Camping out and Idiotry

429 46 44
                                    

'Ik heb alleen maar gezegd dat je af en toe ook géén weerwoord hoeft te geven, niet dat je dan je mond maar helemaal moet houden,' merkt Tristan op.

We zijn twee uur onderweg na zijn mini uitbarsting, en al die tijd heb ik gewoon af en toe maar om me heen gekeken.

Ik haal mijn schouders op, 'ik heb even niks te vertellen,' antwoord ik, 'dus dan heeft het ook geen zin om iets te zeggen, toch?'

'Wil je niet-' hij kapt zichzelf af, 'nee, je hebt gelijk.'

Ik frons, 'wat wilde je zeggen?'

'Niks, laat maar.'

'Ben je er echt zo eentje?' ik rol met mijn ogen, 'come on.'

'Ja ik ben er zo een!' zegt hij, een beetje fel, 'laat mij.'

Ik tuit mijn lippen, 'zeg het dan niet, als je je toch weer bedenkt!'

'Is er ook iets waar jij je niet aan irriteert?' vraagt hij, en onbewust begint hij grotere passen te zetten.

'Mensen die gewoon zeggen wat ze denken,' zeg ik, iets te bijdehand voor mijn eigen gezondheid, dat kan ik zien aan zijn gezicht.

'Ik had mijn mond moeten houden,' hoor ik hem duidelijk mompelen, en ik kan een glimlach niet helemaal onderdrukken.

'Oké, school, op de SLIJMBALLEN na, irriteert mij niet,' begin ik, 'mijn vrienden irriteren me niet. Het bos waar we nu doorheen lopen irriteert me niet. Mijn vaders soms wel soms niet. De zon, of regen, irriteren mij niet,' zie je, er is genoeg dat mij niet irriteert.'

Tristan draait zich half om, en hij kijkt me aan, 'o.'

'Ja, "o" ja,' glimlach ik, 'dus, wat irriteert jou niet, Tristan?'

'Werken, mijn vader, vrienden, zwemmen, lezen, wandelen, muziek luisteren,' somt hij op en hij telt op zijn vingers.

'Oh nee maar, je houdt van wandelen?' ik kijk hem verwonderd aan.

Hij knikt, 'dit bos irriteert mij ook niet,' hij geeft het meer toe dan iets anders.

'We kunnen hier best even pauzeren,' ik wijs om me heen, 'jij kan een tent toveren en ta-da, we zitten goed.'

Tot mijn verbazing begint hij te lachen.

Het is een fijne lach om te horen, en dat verbaast me nog meer. Hij ziet er ontspannen uit zo.

'Ja, dat zouden we kunnen doen,' hij wrijft met de mouw van mijn trui langs zijn neus, en het is niet de eerste keer dat ik hem dat zie doen.

Dat is één van de redenen van mijn voorstel.

'Durf je het aan, om met een weerwolf opgesloten te zitten in een tent?' ik trek een wenkbrauw op.

'Nee, eigenlijk niet,' Tristan draait zich om, en gaat duidelijk op zoek naar een plek waar we kunnen kamperen.

Als hij een plek heeft gevonden die hem aanstaat kijkt hij mij vragend aan, 'mag ik je toverstok?'

Met opgetrokken wenkbrauwen kijk ik hem aan, en sla mijn armen over elkaar, 'nou die wist je vannacht toch ook zo goed te vinden? Be my guest,' ik spreid mijn armen weer uit, en kijk Tristan uitdagend aan.

Hij knippert met zijn ogen,' je doet het er gewoon om!' zegt hij, half verontwaardigd.

'Jij bent een watje, niet ik,' kets ik terug, ik pak mijn toverstok, en gooi hem Tristan toe.

Hij mist, en raapt hem met een vuile blik op mij van de mossige grond.

'Waarom hebben we hier afgelopen nacht niet aan gedacht?' merkt hij op, terwijl hij een complete tent uit mijn toverstok laat komen.

'Omdat jij aan het bijkomen was van je bijna val,' zeg ik, en ik duw de flap opzij, 'dan ben je niet in de right mindset om zoiets te bedenken.'

