haar gewoon laten blijven. Ze heeft wel gezworen nooit meer iets van zulke waarde voor de jongens te verbergen. Het lijkt een stuk beter te gaan tussen  ons sinds dit naar buiten is gekomen en dan te bedenken dat we al een geweldige band hadden met elkaar. O ja, ze hebben me naderhand ook vrijgelaten en hun vader verteld dat ik was ontsnapt. Hij geloofde alles van hun gedramatiseerde nepverhaal.

Nu zit ik maar voor de tv te zitten en naar niet echt iets te kijken. Nathan heeft drie jongens uitgenodigd om te gamen. Het zijn Aron, Mauro en James (één van de vampiers). Ze hebben het heel erg leuk en ik ook wel, maar na dertig rondes van Call of duty zombies, heb ik de controller doorgegeven aan Mauro. Ik sta op en loop naar m'n kamer, maar daar is ook niet veel te doen. Ik loop al gauw weer naar buiten. Ik hoor een schattig, zacht geknor uit de kamer met de witte deur komen, Elizabeths kamer.

Zachtjes sluip ik naar binnen. Daar ligt ze onder haar dikke, wolkachtige dekens. Ze is zo schattig als ze slaapt. Ik pak een stoel en ga naast het bed zitten. Voorzichtig pak ik haar hand. Het is onvoorstelbaar hoe moeilijk ze het in de afgelopen anderhalve week heeft gehad. Zeker als ik nu haar appelrode wangetjes zie. En dan de vrolijke glimlach die ze altijd tevoorschijn weet te toveren.

Zo sterk als ze zich kan houden als ze wakker is, zo kwetsbaar ziet ze eruit als ze slaapt. Ik druk zachtjes een kus op haar hand "Ik zal nooit meer je zijde verlaten" fluister ik zacht "En ik zal je voor altijd beschermen, voor altijd en eeuwig"

RevolutionWhere stories live. Discover now