31 - Onbeschrijflijk

646 40 12
                                    

Where the mind is without fear and the head is held high
Where knowledge is free
Where the world has not been broken up into fragments
By narrow domestic walls
Where words come out from the depth of truth
Where tireless striving stretches its arms towards perfection
Where the clear stream of reason has not lost its way
Into the dreary desert sand of dead habit
Where the mind is led forward by thee
Into ever-widening thought and action
Into that heaven of freedom, my Father, let my country awake

-Rabindranath Tagore

----

Ik zit op de bank in de woonkamer van Aiken's huis. In de keuken is hij bezig met het maken van een of andere curry-soep. Wat het dan ook mag zijn, het ruikt heerlijk. De geur dringt mijn neusgaten nu echt binnen waardoor ik alleen maar kan watertanden. Hij had het goed gemaakt met Jaymie, waar ik blij mee ben voor hem. Heel blij. Hij ziet eindelijk in wat hij fout heeft gedaan al die tijd na zijn moeders dood. Sinds we zijn vertrokken bij Jaymie lijkt hij in een goed humeur te zijn. Want zeg nou zelf: Aiken en koken.

Hij zegt niets, maar toch zie ik hem vaak mijn kant op kijken. Hij bijt met zijn tanden op zijn onderlip, wat hem nog aantrekkelijker maakt als hij zo in zijn joggingbroek en strakke zwarte shirt met potten en pannen in de weer is. Ik kom er maar niet over uit hoe hij er zo uit kan zien, en toch zo breekbaar kan zijn. De mannier waarop hij vanonder zijn wimpers naar me lacht. De manier waarop zijn lippen in combinatie met zijn wenkbrauwen samentrekken tot die heerlijke maar toch speelse grijns van hem. Het is alsof hij me opnieuw leert lief te hebben. Nee, we leren het elkaar. Hij heeft zijn hart opnieuw geopend, net als ik. Misschien was dat juist wat we nodig hadden.

''Bevalt het uitzicht je?'', vraag ik nonchalant. Nog steeds voel ik me niet zelfverzekerd over mijn lichaam, dus pak een kussen van de bank en leg die tegen mijn buik aan waardoor ik me gelijk beter voel. Zijn ogen worden groot, betrapt. ''Je had toch zeker wel door dat ik allang wist dat je zo naar me stond te staren?'', vraag ik. Hij kijkt naar de grond, en dan weer naar mij. Zijn ogen staan vol geschreven met ondeugd. Hij blikt naar me alsof hij weet wat er in mijn hoofd om gaat. Hij laat de pollepel in de curry vallen en loopt naar me toe.

''Nee, het uitzicht bevalt me niet''. Hij loopt naar het raam toe en draait zich dan tot mij. ''Jij bevalt me wel'', zegt hij zacht. Hij lacht, wat me van binnen gewoon laat smelten. De snee in zijn voorhoofd begint al wat weg te trekken, maar zijn knokkels zijn nog steeds blauw en kapot. Wanneer hij ziet dat de glimlach op mijn gezicht plaats maakt voor een blik vol bezorgdheid verandert de sfeer van speels naar serieus. ''Sky? Is er iets?'', vraagt hij. Ja, er is iets! Ik ben misschien wel chronisch ziek! Ik weet niet eens of mijn vader nog leeft. Hoe zit het nou met Jaymie en de baby? Heb je geen pijn meer? Waar is Thomas eigenlijk? Hoe zit dat nou met je moeder? Ga je het goed maken met Phill? Ik moet nog steeds mijn stage regelen! Ik krijg er spontaan hoofdpijn van en krimp iets ineen.

''Nou..'', begin ik. Ik trek mijn benen omhoog zodat ik mijn hoofd op mijn knieën kan laten rusten. Aiken komt naast me zitten met zijn voeten op de grond, en leunt met zijn ellebogen op zijn knieën. Hij kijkt me aan. Ik durf niet terug te kijken, bang dat ik dan in tranen uitbarst van alles wat ik nog moet doen, en wat ik nog moet weten. Met zijn duim en wijsvinger tilt hij mijn kin op en richt mijn blik op centimeters afstand van de zijne. Zijn adem strijkt langs mijn gezicht, waardoor er een rilling door mijn ruggengraat heen trekt. Hij weet welke invloed hij op me heeft. ''Vertel'', zegt hij rustig. Zijn ogen scannen mijn gezicht, op zoek naar iets waarvan hij niet weet wat het is.

Zijn duim streelt langs mijn gezicht. Een lange zucht ontglipt mijn lippen. Ik voel mijn ademhaling versnellen onder zijn zachte aanrakingen. ''Ik ben gewoon bang'', zeg ik. Hij gaat rustig verder. ''Waarvoor?'', vraagt hij. Ik draai mijn hoofd weg. ''Dat ik ziek ben, en dat ik me weer ga afsluiten van iedereen. Je weet wel...'', zeg ik zacht. Tranen wellen op in mijn ogen. Aiken strijkt zacht met zijn hand over mijn pols heen, waar nog een grote snee te zien is van het glas.

Het pact (NL) ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu