Dat ik stil liggend geld heb, betekend niet dat ik geen geld heb

504 39 7
                                    

'Nora, kun jij even naar de winkel voor me gaan? Ik krijg straks een paar vriendinnen over de vloer.' Knikkend loop ik naar de gang om m'n jas en schoenen aan te trekken. 'Ik ga even geld en het boodschappenlijstje voor je pakken.' Als ze me het geld wilt geven, druk ik het terug in haar hand. 'Noor, neem nou aan.' Ik schud m'n hoofd. 'Dat ik stil liggend geld heb, betekend niet dat ik geen geld heb. En het betekend al helemaal niet dat jij je zorgen hoeft te maken over geld.' Ze knikt, ik weet dat ze iets gaat zeggen. 'Is dit dan jouw leven? Je bent een knappe vrouw, slim, waarom ga je toch niet aan de man Noortje? Kijk naar Dounya, die heeft het super naar haar zin. Een gezin, een man in je leven, gaat je zoveel goed doen.' Kort glimlach ik naar haar. 'Maak je geen zorgen om mij, ik red me wel.' Nog zonder wat te zeggen loop ik de deur uit. 'Nora!' Ik kijk op en zie dat Marouane vanaf de flat aan de overkant me roept. Ik glimlach en steek m'n hand in de lucht. 'Ga je naar de appie?' 'Ga je mee?' Roep ik terug. 'Wat ga je halen?' Vraagt hij me als we allebei beneden op de parkeerplaats staan. 'Paar dingetjes voor m'n moeder, wat ga jij doen?' Hij rolt een jointje, terwijl hij zijn schouders ophaalt. 'Ik weet het niet, eigenlijk wacht ik op Marcel. Maar die laat niets van zich horen.' Weer haalt hij zijn schouders op, 'kom we gaan boodschappen doen.' 'Denk maar niet, dat je die bij mij in de auto opsteekt.' Hij trekt een zuur gezicht. 'Gaan we weer ingewikkeld doen?' Ik reageer verder niet op hem. Als ik mijn auto voor de buurtsuper parkeer, zie ik aan Marouane's houding dat hij gespannen is. 'Ik wacht anders wel in de auto.' Zegt hij terwijl hij zijn capuchon over zijn hoofd trekt. Verontwaardigd kijk ik hem aan. 'Is er iets dat ik moet weten?' Hij schudt zijn hoofd. 'Nee, nee. Dus ga maar, ik blijf hier.' Ik weet dat er wat is, maar ik reageer er verder niet op. Hij heeft blijkbaar geen behoefte aan om het met mij te delen. Als ik bij de kassa aankom, voel ik me bekeken. De spanning lijkt niet alleen mij te bereiken, het meisje achter de kassa kijkt me angstig aan. Argwanend kijk ik haar aan. Bijna wil ik haar vragen of er iets is, maar dan bedenk ik me, alsof dat iets zou opleveren. Met de boodschappentassen loop ik naar mijn auto. Maar nog voordat ik de auto bereik, laat ik de tassen vallen en ren naar de auto. Een man trekt aan het handvat maar krijgt mijn portier niet open. Nog een andere man probeert mijn ruit in te slaan. 'Waar zijn jullie in godsnaam mee bezig?' Er wordt niet op mij gereageerd. Ik loop op een van de heren af en trek hem bij zijn kraag achteruit, en duw hem met snelheid weer terug tegen mijn auto aan, waardoor hij met een klap op de grond valt. Nog voor hij op kan staan, blijf ik hem na trappen. De andere man trekt aan mijn haar, maar ik negeer hem. Voor ik er erg in heb, lig ik op de grond en zie ik dat er een voet op mijn gezicht afkomt. Snel rol ik weg en probeer ik op te staan. Marouane komt nu ook uit de auto. Veel mensen komen om ons heen staan, uit angst rennen de twee mannen weg. Mijn neus bloed, uit mijn mond komt bloed, mijn haar staat overeind. Ik hoor dat mensen aan me vragen hoe ik me voel, of het wel gaat. Maar ik reageer op niemand. Ik loop mank langs de mensen heen, pak mijn tassen van de grond en gooi ze in de kofferbak. Voordat ik mijn straat inrijd, parkeer ik mijn auto en kijk Marouane aan. 'Ga je me nog vertellen waarom ik klappen heb gevangen of vind je het prima zo?' Hij zucht. 'Sorry, ik weet het niet.' 'Lul niet.' Zeg ik kortaf. 'Ik ben ze geld schuldig.' 'Hoeveel?' Hij haalt zijn schouders op. 'Vijftienhonderd euro.' Ik begin te lachen. 'Oké, dus ik moet thuis nu ruzie maken over mijn verschijning voor niet eens twee kop?' Verontwaardigd schud ik met mijn hoofd. 'Paar gram.' Zegt hij. Fronsend kijk ik hem aan. 'Sinds wanneer doe je dit?' 'Niets bijzonders.' Zegt hij luchtig. 'Nee, dat snap ik, vijftienhonderd euro is inderdaad niets spannends. Maar dat was mijn vraag niet. Laat ook maar Marouane. Doe wat je vooral niet laten kan. Maar denk niet dat je spul kunt stelen zonder daar gezeik over te krijgen. Paar gram of niet, het draait allemaal om vertrouwen en loyaliteit. Zo kom je nooit boven, maar goed. Laat me je een wijze les geven, hosselen moet je alleen doen als je alternatief, op straat komen te staan is. Geloof me, al dat geld is het niet waard.' Hij kijkt strak voor zich uit, hij balt zijn hand tot een vuist. Ik herken iets in mezelf in hem. De overmacht van armoede. Alleen zal hij er te laat achter komen dat hij stom bezig is, of hij komt er nooit achter en wordt gevonden in een sloot. Ze geloven half niet hoe ernstig zwaar geld verdienen is. 'Wat is er met jou gebeurd?' Ik zie hoe lijkbleek ze wordt. 'Ik haalde twee vechtende mensen uit elkaar.' Haar ogen staan groot. Ze gelooft me niet. 'Nora' ik hoor de bezorgde ondertoon in haar stem. 'Mam, waarom geloof je me niet als ik je vertel dat het niets voorstelt?' Haar ogen worden vochtig. 'Je hebt me vijf jaar verlaten. Van mijn omgeving moest ik me erbij neerleggen dat je dood was, vermoord of gegijzeld. Als je mij die brief niet had gestuurd, was ik verlamd Nora. Het mentale ging over tot het fysieke. Wie belooft me dat je niet nog eens verdwijnt.' Met een servetje veegt ze haar tranen weg. Ik leg de boodschappen op het aanrecht en loop naar de badkamer om mezelf op te frissen. Later in de avond lig ik in mijn bed, starend naar het plafond. Ik denk even nergens aan. Een momentje rust. Even helemaal niks. Tot dat ik mijn mobiel voel trillen onder mijn kussen. Een sms. 'Noor, ze rijden rondjes in de straat. Een wapen, is dat te regelen?'

Good girls, do bad things Tempat cerita menjadi hidup. Temukan sekarang