55

4.1K 96 0
                                    

Wat vooraf ging... Adil Ranislanski was trots op zijn zoons. Ze stonden stevig in hun schoenen en konden als de beste voor zichzelf opkomen. Ze lieten zich niet bedonderen. Ze hadden beiden het harde in hun karakter. Rayan ging hier alleen een stapje verder in, veel verder. De jongen was een geboren leider. Later in de avond bleven Rayan en Issam alleen achter. Rayan wachtte af. Hij wist dat Issam één of ander opmerking zou maken. 'Ze ziet er beeldschoon uit, vind je ook niet?' Er hoefde geen naam te worden genoemd. Ze wisten alle twee om wie het ging. 'Inderdaad,' zei Rayan. Issam glimlachte sluw. 'Je vindt het toch niet erg als ik wat interesse in haar toon?' Blijf klam zei Rayan tegen zichzelf. 'Volgens mij hadden we niet zo lang geleden nog een gesprek waarin ik je het één en ander uitlegde.' 'O, je bedoelt het gesprekje waarin je me vertelde dat ik bij haar uit de buurt moet blijven en dat ik er spijt van zal krijgen als ik dit niet doe.' Rayan glimlachte gemaakt. 'Zie je, je weet het zelf heel goed. Ik hoef het dus niet te herhalen.' Issam lachte net zo gemaakt. 'O, het was het proberen waard. Ik ben alleen niet van plan naar je te luisteren.' Rayan vernauwde zijn ogen. 'En wat houdt dat in?' 'Dat je me niet tegen kunt houden als ik besluit werk van haar te maken.' Rayan haalde diep adem. 'Dat zou niet heel verstandig zijn.' 'En waarom dan niet?' Rayan stond razendsnel op. 'Omdat je me dan dwingt bepaalde dingen te doen. Blijf uit haar buurt Issam.' Rayan liep daarna de kamer uit. Issam lachte en keek met een tevreden blik voor zich uit. In de hal kwam Rayan Dalila tegen. Ze was op weg naar de woonkamer. Met een frons op het gezicht nam ze hem op. 'Wat is er met jou aan de hand? Je ziet er niet bepaald vrolijk uit.' 'Nu weer wel.' Hij sloeg zijn armen om haar heen en knuffelde haar stevig. Die knuffel bleef haar de rest van de dag bezig houden. Het was zo oprecht geweest. Hij was zo oprecht geweest. De schurk kon het als geen ander. Hij kon haar als geen ander knikkende knieën bezorgen. Dalila stond op een gegeven moment op en ging naar de keuken. Issam volgde al snel. Hij nam haar van top tot teen op. Dalila voelde dat ze werd bekeken en draaide zich om. Hij glimlachte naar haar. 'Hoi daar.' Dalila glimlachte terug. Issam kwam de keuken binnen gelopen en ging tegen de aanrecht staan. 'Hoe bevalt het je hier?' 'Ik heb niks te klagen.' 'Houdt je het een beetje uit met die broer van mij?' 'Rayan is oké.' 'Oké, dat hoor ik ook voor het eerst. Straks ga je nog zeggen dat hij aardig is.' 'Dat is hij ook.' Ongelovig staarde Issam haar aan. 'Je maakt zeker een grapje.' 'Nee, dat doe ik niet. We kennen zijn reputatie, maar hij is niet alleen die Rayan. Hij is ook de Rayan die voor zijn dierbaren opkomt.' Issam luisterden met ongeloof naar wat ze hem vertelde. Het was hem duidelijk dat de dame zijn grote broer niet zou afvallen. 'Laten we het er dan maar ophouden dan we van mening verschillen. Kan ik je niet overhalen morgen iets met me te gaan drinken?' 'Nee, dat kan ze niet.' Ze draaiden zich beiden naar Rayan om die ook de keuken binnen kwam. Hij ging naast Dalila staan en legde een hand op haar schouder. 'De dame heeft met mij afgesproken.' Dalila moest haar verbazing verbergen. Dit hoorde ze ook voor het eerst. Ze zou hem eigenlijk bij zijn oor moeten pakken omdat hij voor haar besliste, maar als ze heel eerlijk was moest ze toegeven dat ze hier eigenlijk wel blij om was. Ze wilde helemaal niet met Issam mee. Ze wilde bij hem zijn, bij hem en bij niemand anders. 