Hoofdstuk 78

4K 165 19
                                    

Draco en ik liggen op bed. We zijn stil, beide in gedachten. Het lijkt wel alsof elke dag alles een beetje erger wordt. Er gebeurt elke keer iets waardoor mijn wereld beetje bij beetje instort. Ik sta er niet meer van te kijken. Het hoort erbij, hoe verschrikkelijk dat ook is. Er is niets over van mijn onbezorgde scholierenleventje. Het moment dat ik door Draco uit de Hogwarts Express werd gesleept, een koets in, veranderde alles. Ook al had ik het toen niet door. Wat was ik boos op hem. Tegelijk was er iets wat me interesseerde in hem. Ik heb die gevoelens tevergeefs proberen te negeren. 'Hé,' zegt Draco. Hij stoot me zachtjes aan, waardoor ik uit mijn gedachten word opgeschrikt. Vragend kijk ik hem aan. 'Wat heb je vandaag allemaal gedaan?' vraagt hij. Ik glimlach even. De vraag doet me denken aan de momenten onder de boom. Als we elkaar aan het einde van een dag ontmoetten. 'Met Ginny in het gras, in de zon, gelegen. In de keuken een plan bedacht. Heel veel gepraat,' zeg ik. Draco knikt goedkeurend. 'Zie je, je vermaakt je best zonder mij.' 'Wat is dat nou weer voor uitspraak?' Boos kijk ik hem aan. 'Als ik thuis was gebleven-' zegt Draco. 'Wat?' Ik snap niet wat hij nu bedoeld. Had hij thuis willen blijven? Bij de schuilplaats van Jeweetwel? Met al die dooddoeners in de buurt? Mijn hersenen draaien op volle toeren. 'Natuurlijk wil ik niet zonder jou. Ja, ik heb me vermaakt. Maar ik ben super ongerust geweest. Je hebt me laten zitten. Denk je dat ik het zomaar prima vind als je terug gaat?' barst ik uit. Hoe kan hij zoiets zeggen? Draco legt kalm zijn hand op mijn arm. 'Ik bedoelde het niet zo,' zegt hij. 'Wat bedoelde je dan? Hoe kan je het anders bedoelen?' vraag ik. Draco gaat ook rechtop zitten, zodat hij me in mijn ogen kijkt. 'Toen ik thuis was bedacht ik me dat ik gepakt kon worden. Ik vroeg me af wat jij dan zou doen, als ik niet meer terug kwam,' vertelt hij. 'Je weet toch wel wat ik zou doen? Ik zou kapot zijn.' Nog steeds kijk ik hem boos aan. 'Daarom kwam ik ook terug. Ik besefte me namelijk dat ik jou echt geen pijn wil doen. En mezelf trouwens ook niet. Ik zou niet weten hoe ik daar moet overleven zonder jou,' zegt hij. 'Ik snap nog steeds niet waarom je dat dan zei. Natuurlijk vermaak ik me met Ginny, maar aan het eind van de dag heb ik jou het hardst nodig.' Ik sla mijn ogen neer als ik dat heb gezegd. Het is de waarheid en dat weet hij. 'Ik zei het ook een beetje verkeerd,' zegt Draco zacht. 'Best wel,' zeg ik. Mijn boosheid is al wat gezakt. 'Je bent best schattig als je boos bent,' grinnikt hij dan. Hij leunt voorover om een kus op mijn wang te drukken. 'O, stop it,' zeg ik, terwijl ik hem weg duw. Hij kijkt me quasi beledigd aan. Ik ben niet zo boos meer, maar zin om vrolijk te doen heb ik ook niet. 'Kies je woorden voortaan zorgvuldiger,' zeg ik. Het voelt fout als ik hem de rug toedraai, maar ik doe het toch. Hij bekijkt het maar even. Draco zucht hoorbaar. Het liefst draai ik me om en nestel ik me in zijn armen. Maar als ik dat doe heb ik mijn punt niet gemaakt. Hij moet niet denken dat hij zomaar zulke uitspraken kan doen. Hij weet hoe erg ik hem nodig heb.

Een uur later slaap ik nog niet. Ik voel me klaarwakker. Draco en ik hebben niet meer gesproken na onze ruzie. Het was zo moeilijk om hem te negeren. Toen hij 'welterusten liefje' mompelde kon ik me bijna niet inhouden, maar ik kan koppig zijn. Ook handig als hij dat weet, toch? Mijn moeder probeerde me dat altijd af te leren. Van haar mocht ik niet naar bed voor ik het goed had gemaakt. Ik kan me herinneren dat ze me ooit tot middernacht aan de eettafel heeft laten zitten. Na een ruzie met haar wilde ik geen sorry zeggen, ook al had zij al sorry tegen mij gezegd. Ik heb urenlang niets gezegd, tot ik zo moe was dat ik echt weg wilde. Ondertussen had ik alle moed bijeengeraapt om mijn excuses aan te bieden. Mijn moeder had me geknuffeld en gezegd hoe trots ze op me was. Een glimlach verschijnt op mijn gezicht als ik daaraan terug denk. Mijn moeder was de beste moeder die er bestond. Het is gek dat ik op sommige momenten bijna geen sorry durf te zeggen.

