Getting to Know Each Other

434 50 8
                                    

'Mijn ouders kunnen ons misschien wel verder helpen,' zegt Macenzie. 'Ik weet zeker dat ze dat graag willen.'
Ik weet niet waarom, maar er is iets waardoor mijn aandacht steeds naar Macenzie gaat. Het zou haar geur kunnen zijn, een mengeling van zoetgeurende bloemen, of de zelfverzekerdheid die ze uitstraalt. Maar zo bijzonder ziet ze er zo op het eerste oog niet uit.
Alex loopt nog steeds nukkig achter ons, en we zijn inmiddels al een stuk of vijf nieuwe plekken binnen gewandeld.
'Mijn ouders hebben een hele grote bibliotheek onder het huis, misschien kunnen we daar iets vinden?'
'Maar iets als dit is nog nooit gebeurd,' ik wijs om me heen, 'en er kan niet geschreven worden over iets dat nooit eerder heeft plaatsgevonden.'
'Goed punt,' Macenzie bijt op haar lip.
'Werk je voor het Ministerie?' vraag ik tussen neus en lippen door als het even stil is tussen ons.
'Ja net drie maanden, ik zat in een proefperiode,' antwoord Macenzie met haar handen in haar zakken. 'Deels Azkaban, deels op kantoor om de dossiers van de gevangenen aan te passen. Ze willen een Dreuzel methode proberen, en gaan "digitaliseren" ofzoiets. Ergens wel begrijpelijk natuurlijk, Hermelien had Dreuzelouders.'
Ik knik, 'en wat doe je in Azkaban dan?'
'Bewaking.'
'Hebben jullie geen last meer van Dementors?' vraag ik.
Macenzie schudt haar hoofd, 'Azkaban is allang niet meer de gevangenis die het ooit was. Nu hangt er een heel ander soort energie.'
'Ik kan me er geen voorstelling van maken,' zeg ik naar eerlijkheid. 'Ik weet alleen van mijn tante dat er ooit een dubbelspion werkte,' even kijk ik opzij. Op dat moment kijkt Macenzie mij ook aan, en haar grijze ogen boren zich in mijn groene.
'Denk je dat ik een dubbelspion ben dan? Voor wie zou ik moeten werken? Voldemort is dood en Olivier heeft nooit echt de macht kunnen grijpen.'
'Fair enough.'
'Maar niet goed genoeg voor jou, of wel?' Macenzie kijkt me met een opgetrokken wenkbrauw geamuseerd aan. Het begint nogal eng te worden dat ze aan lijkt te voelen wat ik denk of zou willen zeggen zonder het echt uit te spreken.
'Iedereen die in Azkaban wilt werken wordt tegenwoordig gescreent, en als ze ook maar het flauwste vermoeden hebben dat je makkelijk overstapt naar de andere kant kom je er niet in.'
Ik frons.
Tijdens mijn screening zijn er vier van de acht niet door de screening gekomen,' verteld Macenzie. 'Ik ben als enige vrouw wel toegelaten.'
Ik glimlach en knik. Ze liegt niet. Dan had ik het net als daarstraks geroken. Maar waar ze toen over loog zou ik niet weten. Veel zin om ernaar te vragen heb ik echter niet. We zijn elkaar net pas weer tegengekomen.
Ik kijk half achterom, Alex loopt nog steeds achter ons aan. Hij lijkt in gedachten verzonken, en nog steeds chagrijnig.
'Gezellig gezelschap,' zegt Macenzie, die me ziet kijken.
Ik trek mijn neus op, 'hij vertrouwd je gewoon nog niet,' zeg ik, zo hard dat hij het ook hoort. Het heeft het gewenste effect, hij kijkt op.
'Hm wat?' zegt hij verstrooit.
'Dat je nog steeds chagrijnig bent,' zeg ik op een beetje een betweterig toontje.
'Nee?'
'Dan heb je een resting bitchface,' kets ik erachteraan, en Macenzie schiet in de lach.
