Met lood in mijn schoenen

1.1K 66 2
                                    

Mijn handen die hij beet hield legde hij in zijn nek. "Mag ik deze dans van u?" Fluisterde hij. Glimlachend keek ik hem aan, ik haalde mijn handen uit zijn nek, liet deze langs zijn schouders en borstkast glijden zonder hier enig besef van te hebben. "Shar, niet doen." De hese stem waarmee hij sprak zorgde voor de nodige spanning in mijn buik. Snel haalde ik mijn handen van hem af en mompelde sorry. Ik probeerde weg te lopen maar hij was niet van plan dit zomaar toe te laten. "De afgelopen maanden was je behoorlijk onbereikbaar, je was snel weg altijd. Nu ik eindelijk de gelegenheid heb om je te spreken, laat ik je niet zomaar gaan." Wat staat er tegen over? "Een avondje met me mee uit gaan, als je na die avond nee zegt, laat ik je met rust." Promise? "I promise." Deal.

Vermoeid nam ik plaats, de lessen waren langdradig. Veel contact had ik niet met mijn medestudenten, zoals altijd. Meneer Koster had gelijk, ik val altijd net buiten de groep. De meiden in de klas keken me wel aan, maar praten durfde ze blijkbaar niet. De Marokkanen vonden me maar een raar type. De Nederlanders viel ik niet eens op en de rest, ach ik viel gewoon buiten de klas. De les wordt verstoord door Samir die te laat binnenkomt. Hij neemt naast me plaats en kijkt me vervolgens aan. "Heb jij het rapportage bij je?" Ik pak mijn laptop uit mijn tas en start hem op, open het bestand waar het rapportage op staat en geef het aan Samir. "Thanks." Ik knik wat.

Aan het einde van de les loop ik naar mijn locker om hier mijn laptop in op te bergen. Hier tref ik ook Soraya en Melisa. "Hee Nora, we gaan de stad verkennen, ga je mee?" Het verbaasd me dat Melisa mij dit vraagt. "Ja we hadden begrepen dat jij hier woonde, dus.." Zei Soraya op haar beurt. Ik klapte mijn locker dicht en keek ze aan. Best. Veel contact had ik niet, meisjes zowel jongens hield ik op afstand. Marcel is ook een gevalletje apart, hij woont tenslotte twee straten verderop dus dat schiep al gauw een band. Dit was een avontuur.

De meiden hadden het erg naar hun zin en ergens moest ik bekennen dat ik ook wel toe was aan de stad. Als ze dan eindelijk eens vragen of ik een goed terrasje ken, breng ik ze er naar toe en laten we ons vermoeid ploffen op de stoelen. Alle bestellen we wat te drinken. De meiden waren best lief.

Niet veel later wordt ik opgeschrikt. Iemand heeft zijn handen op mijn ogen geplaatst. Maar al gauw ontspan ik, Marcel herkende ik uit duizenden, geen twijfel aan. "Zo Noortje, van het leven aan het genieten?" Neem plaats en bestel wat te drinken. Verzoek ik hem. De meiden en Marcel maakte kennis met elkaar. En al gelijk hing er een sfeer, Melisa en Marcel waren erg in de stemming. Soraya en ik vielen ook al erg gauw in gesprek. Het was een spontane dame, veel praten en lachen zat er bij haar zeker in.

Nadat we de gezellige middag hadden afgesloten liepen Marcel en ik naar de tram. "Zo contact gelegd?" Ja, zo te zien wel. "Leuk meisje die Melisa." Verliefd? Hij reageerde niet. Ik liet mijn mond openvallen en grijnsde. Marcel! Hij begon te grinniken. Dit ga je niet menen? "Niet zo zeer meteen verliefd, maar ze is leuk." We grapte nog even en in de buurt aangekomen bleven we op straat nog even praten.

Niet veel later kwamen een paar jongens die ook bij ons in de buurt wonen bij ons staan en groeten Marcel. Als ze na even gepraat te hebben weer vertrekken trek ik een gezicht alsof ik onder de indruk ben. Zo toe maar, meneertje komt uit de kast, heeft vrienden, vindt een meisje leuk. Toe maar, mis ik iets? Vraag ik hem grappend. "Heb je ook werk voor me of hoe zit het?" Uitbundig begin ik te lachen, als ik dan weer tot adem ben gekomen zie ik dat Marcel er niet om kon lachen. "Ik meen dat." Lieverd, niet doen. A bad Company. "Die jointjes kopen zichzelf niet." Zegt hij verveeld. Marcel? "GRAPJE! Ik heb een sollicitatiegesprek morgen." Roept hij enthousiast. En je verteld me dat niet even van te voren? Vraag ik hem teleurstellend.

De hele namiddag was ik met Marcel. Het voelde goed om weer met hem te zijn, he was a brother from a other mother.