'En jij dan? Mevrouwtje "mij hoef je niets te vertellen want ik weet het toch wel beter"?' hoor ik hem achter me zeggen.

Ik draai me half om, en houd de flap opzij zodat hij naar binnen kan komen, maar ik héb nu simpelweg geen weerwoord. Al zou ik het willen.

'Toch niet zo perfect dus hm?' Tristan kijkt me bijdehand aan terwijl hij naar binnen loopt.

Ik grom iets onverstaanbaars.

'Draai je om, dan kan ik die trui van jou te drogen hangen,' zegt hij nuchter.

'Ja doei,' ik plof op de bank, 'als jij je zo graag wilt uitkleden doe je dat maar lekker zelf buiten mijn zicht.'

Hij zucht duidelijk geïrriteerd, 'jezus!'

'Je hoort mij toch ook niet zeuren over dat ik zo jouw shirt te drogen moet hangen?' zeg ik nuchter, en ik leg mijn voeten op tafel, terwijl ik ontspannen mijn ogen sluit.

Zouden mijn vaders het destijds ook zo gedaan hebben?

Ik hoor nog hun verhalen over de periode dat Borg spreuken leerde aan Alec. Dat Borg werd aangevallen door een roedellid en won. Wat wel tot gevolg had dat de rebellerende weerwolf gedood werd.

De korte paar dagen dat Borg dacht een fout te hebben gemaakt met Alec, maar Alec volhield dat hij per se met Borg mee weer op weg wilde.

Zou het toen net zo geweest zijn als nu?

Vast een minder grote bende...

Ik zucht, en kantel mijn nek over de rugleuning van de bank, om te zien of Tristan eindelijk klaar is.

hij staat zijn haar te drogen met een handdoek, en schrikt, als hij me met een opgetrokken wenkbrauw ziet kijken.

'Wat zei ik nou!?' roept hij, en draait zich om.

'Heb je nog een handdoek?' vraag ik, ik sta op, en loom rek ik me uit.

'Op jouw bed ligt er één,' is het gedempte antwoord.

Ik loop naar de afscheiding die hij gemaakt heeft, en ik zie inderdaad een handdoek liggen. 'Als je zo preuts bent hè,' zeg ik, 'waarom heb je dan niet gewoon twee aparte kamers getoverd, hm?'

Meteen laat hij de handdoek zakken en kijkt me aan, 'dat zou een overdreven tent zijn geworden,' zegt hij na een kort moment van nadenken.

'Uhuh,' ik zeg het weinig overtuigd, en ik knoop de handdoek om mijn natte haren, 'nieuwe kleren toveren zeker ook?' ik trek een wenkbrauw omhoog. 'Want als je een tent kunt toveren...waai me even droog ofzo. Jij mag toveren.'

Tristan kijkt me verward aan, en ik kan aan hem zien dat hij even niet kan bedenken waarom híj dat niet bedacht heeft.

Ik ga opnieuw met mijn armen wijd staan, 'nou go.'

Hij heft mijn toverstok, en föhnt me droog.

Dan blaast hij ook mijn trui droog, en trekt die weer aan. Zijn jas hangt hij aan de kapstok.

Hongerig trek ik een keukenkastje open, maar- ik word teleurgesteld, er staat verder geen eten.

'Sorry, eten toveren gaat me echt te ver,' zegt Tristan, die het blijkbaar ziet.

Ik gooi het kastje weer dicht, en plof op de bank, 'heb je enig idee hoeveel een weerwolf eigenlijk eet?' klaag ik, 'als je wilt dat ik jou alsnog als diner neem, ben je goed op weg maat.'

Tristan kijkt me boos aan, 'nu ben ik blij dat ik jouw toverstok nog heb!' snauwt hij.

'Jeetje Tristan, neem een chill pil ofzo. Ik maak maar een grapje. Wees eens wat minder stijf,' zeg ik kalm.

Tristan ziet eruit alsof hij me flink van repliek wilt dienen, en hij kijkt me boos aan voor hij opstaat, en naar bed stampt.

Ik sluit even mijn ogen, en zucht.

Domme doos, denk dan ook aan zijn verleden...

Lost in Harry Potter: The SwitchWhere stories live. Discover now