'Ik snap gewoon niet zo goed waarom we haar meenemen.'
'Technisch gezien neemt ze ons mee, want we gaan naar het huis van haar ouders.'
'Really? En dat beslis je zonder overleg?'
'Als je alleen verder wilt, be my guest!' Ik sla mijn armen over elkaar en kijk Alex uitdagend aan.
Maar hij blijft staan waar hij staat.
'Niet?'
'Waarom heb ik ooit gedacht dat ik vrienden zou kunnen worden met een Zwadderaar,' hoor ik hem duidelijk mompelen.
Ik bijt op mijn tong om niets terug te zeggen, en we lopen verder.
'Waar wonen je ouders Macenzie?' vraagt Alex. Zijn stem klinkt onnatuurlijk, of hij er een beetje mee knijpt. En de glimlach die hij haar toewerpt is totaal niet overtuigend.
Ik trek mijn wenkbrauwen op en kijk hem aan.
Macenzie kijkt een beetje neerbuigend, de toon waarmee hij het zei is ook haar niet ontgaan, 'in London, achter Kings Cross. De gotische buurt zegmaar,' antwoord ze zo beleeft mogelijk. Maar meteen na het beantwoorden richt ze haar aandacht weer op mij, 'vertel eens, zijn er nog leuke roddels van binnen het kasteel?'
Oh ja, dat was ik even vergeten. In de periode dat ik met haar op school zat, was ze de redactrice van een roddelblaadje dat onder Zwadderaars verspreid werd.
'Eh- niet dat ik weet,' stamel ik, een beetje overrompeld.
'Dat is zo jammer!' Macenzie grijnst, 'het zal je verbazen wat je allemaal hoort in zo'n kasteel als je s' nachts de gangen op gaat,' ze wiebelt met haar wenkbrauwen.
'Had je een onzichtbaarheidsmantel dan?' vraag ik nieuwsgierig.
'Wat? Oh welnee, daar had ik zo mijn eigen maniertje voor.'
De woorden klinken mysterieus, en ik haat het aan mezelf dat ik me geïntrigeerd voel.
'Durven jullie het aan een stukje te verschijnselen?' Macenzie kijkt ons beide vragend aan. 'Ik heb nu namelijk geen idee waar ik ben, en ik wil me graag kunnen oriënteren.'  Ze kijkt mij aan, 'jij toch ook?
Met je weerwolvenbloed?' ze knipoogt even.
'Eh- als het even kan-' stamel ik van mijn stuk gebracht.
'Daarom stel ik het voor.' Haar blik verplaatst zich naar Alex, 'het voorstel geldt ook voor jou Alex.'
Hij knikt.
'Nou kom op dan,' ze steekt haar handen uit.
Even kijk ik er even naar, ze is zo nonchalant.
Ze kijken me beide aan, en ik zie dat Alex de hand al aangepakt heeft.
Snel doe ik hetzelfde. Macenzie's smalle vingers sluiten zich om die van mij. Ze heeft warme handen, en ze voelen, in tegenstelling tot die van mij, zacht aan.
Meer kan ik niet denken of voelen, want ik voel dat we verdwijnselen.
'Oh thank god!' Hoor ik haar zeggen, als we bij Bakerstreet verschijnselen.
'Vanaf hier ken ik een sluiproute,' verklaart Macenzie. En ze gaat ons voor door een smal straatje.
'Eh- ik wil jullie wel even vantevoren waarschuwen,' hoor ik Macenzie zeggen.
'Waarvoor?' vraagt Alex, die me voor is.
Macenzie kijkt achterom, 'nou- mijn ouders, eigenlijk,' zegt ze bijna verlegen. Bijna. 'Ze zijn nogal excentriek namelijk, en het is eigenlijk voor het eerst dat ik mensen meeneem naar huis.'
Dus- ik ben de eerste die het huis van Macenzie Arundell te zien krijgt...
Ik kan het niet helpen, ik voel me vereerd en speciaal tegelijk. Maar ik kan niet plaatsen waarom het me iets doet.

Lost in Harry Potter: The SwitchWhere stories live. Discover now