Truth

502 55 36
                                    

Hij doet het echt.

Die mafkees van een Ezra doet het nog echt ook...

Ik sta met mijn handen in mijn zakken te kijken terwijl hij zijn naam op een stuk perkament schrijft.

Uitdagend kijkt hij me aan, als hij daarmee klaar is.

'Je begrijpt toch zeker wel dat je nul kans maakt, als je gekozen wordt?' zeg ik nuchter, 'aangezien je echt nog een tovenaar van likmevesje bent.'

'Bedankt voor het vertrouwen,' ketst Ezra terug, en hij kijkt me beledigd aan.

'Je weet dat ik gelijk heb. Je stond nog net niet in je broek te pissen toen je me voor het eerst wist te ontwapenen,' help ik hem herinneren.

'Ja, en daarom wil ik dit proberen,' zegt Ezra, 'hij kijkt me aan, 'kom op Leah, hoe groot is de kans dat ik überhaupt gekozen word? Alle Klammfels leerlingen hebben hun naam er al in gedaan.'

'Famous last words,' antwoord ik.

Ezra rolt met zijn ogen, loopt over de leeftijdslijn, en steekt zijn hand uit.

De beker neemt zijn naam meteen in zich op, en ik hoor mensen klappen. Meisjes fluisteren en giechelen terwijl ze naar Ezra kijken.

Ik rol met mijn ogen, draai me om, en loop weg.

'Vaalhaartje!'

Ik draai me half om, Nikolai komt naar me toe rennen.

'Serieus, zag je me niet?' hij kijkt me gepijnigd aan. 'Au.'

'Sorry,' glimlach ik, 'ik irriteerde me aan Ezra.'

'Daar wilde ik het met je over hebben,' zegt Nikolai, en ik trek een wenkbrauw op.

'Ga je me nog vertellen wat er met die gast is?'

Ik trek hem mee naar buiten, het terrein op. En schijnt een herfstzonnetje, en de bomen kleuren rood, bruin en geel. Zoals elke herfst, kan ik het niet laten even diep in en uit te ademen, en de geuren in me op te nemen.

Nat gras, paddenstoelen, dennenbomen, vochtige aarde, mos. Alles.

'Die gast-' begin ik, en ik kijk Nikolai aan, maar- zou hij me geloven? Het is te krankzinnig voor woorden. En als ik het van een ander zou horen zou ik het ook niet geloven, waarschijnlijk.

Maar Nikolai kijkt me nieuwsgierig aan.

'Ik weet niet of je me zou geloven,' zeg ik naar eerlijkheid, 'het is een- nogal ongelofelijk verhaal, namelijk.'

'Ik ben vrienden met jou,' zegt Nikolai, 'ik denk niet dat er nog heel veel is dat je mij kan vertellen dat me zal verbazen.'

'Dit wel,' beloof ik hem, en zo kijk ik hem ook aan, 'want het is een serieus probleem Nik.'

'Een probleem? Vanwege Ezra?'

Ik knik.

Nikolai fronst, 'zoals?'

'Mis jij niet iemand?' vraag ik in plaats van hem antwoord te geven. 'zeg de afgelopen zes á zeven uur, mis je niemand?'

Nikolai trekt zijn wenkbrauwen op, 'je praat in raadsels vandaag Lee,' zegt hij, 'had ik iemand moeten mis-' middenin zijn zin pauzeert hij, en met grote ogen kijkt hij me aan, 'bedoel je Dominique?' vraagt hij voorzichtig.

Ik knik langzaam.

'En jij weet waar ze is,' concludeert Nikolai.

'Nou heel precies weet ik het niet,' verdedig ik mezelf, en ik steek mijn handen omhoog. 'Maar- nou- Ezra- komt dus zegmaar uit zo'n Portaal ding, waar de Profeet en de Kibbelaar artikelen over hebben geschreven.'

Nikolai staart me aan, en ik kan niet goed zien wat hij nou eigenlijk denkt. Hij probeert een paar keer iets te zeggen, maar lijkt zich dan ook weer te bedenken.

'En- wat heeft Dominique daarmee te maken?' vraagt hij uiteindelijk toch.

'Nou, zij- werd door het Portaal waar Ezra uit kwam, juist een soort van opgezogen. Dus- ze hebben geruild van plek.'

Nikolai ploft in het vochtige gras, maar dat lijkt hem niet uit te maken. Ik volg zijn voorbeeld, en ga ik kleermakerszit zitten. Op mijn hoede kijk ik hem aan. Hij is stil, en laat nu helemaal niet zien dat hij iets wilt zeggen.

