Hoofdstuk 47

3.8K 174 6
                                    

Ik heb mijn hoofd naast de brief op het kussen gelegd. Starend naar het plafond denk ik na over de brief van Dumbledore. Lucius Malfoy heeft mijn moeder niet vermoord. Natuurlijk heeft hij dat niet gedaan. Stiekem was hij nog steeds verliefd op haar. Het lijkt me niet logisch dat iemand de liefde van zijn leven vermoord. Eerder haar nieuwe liefde, mijn vader dus. Ik wil mijn vader absoluut niet missen, maar het was een stuk logischer geweest áls Lucius Malfoy iemand had willen vermoorden. Ik wil Draco spreken, zeggen dat het me spijt dat ik zijn vader beschuldigde. Niet sorry zeggen dat ik Dumbledore geloofde, dat spreekt voor zich. Ik vertrouwde hem volledig, natuurlijk geloofde ik hem. Maar als ik Draco even kon spreken, kon vasthouden. Dat zou zoveel goedmaken. Als ik mijn ogen sluit kan ik zijn grijze ogen goed voor me halen. De onrust die erin af was te lezen. Maar op veel momenten liefde. Liefde voor mij! Ik kan nog steeds niet bevatten wat hij met mij moet. Een meisje uit een simpele familie, gemiddelde intelligentie, saaie bruine haren. Maar door hem voelde ik me wel bijzonder. Nu ben ik niets meer. Geen Draco en geen idee door wie mijn moeder is vermoord. De laatste zin van de brief vind ik wel opvallend. Wat weet mijn vader over de dood van mijn moeder dat ik niet weet?

Ik herinner de dag alsof het gisteren was. Een prachtige zomerdag. De zon scheen fel, geen wolk te bekennen aan de stralende blauwe lucht. Die ochtend hadden we met z'n drieën ontbeten. Mijn moeder moest op tijd naar haar werk, maar had zich uitgesloofd op het ontbijt. Zo was ze, ze deed alles om ons blij te maken. Niet dat ze me dan liet uitslapen, ook al was het vakantie. Het maakte me niets uit, weet ik nog. Ik ben blij dat het me niets kon schelen, want het was het laatste moment samen. De hele ochtend had ik in de tuin gelegen. Tot het moment dat er een onbekende man de tuin in kwam stormen. 'Ben jij Ellie? Er is iets mis met je moeder!' Hij stond naast mijn stoel met zijn arm uitgestoken. Ik twijfelde geen moment en pakte zijn arm vast. Onmiddellijk voelde ik het beklemmende gevoel dat ik krijg bij Verschijnselen. Toen we weer stil stonden waren we in een donkere ruimte. Ik herkende het van de keren dat ik mee mocht naar mijn moeders werk. Tegen de muren stonden hoge kasten vol boeken en ingrediënten voor toverdrankjes. In het midden twee grote ketels. Naast één van de ketels stond een groepje mensen. De baas van mijn moeder, een collega en een persoon die eruit zag als een dokter. 'Laat het kind daar,' beval hij. Ik voelde me totaal niet aangesproken, dertien is al oud genoeg. Maar de man pakte mijn schouders vast. 'Blijf hier, Ellie.' Ik vertrouwde de man volledig. Zijn blik, toen hij bij het groepje mensen aan kwam, vertelde me dat hij de waarheid had gesproken. Ik wilde niet eens meer kijken. Op dat moment realiseerde ik me dat het figuur op de grond mijn moeder moest zijn. Toen ging het allemaal erg snel. De baas van mijn moeder nam me mee naar een andere ruimte. De tranen stroomde al over mijn wangen, ook al had niemand me nog verteld dat mijn moeder er niet meer was. 'Het gaat niet zo goed met mama,' zei haar baas. Hij praatte tegen me alsof ik een klein kind was. Door mijn tranen heen keek ik hem boos aan. 'Ik weet heus wel dat ze dood is,' siste ik. 'Je moet hier blijven tot we meer weten,' zei hij. Ik ging op een stoel zitten en probeerde mezelf te kalmeren. Het was stil en donker en de kamer. Dat is het vanaf die dag geweest. Ik heb me nooit meer zo vrolijk en onbezorgd gevoeld als aan het begin van die dag. Vanaf toen hebben de zorgen zich opgestapeld. Het is nooit meer hetzelfde geweest. Na enkele minuten kwam mijn vader de ruimte binnen. Hij kwam naast me zitten en aaide troostend mijn haar.

Wat weet mijn vader over haar dood? Weet hij dat ze vermoord is? Om antwoord op deze vragen te krijgen moet ik wel met hem praten. Ik had mezelf voorgenomen niet meer over mijn moeder te praten met hem. Het maakt ons allebei ongelukkig. Maar ik moet het weten, misschien kan ik dan doorgaan met mijn leven.

Nu ik hem kenWo Geschichten leben. Entdecke jetzt