Hoofdstuk 75

3.8K 164 22
                                    

De volgende ochtend worden we laat wakker. Ook al lag Draco er al uren in bed toen ik erbij kwam. Ik word met een fijn gevoel wakker. De zon schijnt naar binnen, Draco ligt naast me en we zijn bij Ginny. Zoveel dingen om blij van te worden! 'Hoe is het met de pijn?' Ik lig op mijn buik, met mijn handen onder mijn hoofd. 'Veel minder,' zgt Draco. Hij speelt met het uiteinde van mijn vlecht. 'Je ziet er beter uit,' zeg ik. 'Eerst zag ik er niet uit hè?' lacht hij. 'Dat heb ik nooit gezegd! Ik vind je altijd-' Midden in de zin stop ik. Nog niet eerder heb ik tegen Draco gezegd dat ik hem knap, aantrekkelijk, vind. Hij kijkt me geamuseerd aan. 'Wat vind je van me?' Snel schud ik mijn hoofd, terwijl ik voel dat ik een kleur krijg. 'Je hebt nog nooit gezegd wat je van me vind,' lacht Draco. 'Echt wel. Ik vind je hartstikke leuk en lief,' ratel ik verdedigend op. Hij buigt zich dichter naar me toe, zodat hij me recht in mijn ogen kan kijken. 'Ja ja, maar vind je me er ook leuk uit zien?' 'Dat weet je best,' zeg ik. Ik weet niet waarom ik het niet uit mijn strot krijg. Iets houd me tegen om het tegen hem te zeggen. Doe niet zo idioot, denk ik bij mezelf. Ik kan hem best vertellen wat ik vind. 'Ja, ik vind je er leuk uitzien,' zeg ik snel. 'Wat vind je zo leuk dan?' Draco kijkt me uitdagend aan. Hij schuift dichter naar me toe. 'Jouw ogen zijn mooi, glanzend groen,' zegt hij, terwijl hij met een vinger langs mijn linkeroog strijkt. 'En je lach is geweldig. Met dat lieve kuiltje in je wang,' gaat hij verder. Ik kijk verlegen naar beneden. Hij tilt mijn kin omhoog. 'Je haar,' zegt hij. 'Stop,' lach ik, terwijl ik zijn hand weg sla. 'Word je daar een beetje verlegen van?' vraagt hij plagend. Even herken ik de Draco van eerst in hem. Hoe hij zelfverzekerd iedereen belachelijk kon maken. 'Je maakt me gek, ja?' zeg ik. 'De kleur van je ogen, ze zijn te doordringend. Elke keer als je naar me kijkt,' zucht ik. Hij haalt lachend een hand door zijn haar. 'Ik vind je gewoon heel aantrekkelijk,' zeg ik zacht. 'Dat wilde ik even horen,' zegt Draco. Hij pakt mijn kin weer vast en kust me liefdevol. Na een tijdje rol ik op mijn rug. 'Ik heb honger,' zeg ik. Draco lacht. 'Hongerig naar meer?' Ik sla op zijn arm. 'Haal je maar niets in je hoofd.'

Er klinkt geklop op de deur. Ik sta op en sla een gewaad om. 'Ik ben het,' hoor ik Ginny's stem. 'He,' zeg ik, als ik de deur open doe. 'We dachten dat jullie wel wilde ontbijten,' zegt ze. In haar handen houdt ze een dienblad vast, met een echt Engels ontbijt. 'Heerlijk,' zeg ik, terwijl ik het blad van haar overpak. 'Geniet ervan,' zegt Ginny, terwijl ze zich wil omdraaien. 'Heb je zelf al ontbeten?' vraag ik. Ze knikt. 'Kom je even bij ons zitten?' vraag ik. Draco en Ginny moeten elkaar leren kennen, vind ik. 'Draco, Ginny mag toch wel even bij ons komen zitten?' vraag ik suggestief. Draco knikt. Samen met Ginny loop ik de kamer weer in. Draco is rechtop in bed gaan zitten. 'Is de pijn al minder?' vraagt Ginny geïnteresseerd. 'Ja, een goede nachtrust doet wonderen,' zegt Draco. Het is zo gek om hun twee te horen praten met elkaar. Jarenlang heeft Draco ze uitgescholden en vond zij hem de grootste sukkel die er bestaat. Ik weet dat ze haar best voor mij doet. Omdat ik van hem houd, wil ze hem leren kennen. Ook hij doet zijn best voor mij. Het liefst zou ik ze nu tegelijk willen knuffelen. Deze twee mensen zijn het beste dat me is overkomen de laatste jaren. 'Wat glimlach je?' Ginny en Draco kijken me geamuseerd aan. 'Ik vind jullie gewoon heel leuk,' zeg ik eerlijk. 'Wij jij ook,' zegt Ginny lachend, terwijl ze Draco aankijkt. Hij knikt bevestigend. 'En nu eten!' zeg ik tevreden.

Het ontbijt smaakt heerlijk. De afgelopen dagen aten we een simpel ontbijt van sandwiches of pap. Daarvoor kreeg ik sowieso bijna geen eten. Dus dit was weer een feestmaal. Met mijn rug tegen de muur zit ik op de vensterbank bij het raam. Ik heb weer de kleding aangetrokken die ik gisteren van Ginny heb geleend. Draco staat nog onder de douche. Het voelt leeg om geen doel te hebben in de dag. De afgelopen dagen trokken we van plek naar plek.

