Hoofdstuk 82

3.4K 153 13
                                    

Onze borden liggen nog vol met eten, maar we eten alle drie niet. Alexander heeft zijn handen onder zijn kin gevouwen terwijl hij vertelt. 'Ik had alles door. Het gedrag van je vader klopte niet, maar je moeder was er blind voor. Ze wilde het niet horen. Toen ik hem beschuldigde werd ze zo kwaad, dat ze me niet meer wilde spreken. Een paar weken later ontving ik het bericht dat ze omgekomen was. Ik had er iets aan kunnen doen-' Zijn stem breekt. 'Nee, je kan er niets aan doen,' zeg ik fel. 'Ik had haar kunnen redden, maar ik was te laat.' Alexander slaat met zijn vuist op tafel. 'Nee! Het moest zo zijn.' Ik ga in mijn eigen woorden geloven, ook al doen ze pijn. 'Ze was het enige familielid dat ik nog had,' zegt Alexander. 'Wat?' 'Dat had ik wat tactischer moeten brengen,' glimlacht Alexander voorzichtig. 'Ik ben de broer van Suze, je moeder.' 'Ik heb een oom?' Draco grinnikt zachtjes door de ongelovige toon in mijn stem.

Ik graaf in mijn geheugen, maar kan me hem niet herinneren. Alexander knikt. 'Ik mocht geen contact meer met jou omdat ik contacten had met de verkeerde kant. Ik werkte bij je moeder, met toverdranken,' zegt hij. 'Je was er niet bij toen het gebeurde?' fluister ik. 'Nee, ze wilde me niet meer zien en spreken. Dus ik ben in de avonden gaan werken, als zij vrij was. Je moeder kon erg koppig zijn,' glimlacht Alexander. Draco stoot me zacht aan. 'Dat komt me bekend voor,' grinnikt hij. 'Je lijkt zoveel op je moeder,' zegt Alexander. Ik knik, dat heb ik vaker gehoord. Het nieuws dat ik een oom heb raakt me. Nadat allebei mijn opa's en oma's waren overleden, heb ik jarenlang gedacht dat ik geen familie meer had. Nu komt Alexander ineens uit het niets. Ergens voelt het fijn om iemand te hebben die mijn ouders heeft gekend. Tegelijk doet het pijn. 'Waarom had je contacten met de verkeerde kant?' Die zin is in mijn hoofd blijven hangen. 'Een uit de hand gelopen hobby,' zegt Alexander, of het niets is. 'Leuk dat ik daardoor mijn eigen oom nooit heb gekend,' zeg ik verwijtend. Alexander zucht. 'Ik had het niet zien aankomen.' Draco kijkt me even streng aan, alsof hij wil zeggen dat ik vriendelijker moet zijn. Deze man, mijn oom, heeft ons immers geholpen.

'Heeft Voldemort je vader uiteindelijk vermoord?' De vraag komt hard aan. Draco schuift onrustig heen en weer op zijn stoel. We spreken die naam liever niet meer uit. 'We weten het niet zeker,' zeg ik, terwijl ik mijn schouders ophaal. Alexander kijkt ons vragend aan. 'Volgens mij hebben jullie heel wat mee gemaakt,' zegt hij. 'Zeg dat wel,' fluistert Draco. 'Kan ik jullie ergens mee helpen?' Ik heb even de tijd nodig om over zijn vraag na te denken. Kan hij ergens mee helpen? We kunnen hem moeilijk naar Jeweetwel sturen, om op onderzoek uit te gaan. Of kan dat wel? 'Kan ik Ellie even op de gang spreken?' Draco stoot me aan en verontschuldigt zich aan Alexander. Gehoorzaam loop ik Draco achterna, ook al zie ik er tegenop om samen met hem te zijn. Sinds we hier zijn kan ik niet peilen of hij nog wel van me houdt. Hij is zo afstandelijk.

Draco sluit de deur achter me, dan kijkt hij me bedenkelijk aan. 'Kunnen we hem ons hele verhaal vertellen?' Ik haal mijn schouders op. 'Weet ik niet. Hij is wel familie en heeft ons geholpen.' Draco leunt tegen de muur aan. Hoe hij daar staat lijkt hij weer helemaal gezond. Zijn gezicht staat bedenkelijk, zijn ogen zijn fel. Ik kan het niet helpen dat ik naar hem staar. Hij ziet er zo knap uit. Even ontmoeten onze ogen elkaar. Verlegen kijk ik naar de grond. Waarom doe ik ineens zo stom? Het lijkt net alsof ik hem voor het eerst spreek. We zijn al maanden bij elkaar, hij houdt van me. Ik probeer die gedachte bij me te houden, maar het voelt niet meer als de waarheid. We praten met elkaar alsof we gewoon vrienden zijn, collega's zelfs. Collega's die samen een vervelende klus opknappen. 'Ik denk dat hij wat voor ons kan betekenen,' zegt Draco. Zijn stem schrikt me op uit mijn gedachten. 'Ik- ik ook,' stamel ik. 'Bij de les blijven, liefje,' zegt Draco spottend. Hij tikt even zachtjes tegen mijn slaap. Ik kan het vermaak in zijn ogen zien. Natuurlijk merkte hij dat ik hem aanstaarde. Ik rol even met mijn ogen voor ik achter hem aanloop de keuken in.