Met een zucht draai ik me naar Draco om. Het is niet zo gek dat ik niet kan slapen, als ik heb geleerd om niet te gaan slapen voordat een ruzie is bijgelegd. Ik kijk recht in Draco's grijze ogen. Heeft hij al die tijd gewacht tot ik me zou omdraaien? 'Sorry,' fluister ik. Een glimlach verschijnt op zijn gezicht. 'Kom hier,' zegt hij zacht. Ik voel zijn warme hand op mijn heup, als hij me dichter naar zich toe trekt. Mijn hand gaat door zijn warrige haar, dat al tijden niet meer netjes heeft gezeten. De warmte van zijn hand gloeit na terwijl hij zijn hand naar mijn rug verplaatst. Dan voel ik zijn zachte lippen op die van mij. Het duurt niet lang voor ik me weer compleet van de wereld waan. Dit keer op de goede manier. Hij houdt mij en ik van hem.

De zon schijnt vrolijk onze kamer binnen. Een lichtbundel valt precies op mijn gezicht. Dat is ook de reden dat ik wakker ben geworden. Slaperig wrijf ik in mijn ogen. De nacht was kort. 'Goeiemorgen,' zegt Draco hees. Ik houd van zijn ochtendstem. Glimlachend draai ik me naar hem om. Hij kijkt me tevreden aan. Ik houd van zijn slaperige gezicht. 'Je eerste droomloze nacht,' zegt hij. 'Serieus?' Ik kijk hem verbaasd aan. De afgelopen nachten heeft hij er niets van gezegd. 'Ik hoopte dat het over zou gaan als ik er niet teveel aandacht aan zou besteden,' zegt Draco, alsof hij mijn gedachten leest. 'Dat is dus gelukt?' vraag ik. Hij knikt trots. 'Ik denk het.'

'Ginny bedacht gisteren iets,' begin ik voorzichtig. Draco zit op de stoel in onze kamer en ik in de vensterbank. We hebben ontbeten en gedoucht. Draco kijkt me vragend aan. 'Kunnen we een uil naar jouw ouders sturen? Dan vragen we of mijn vader nog leeft en weten we hoe het met ze gaat,' zeg ik. Even blijft het stil, maar dan barst hij in lachen uit. 'Die Ginny, met haar geniale ideeën.' De spot in zijn stem is duidelijk te onderscheiden. Als hij zo doet lijkt hij op de Draco waar ik jaren een hekel aan had. Het irriteert me dat hij soms nog zo is. 'Nee, maar serieus,' zegt hij. Hij trekt zijn gezicht weer in plooi. 'Denk je dat het slim is om een uil te sturen naar de schuilplaats van Jeweetwel? Hij heeft alles in de gaten.' Geschrokken door zijn reactie kijk ik hem aan. Dan sla ik mijn ogen neer. Toen Ginny het zei klonk het als een goed plan, maar nu klinkt het inderdaad idioot. 'Wil je niet weten hoe het met je ouders is dan?' vraag ik hem. 'Kom eens hier,' wenkt Draco. Hij klopt vaderlijk op zijn knie als teken dat ik daar moet zitten. Gehoorzaam neem ik plaats op zijn knie. Hij legt zijn hand op mijn rug. 'Natuurlijk wil ik weten hoe het met mijn ouders is. Ze blijven mijn ouders. Maar ik weet ook dat ze zich wel zullen redden. Jeweetwel heeft ze nodig. En niet alleen omdat hij in ons huis verblijft,' zegt Draco. 'Word je niet gek van ongerustheid?' Zijn hand beweegt zacht over mijn rug heen en weer. Met een rustige blik in zijn ogen kijkt hij me aan. 'Soms. Maar dan ben jij er voor me.' Voorzichtig schenk ik hem een glimlach, terwijl ik mijn wangen warm voel worden. 'Daarbij heb jij het zwaarder gehad dan ik, dus ik mag niet klagen,' zegt hij. Ik haat het dat iedereen steeds zegt dat ik het zo zwaar heb. Dat is ook wel zo. Maar ze begrijpen het niet. Ik heb al dagen sterk het gevoel dat ik dit moet meemaken. Er is een reden voor. Ik kan nog niet plaatsen wat, maar ik weet dat het een reden heeft. Een zucht ontsnapt uit mijn mond. Draco's hand blijft op mijn onderrug steken. 'Het komt allemaal goed. Ik weet het zeker,' zegt hij. 'Ik wil weten of mijn vader leeft. Het is mijn vader, Draco,' zeg ik. In mijn stem is paniek en angst vermengd. 'Dan gaan we terug,' zegt hij. 'Terug?' Geschokt kijk ik hem aan. 'Wat bedoel je precies?' Ik knijp mijn ogen tot spleetjes als ik hem aan kijk. 'We vermommen ons, Verschijnselen, zoeken je pa en gaan weg,' zegt Draco. 'O ja, want dat gaat zo makkelijk,' zeg ik spottend. 'Nee, maar het valt te proberen,' zegt hij schouderophalend. 'Gisteren flipte je om Ginny's idee en nu stel je voor dat we allebei teruggaan? Ben je wel goed bij je hoofd?' roep ik verontwaardigd.

Nu ik hem kenWhere stories live. Discover now