Het uitje met Safouane was in zekere zin geslaagd. Hij wist de juiste handelingen en woorden te gebruiken, maar was dat genoeg om van mij je vriendin te maken? I don't think so.

Ik ben in het pand de spullen aan het verdelen en snijden als Zakaria binnen komt lopen. Zijn blik staat scherp en zijn houding geeft aan dat hij gespannen is. Ha buddy, what's wrong? Vraag ik hem opgewekt. "Ismaïl is gepakt." De opmerking van Zakaria laat me zodanig schrikken dat ik de spullen uit mijn hand laat glijden. "We moeten zijn vrouw op de hoogte brengen." Zegt hij streng. Hij heeft een vrouw? Vraag ik hem verbaasd. Zakaria loopt op me af en komt een centimeter van me vandaan staan, hij spleet zijn ogen en fluistert me vervolgens toe. "Ja, dat weet jij, dat weet ik, onze heilige heer en voor de rest niemand, heb je dat?" De toon waarop hij me aanspreekt staat me niet aan. Dat kun je ook anders formuleren. Hij knijpt zijn ogen nu letterlijk tot spleetjes en gaat hier verder niet meer op in. "Pak je spullen in, we zijn vrouw opzoeken." Waarom ik? "Omdat ik niet zijn vrouw en kinderen ga uitleggen dat hij vast zit. Over mijn lijk." Ja lekker ben jij, ik kan dat ook niet. "Oh nee? Mevrouw was toch zo koud gelaten en wist altijd haar emoties zo goed te verstoppen. Doe je ding." De toon waarop hij spreekt lijkt ijs maar dan ook ijskoud. Dus is het opeens mijn verantwoording zijn familie uit te leggen dat hij vast zit? "Ik ga niet bij iemand zijn vrouw naar binnen. Klaar."

Met veel tegenzin reed ik naar het huis van Ismaïl. Toen we er eindelijk waren keek ik om me heen, hij woonde niet verkeerd. "Ik sla je kapot als we eenmaal binnen zijn en je stil valt. Je verteld het haar!" Ik ging echter niet op hem in en liep naar de intercom, belde aan en hoor een vrouwelijke stem. "Ismaïl, kom verder lieverd, ik heb een verassing!" Hoor ik een zeer opgewekte stem klinken. Zonder te vragen of we wel werkelijk Ismaïl waren opende ze de deur. Vooral nadat ze zei dat ze een verassing voor hem had liep ik met lood in mijn schoenen naar boven. Zij stond blijkbaar te popelen, maar haar houding veranderde al gauw toen ze Zakaria en mij zag. Ze groette hem zo koel als het maar kon en uiteraard vroeg ze als eerst wie ik was. "Dit is een collega." Antwoordde Zakaria. "En wat komt ze doen in mijn huis?" Zakaria glimlachte wat zwakjes, "geen zorgen Faat, ze is cool." De blik in haar ogen voorspelde onweer. "Wat is hier de bedoeling van?" Snel pakte ik de draad in het gesprek op. Aangenaam, Shahira. Jij moet Fatima zijn? Vroeg ik terwijl ik mijn hand uitstak. Even leek het erop dat ik geen hand van haar zou krijgen, maar al gauw legde ze haar hand in die van mij. "Kom verder."

We namen plaats op de bank. "Willen jullie wat drinken?" Nee bedankt, we willen je wat komen vertellen. Ze nam tegenover ons plaats en keek ons bedenkelijk aan. De spanning was te snijden. Ik begon met mijn vingers te spelen en wierp mijn blik op de grond. Ismaïl is onderweg opgepakt, we weten nog niets. Ook niet waar hij zich momenteel bevind. Daar gaan Zakaria en ik straks naar opzoek, Faat geloof me we doen er alles aan om hem daar weg te krijgen. Ze stond als een bezetene op en begon met spullen te smijten. Zakaria trok wat briefgeld en legde dit op de tafel. Hij liep zonder nog wat te zeggen weg. Ik tot in tegenstelling bleef naar haar kijken, liep op haar af en liet haar rustig plaatsnemen op de bank. Sterkte Faat, je ziet ons gauw weer. En zo verliet ook ik het huis.

Al gauw is het bekend waar Ismaïl wordt vastgehouden. We laten een afspraak maken en bezoeken hem vervolgens. Ik had een weekend tas voor hem gekocht met de nodige cosmetische spullen, een trainingspak, sokken, pantoffels, pyjama's en schoenen. Deze geef ik aan Zakaria als hij Ismaïl gaat opzoeken, ik ga namelijk niet mee.

Hij verteld Zakaria welke advocaat we moeten raadplegen, Zakaria geeft mij vervolgens de opdracht dit verder te behandelen. "Shar, tomtom is ready to go. Dus ik vertrouw erop dat je het vindt. Bel me."

Hij klapt het portier dicht, het is werkelijk een rotdag. Zelfs het weer zit niet mee.

Good girls, do bad things Kde žijí příběhy. Začni objevovat