Nog voor we weer aan tafel zitten begint Draco te vertellen. Hoe langer hij verteld, hoe slechter ik me voel. Het verhaal dat hij verteld is zo bekend. Toch lijkt het alsof het allemaal een droom was. Er is teveel gebeurt. Teveel verschrikkelijke dingen. Alexander kijkt een aantal keer bezorgd mijn kant op. Draco gaat ongestoord verder met het verhaal, terwijl er tranen over mijn wangen stromen. Ik wil het niet meer horen. Ik wil niet horen hoe vreselijk mijn leven is. 'Ik denk dat je even moet stoppen, Draco,' zegt Alexander rustig. Draco kijkt verstoord op. 'Dat gebeurt vaker,' zegt hij, als hij een blik op mijn betraande gezicht heeft geworpen. 'Ga maar door,' zeg ik. Draco knikt en gaat verder.

'Voor de bruiloft had Ellie een jurk nodig, dus toen kwamen we hier,' sluit Draco zijn verhaal af. Alexander heeft hem niet meer onderbroken. Hij heeft hoofdschuddend zitten luisteren. 'Je had hier nooit bij betrokken mogen raken,' zegt hij. 'Daar is het al te laat voor,' brom ik. 'Hoe denk je dat je ons kan helpen?' vraagt Draco. Alexander blijft een tijd stil als hij nadenkt. 'Ik wil Joshua vinden en redden. Dat is het minste wat ik voor jullie familie kan betekenen,' zegt hij dan. 'Hoe wil je dat doen?' Weer blijft hij even stil. 'Breng me naar het huis. Ik zal doen alsof ik weer voor hem wil werken. Ik weet niet of hij me zal vertrouwen, maar ik kan het erop wagen. Dan zal ik proberen het huis te onderzoeken, zodat ik te weten kom of Joshua nog leeft.' Daarna richt hij zich op Draco. 'Ik zal met je ouders praten, in het geheim.' Draco ziet er plotseling ongelukkig uit. 'Als ze nog leven.' 'Vast wel. Hij maakt gebruik van jullie huis. Ze leven nog,' zeg ik vastbesloten. Even zie ik een dankbare blik in zijn ogen. 'Zo lang ik daar ben moeten jullie hier blijven,' zegt Alexander. 'Hoe lang blijf je weg?' 'Ieder geval tot morgenochtend,' zegt hij. Draco knikt goedkeurend. 'Wil je dit echt doen?' vraag ik onzeker. Ik kan me niet voorstellen dat iemand vrijwillig naar Jeweetwel toe wil gaan. 'Je bent de dochter van mijn zus, ik kan wat voor je betekenen. Dit moet ik doen,' zegt hij. 'Wat als je het niet overleeft?' vraag ik. Zo gek is mijn vraag niet, Jeweetwel doet wat hij wil. 'Dan sterf ik terwijl ik iets goeds doe.' Zijn nuchterheid raakt me. Ik voel een diep respect voor mijn oom. 'Hoe zullen we weten dat je nog leeft?' 'Daar heb ik wat voor.' Alexander staat op en loopt de keuken uit.

'Wil je hier wel blijven?' vraag ik aan Draco. Hij knikt. 'Dit is prima. We zijn ieder geval met z'n tweeën.' Dat wil hij dus nog steeds, ook al laat hij er weinig van merken. Hij wil nog met mij samen zijn. 'Goed,' zeg ik zacht. 'Gaat het weer?' Draco buigt zich naar me toe. Even voel ik zijn warme hand op mijn been. Ik schrik van het plotselinge liefdevolle gebaar. Vragend kijkt Draco me aan, ik kan de liefde in zijn ogen zien. Waarom voelt het dan alsof hij niet meer van me houdt? Ik ben te erg in de war denk ik. 'Het gaat,' zeg ik. Draco knipoogt even naar me. Als Alexander de keuken weer in komt haalt Draco zijn hand van mijn been. Het liefst wil ik zijn hand terug, maar ik durf hem niet vast te pakken.

'Ik heb hier een nep Galjoen,' begint Alexander. 'Die ken ik,' zeg ik gelijk. Alexander en Draco kijken me vragend aan. 'Vorig schooljaar gebruikten we dat bij Dumbledore's Army. Eén iemand veranderde de datum en tijd op de munt, zodat we wisten waar we elkaar ontmoetten. De munt gaat gloeien als er iets veranderd wordt,' vertel ik. 'Inderdaad. Ik heb er eentje voor jullie en neem er zelf ook één mee. Zo kan ik jullie laten weten hoe het met mij gaat,' zegt Alexander. Hij geeft de Galjoen aan Draco, die de munt bestudeerd. 'Slim,' mompelt hij. 'Dan is het tijd om te gaan,' zegt Alexander. Hij slaat een gewaad om zichzelf heen. Ik sta op van tafel, niet goed wetend hoe ik afscheid van hem moet nemen. 'Pas goed op elkaar,' zegt Alexander. 'En jij op jezelf,' zeg ik zacht. Alexander stapt op me af en slaat kort zijn armen om me heen. 'Je doet me zo aan je moeder denken,' verontschuldigt hij zich, als hij me weer los laat. Ik glimlach voorzichtig naar hem. Hij doet me ook aan mijn moeder denken. Het doet me pijn, ik mis haar.


Nu alvast hoofdstuk 81, vanavond heb ik geen tijd om te uploaden. Helaas ben ik morgen ook niet in de gelegenheid om er een nieuw hoofdstuk op te zetten. Even geduld tot maandag dus :) Sorry! Love, Lynn.

Nu ik hem kenWhere stories live. Discover now