In gedachten staar ik naar buiten. Plotseling voel ik Draco's warme ademhaling bij mijn oor. 'Wat ben je diep in gedachten,' fluistert hij. Mijn hart slaat even over als ik naar hem kijk. Zijn haar is warrig en nat, waardoor het net een tint donkerder lijkt dan normaal. Hij draagt een zwart t-shirt, op een lichte jeans. Hij ziet er zo goed uit. Ik trek hem aan zijn arm naar me toe. 'Ik hou van je,' zeg ik. Hij kijkt me een seconde verrast aan. Ik schrok zelf ook van mijn uitspraak. 'Weet ik,' glimlacht hij. Hij slaat even zijn armen om me heen. Ik voel zijn lippen op mijn haren. Een warm gevoel gaat door me heen. 'Stop, ik moet nog kunnen nadenken,' zeg ik plagend. Hij lacht. 'Sorry, liefje.'

'Er moet een manier zijn om mijn vader daar weg te krijgen,' zeg ik. Ginny zit tegenover me aan de keukentafel. 'We moeten alle feiten even op een rij zetten. Waar is hij precies?' zegt ze. 'In het huis van de Malfoys, Wiltshire in Engeland. Hij zit opgesloten in de kelder' zeg ik. Ginny buigt zich over een stuk perkament dat voor haar op tafel ligt. 'Genoteerd,' zegt ze, als ze haar veer van het perkament haalt. 'Je zei dat je niet overal kan Verschijnselen?' vraagt ze. Ik schud mijn hoofd. 'Er is een speciale ruimte in de kelder. Daar kwam ik met mijn vader aan. En ben ik met Draco weg gegaan,' leg ik uit. 'Je kan alleen op die plek Verschijnselen als je heel precies weet waar je moet zijn,' zegt Draco, die net de keuken in komt lopen. Hij gaat naast me op een stoel zitten. 'Is dat de enige plek waar het kan?' Ginny kijkt Draco aan. 'Nee, net buiten het landgoed kan het ook,' zegt hij. Ginny begint weer te schrijven. 'Die twee plekken worden goed in de gaten gehouden,' vertelt Draco. 'Hoeveel dooddoeners zijn er in het huis?' vraagt Ginny. 'Ze zijn niet altijd in het huis. Als Jeweetwel ze nodig heeft,' zegt Draco. Sinds een paar dagen hebben we zijn naam niet meer uitgesproken. Zelfs nu zie ik Draco even ineen krimpen bij het uitspreken van die naam. Onder de tafel leg ik mijn hand op zijn been. Hij pakt mijn hand vast. 'Wij kunnen niet Verschijnselen,' zegt Ginny, wijzend op mij en haarzelf. 'Wat wil je daarmee zeggen?' Draco knijpt zacht in mijn hand. 'Jij kan wel Verschijnselen en je weet waar het is,' zegt Ginny. 'Denk je dat ik daar ooit nog heen gaan? Ben je gek geworden!' Draco springt op van zijn stoel. Mijn hand valt slap langs mijn lichaam. Ginny heeft haar stoel geschrokken achteruit geschoven. 'Draco, rustig,' zeg ik, terwijl ik zijn hand weer vastpak. 'Ik ga daar echt niet heen. Wat denk je wel?' Woest kijkt hij Ginny aan. 'Het was maar een idee,' zegt Ginny zacht. Haar ogen staan fel, maar ze houdt zich in. 'Achterlijk idee,' sist Draco. Het is al even geleden dat ik Draco zo fel heb meegemaakt. Hier had ik op kunnen wachten. Draco en Ginny kunnen beide erg fel zijn. Draco stormt de keuken uit. Even later horen we hem de trap op rennen. Beduusd kijkt Ginny me aan. 'Ik wist niet dat hij boos werd,' zegt ze. 'Kan je niets aan doen. We zijn gewoon aan het brainstormen. Ik denk dat hij erg bang is geworden door alle gebeurtenissen van de afgelopen weken,' zeg ik. 'Dat is logisch natuurlijk,' zegt Ginny. Ik knik. 'Ik ga even naar hem toe, als je het niet erg vindt?' 'Ga maar, ik denk ondertussen wel verder na,' zegt Ginny terwijl ze zich over het stuk perkament buigt. 'Trek het je niet teveel aan,' zeg ik. Ze schudt haar hoofd, waardoor een lok haar achter haar oor vandaan schiet. Het verbergt haar boze gezicht. Met een zucht sta ik op van tafel. We zijn hier net een dag en het gaat nu al mis.

Voorzichtig open ik de deur naar onze kamer. 'Draco?' vraag ik. Ik krijg geen reactie. Als ik in de kamer sta zie ik hem nergens. Het bed is leeg, de stoel is leeg en hij zit ook niet in de vensterbank. 'Draco?' vraag ik nog een keer. Het blijft stil. Wat heeft hij nu weer gedaan? 'Kom op Draco, laat me even met je praten,' smeek ik. Voor de zekerheid kijk ik onder het bed en in de kast. Alsof hij zich daar zou verstoppen, dat zou wel heel kinderachtig zijn. Ik ren de trap naar de volgende verdieping op, ook in Ginny's kamer is hij niet te vinden.

Nu ik hem kenTempat cerita menjadi hidup. Temukan sekarang