Kruispunt

619 45 4
                                    

Ik klim in de zwarte jeep, neem plaats achter het stuur en laat de motor draaien. De adraline pompt zich door mijn lichaam heen, een kick, een paar kicken. De emoties bruisen door mijn lijf, mijn onderbuik is actief en dan dringt het tot me door. Deze nacht, wordt genadeloos.

Als ik zie dat iedereen zit en klaar is voor vertrek druk ik de handrem vrij en laat de wagen rijden. De snelweg op, ik trap de auto flink op zijn staart. Dit zorgt alleen voor meer adralinestoten.

We stappen uit, de parkeerplaats is afgelegen. De nacht is nuchter, de lucht is helder, de geluiden van draaiende motors dringt tot me door. Gauw stappen we allen weer in, locatie wijziging.

Bij een kruispunt aangekomen scheuren de auto's langs elkaar heen, binnen mum van tijd staan we stil, allemaal. Ik zie dat een passagiersportier open gaat, tot mijn verbazing stapt Fatima uit. Ze ziet er goed uit, een glimlach siert haar mond. Automatisch kijk ik via mijn binnenspiegel naar Ismaïl. Dit is geen makkelijke opgave voor hem, dat weet ik. Nu is het mijn beurt om uit te stappen. Ik adem diep, klik mijn gordel los en open het portier. Doordat de jeep hoog is moet ik mezelf als het ware laten glijden. Als mijn hakken op de grond terecht komen voel ik de adraline opnieuw stoten. Ik sla het portier dicht waardoor ik zichtbaar wordt voor Fatima. Beide lopen we naar het middelpunt, op deze manier komen we tegenover elkaar te staan.

"Je bent het verre van bang." Geamusseerd kijk ik haar aan. Heb je daar ooit aan getwijfeld dan? Ze glimacht zwak. "Nooit, ik heb je gewaarschuwd. Je hebt mijn wijze raad niet opgenomen. Dat stelt me echter teleur." Ik hoor haar gemene ondertoon, ze draait een rondje om me heen en stompt me vervolgens in mijn zij. Mijn geraamte trekt zich bij een, dat was een rake klap. Maar opgeven zou ik niet. Met een zware adem geef ik haar een trap tussen haar knieën in waardoor ze omver valt. De woorden die Safouane eerder deze avond uitbracht hoor ik in mijn gedachtegangen 'genadeloos.'

Ik zie dat ze probeert bij te komen, en net als ze genoeg krachten bijeen heeft trap ik haar tegen haar hoofd aan. Haar stomp voel ik nog steeds, waardoor ik steeds blijf na trappen. Uit mijn ooghoek zie ik dat iemand uitstapt. Maar dat is niet iemand van mijn team. Hij richt zichtbaar een wapen op mij, zo snel als ik kan trek ik mijn wapen tevoorschijn. Net wanneer ik wil overhalen word er hulp verleend, Faissal schiet de man overhoop. Fatima kreunt even maar valt dan weer terug op de grond. Nadat Faissal heeft geschoten gaat alles heel snel.

Er wordt rond geschoten, mensen verstoppen zich en mensen raken anderen. Spanning loopt hoog op, heel erg hoog. Ik was ervan bewust, als ik nu niet scherp zou zijn, zou dit mijn dood worden.

Ismaïl heeft Zakaria in het vizier die zojuist Emilio in zijn been heeft geschoten. Ik zie het gebeuren, hij haalt over, en hij was niet van plan om te spelen met kleuterspeelgoed. Hij heeft met beide handen een machinegeweer vast. Pijl in de roos, het machinegeweer laat zich horen, het vuren weet van geen ophouden. Wraakzucht, macht en geld. Daar doen we het voor, allemaal.

Good girls, do bad things Where stories live. Discover now