Hoofdstuk 7

216 14 1
                                    

Luna gooit met een zwaai de deur open waar “berging” opstaat. En wat op het bordje staat is waar, er liggen een hoop spullen in deze kamer. Maar alles is netjes, en zorgvuldig opgeruimd. Bij mijn vorige school was dat wel anders; grote bergen met opgestapelde dozen, omgevallen bezems, een klein losstaand koelkastje waar de leraren allerlei junkfood uit haalden. Geen wonder dat ze altijd zo dik waren.

Maar hier is dat zeker weten anders. Ten eerste is deze kamer bijna twee keer zo groot, en alles staat netjes in kasten. De bezems staan tegen de muur aan geketend, waardoor ze niet om kunnen vallen. En achterin staat een deurtje met “keuken, alleen voor bevoegden”. Rechts van de kamer staat Luna met haar rug naar me toe en ze legt aandachtig haar blaadje papier onder de scanner. Boven haar hangt een plank met verschillende kleuren papier; wit, zwart, geel, groen, oranje en rood. Allemaal netjes opgestapeld.

Luna pakt een geel blad en drukt een paar knoppen in. Nu pas vallen me haar kleren op. Ze heeft een groen bloesje aan met een loshangende rode stropdas erop. Daaronder heeft een ze een zwarte broek aan die strak om haar benen zit. Haar huid is opvallend wit.

Ze draait zich om met het wit en geel papier in haar handen. Ik vul mijn longen om haar te vragen waarom ze een gele heeft uitgeprint, en geen witte, zoals het blaadje in haar andere hand, maar blijkbaar ziet ze het al aan mijn gezichtsuitdrukking. ‘Meneer Déloo is dislectisch, daarom vroeg hij of ik dit witte blad voor hem in het geel uit wilde printen. Ik heb echt geen idee maar op een of andere manier is het voor iemand die dislectie heeft makkelijker om zwarte tekst van een geel blad te lezen.’ Ze glimlacht kort en wijst naar het bundeltje papier in mijn handen. ‘Mag ik eens kijken?’

‘Ja hoor, prima.’ Ik geef de papieren aan haar en probeer een emotie uit haar strakke blik te halen. Dan kijkt ze me weer aan en heeft ze weer een lieve glimlach op haar gezicht.

‘Je hebt hier echt geen plattegrond nodig hoor. Ik geef je in de pauze wel een rondleiding door de school.’

‘Dankjewel.’ Zodra het pauze was zou ik meteen aan haar vragen hoe dat dan met die glazen deuren zat.

Aangekomen bij het lokaal klopt Luna eerst zachtjes op de deur en opent hem daarna. Als ik na haar binnenstap valt er duidelijk een stilte.

‘Ah, dat moet vast Medie zijn.’ Meneer Déloo komt naar me toe lopen en pakt mijn hand stevig vast. Het is een al wat oudere man, en zijn haar is al van zwart naar donkergrijs is veranderd. Zijn wenkbrauwen zijn ruig en grof, ze doen me ergens aan  weerwolven denken, net voordat ze in die grote, gemuteerde beesten zouden veranderen.

‘Ik heb nog een briefje,’ zeg ik, en ik laat hem het door meneer Kean ondertekende briefje zien. Meneer Déloo las het snel even door en kijkt me nu weer met een warme blik aan. Het doet me de haren in mijn nek overeind staan. Ik weet niet wat het is, maar iets zegt me dat er iets mis is met deze man. Straks is het nog een weerwolf ook! Ik weet zeker dat hij zich gekweld voelt doordat hij onderdanig moet zijn aan de maan. Dat is te zien aan de donkere wallen onder zijn ogen. Ik vraag me af hoe hij eruit zou zien als weerwolf. Met van die glanzende, grote, witte hoektanden en behaarde klauwen. Brr.. Ik moet er niet aan denken.

‘Nou klas, dit is Medie, jullie nieuwe klasgenote,’ zegt meneer Déloo.

Ik kijk de klas rond. Achterin zie ik al meteen die cheerleader zitten. Ze heeft een vreselijk doorschijnend, paars shirt aan, en dat haar is zo blond als goud. Daar zou Breas zelfs jaloers op kunnen worden. Ze keurt me zo te zien geen blik waardig. Maar jemig, op mijn vorige school hadden we helemaal geen cheerleaders of wat dan ook. En ze hebben hier ook al zo’n schoolteam. Ik zie het al helemaal voor me hoe die paarse cup cake van die vreselijke dansjes doet met die pompoms in d’r handen. Ha!

Fenixoog - VerbondenWhere stories live. Discover now