'Nik?' vraag ik voorzichtig.

'Jij was erbij toen het gebeurde?' vraagt Nikolai, en hij kijkt me aan.

Ik knik.

'En- en Fenrir?'

'Die weet nog van niks. Nee die zou Ezra meteen overleveren aan de Schouwers!' ik kijk hem aan, 'en hij verdient het nou ook weer niet met zo'n eikel als Tristan kennis te maken.'

'Je weet niet wat Fenrir gaat doen,' zegt Nikolai, 'Lee, hij is je oom.'

'En Dominiques opa,' ik kijk hem veelbetekenend aan.

'Maar hij geeft om jullie beide evenveel!' zegt Nikolai, en daar heb ik dan weer geen weerwoord op...

Ik tuit mijn lippen, en trek mijn knieën op, 'still...'

'En je pa?'

Ik zucht, 'heb ik ook aan zitten denken, maar beide zouden meteen Fenrir op de hoogte stellen, omdat zij weten dat hij nu hier op Zweinstein is.'

Nikolai kijk me aan, 'hoe heb je de Klammfels leerlingen zo ver gekregen dat ze je geloven?'

'Oh dat was ik niet,' grom ik, en ik verberg mijn hoofd tussen mijn knieën, 'die stunt is van Alex.'

'Stunt? Moet ik me zorgen maken?' hoor ik Nikolai vragen.

Ik kijk op, 'hij heeft de Imperius uitgesproken over het schip,' ik wijs naar het schip, en bijt op mijn lip.

Nikolai kijkt me met grote ogen aan, 'hij heeft wat gedaan?!'

'Ja, ik weet het,' zeg ik stilletjes. 'zeg maar niks...'

'En nu wil hij met je naar Zweinsv- dat ga je toch niet doen?!' Nikolai kijkt me geschrokken aan.

Wacht even, maakt hij zich zorgen?

'Hij eiste het Nik, ik heb niet echt een keus,' ik kijk hem aan.

'Mijn reet! Jij gaat echt niet met die gozer naar Zweinsveld hoor!' zegt Nikolai fel, 'als hij nu al de Imperiusvloek heeft gebruikt, wil ik niet weten waar hij nog meer allemaal toe in staat is Lee! En ik ga niet zitten wachten tot hij ze op jou gaat uitproberen! Hij had die spreuk niet eens- hoe ként hij die hele spreuk eigenlijk?'

We kijken elkaar aan, maar- ook ik heb het antwoord niet.

'Nou, dus, ik laat je echt niet met hem mee gaan hoor,' zegt Nikolai stellig.

'Hij hielp ons er wel mee,' werp ik in, 'kom op Nik, iedereen van Klammfels is erin gestonken. En het is niet zo dat Alex iedereen in zijn macht houdt, dat zou ik geweten hebben.'

Nikolai bromt iets onverstaanbaars.

'Je hoeft je om mij geen zorgen te maken hoor,' glimlach ik.

'Met zo'n flapdrol maak ik me dus wél zorgen,' zegt Nikolai, en hij kijkt me aan.

Ik bijt op mijn tong, en kijk Nikolai bedenkelijk aan, 'maar ik heb al gezegd dat ik meega.'

'Dan zeg je dat ik je op date heb gevraagd,' zegt Nikolai meteen, alsof hij al had gehoopt dat ik die smoes zou gebruiken.

'Oh, ja, en dat gaat hij geloven,' ik kijk Nikolai met een opgetrokken wenkbrauw aan, 'hij denkt dat we nog steeds ruzie hebben.'

'Dan doe ik wel alsof ik je vriendje ben,' zegt Nikolai.

'Nik, wat?' ik kijk hem geamuseerd aan, 'dat meen je.'

'Ik ben bloedserieus,' Nikolai kijkt me aan. 'Laat die gozer maar denken dat ik jaloers op hem was, I don't care. Lee, wil je van hem af of niet?'

Ik knik, 'ja, aan de ene kant wel.'

'Nou, doe dan alsof,' Nikolai pakt mijn hand. Even kijk ik naar zijn vingers, die mijn hand omsluiten. Hij heeft het koud, terwijl ik het lekker warm heb.

Ikglimlach, en sla dan ook mijn vingers om zijn hand, 'alsof.' 

Lost in Harry Potter: The SwitchWhere stories live. Discover now