'Op die manier,' zei Issam. Hij moest zijn kalmte bewaren. Rayan was hem ook altijd te slim af, maar hij zou hem wel krijgen! 'Dan doe we het gewoon een ander keer.' 'Dat doen jullie niet,' zei Rayan. 'Mag de dame hier zelf over beslissen,' was Issam's tegen woord. Alle ogen waren op haar gericht. 'Nee, ik doe hier niet aan mee,' was Dalila's antwoord. Rayan en Issam knikten. 'Daar kan ik mee leven,' zei Rayan. 'Ik ook,' zei Issam. Hij wierp Rayan een uitdagende blik en liep toen weg. Rayan zuchtte diep. 'Moest dat echt?' vroeg Dalila aan hem. 'Hij probeert me al de hele tijd uit de tent te lokken. Ik kan hier aardig mee omgaan, maar zodra hij toenadering tot jou zoekt, wil ik hem het liefst bont en blauw slaan.' Ongelovig keek ze hem aan. 'Het is je broertje!' 'Hij moet met zijn poten van je afblijven!' Ze haalde diep adem. 'Ik wil ook helemaal niks van hem,' fluisterde ze. 'Dat is maar goed ook, want dit zou ik ook niet toelaten.' Ze gaf hem een harde stomp. 'We gaan niet bazig doen Ranislanski, en al helemaal niet bezitterig.' Zijn ogen werden donker. 'Ik ben wel degelijk bezitterig Dalila, heel bezitterig. Je bent van mij en ik ben niet van plan je met iemand te delen, met niemand, je bent van mij.' 'Ik ben geen voorwerp Rayan.' Zijn ogen werden nog donkerder. 'Nee, absoluut niet, alles behalve. Ik wil je bij me hebben. Om je te kussen, om je te kunnen knuffelen, om je te beschermen... Ik wil jou, en ik deel je met niemand. Je bent van mij.' Ze smolt van binnen. 'Je bent een charmante schurk Ranislanski.' Hij grijnsde en drukte een kus op haar mond. 'Als niet iemand elke moment zou kunnen binnen komen zou ik je net zo lang kussen totdat we elkaar door ademgebrek zouden moeten loslaten.' Ze glimlachte en deed plagend een stap bij hem vandaan. 'Straks zijn we alleen,' zei ze en liep weg. In de deuropening bleef ze staan en glimlachte ondeugend. 'Ik verheug me erop Ranislanski.' Ze knipoogde naar hem en liep toen weg. Met een brede grijns op het gezicht keek hij haar na. De rest van de avond kon hij aan niks anders denken. Hun blikken vonden elkaar geregeld. Het was net smeltend vuur. Straks dacht hij. Straks zal ik de mooie dame kussen. In zichzelf moest hij lachen. Nadat zijn ouders en Issam vertrokken bleven ze met z'n drieën op. Yasmin stond op een gegeven moment geeuwend op. 'Ik houd het voor gezien. Maar voordat ik ga...' Haar ogen twinkelden. 'Rayan, vind je ook niet dat Dalila er beeldschoon uitziet.' Zijn blik ging naar haar toe.'Meer dan dat zusje.' Yasmin glimlachte ondeugend en verliet toen de kamer. 'Ze vindt het geweldig mij voor het blok te zetten,' zei Rayan tegen Dalila. Er verscheen een glimlach op haar gezicht. Yasmin had haar tot nu toe nog niet uitgehoord, maar Dalila wist dat ze nieuwsgierig was. Ze kon het haar niet kwalijk nemen. Het ging hier om haar broer. Het was meer dan logisch dat ze wilde weten wat er tussen hen gaande was. Dalila wist ook dat Yasmin het juist leuk vond. Dalila wilde alleen niet dat ze valse hoop zou koesteren. Net zo min als ze wilde dat zij deze zelf zou gaan koesteren. Het zou heel dom zijn dingen van hem te verwachten die hij wellicht helemaal niet waar zou maken. Het was verstandig met beiden benen op de grond te blijven staan. Ze wilde bij hem zijn, maar ze haalde zich geen romantische ideeën in haar hoofd. Hij heeft duidelijk gemaakt dat hij om haar geeft, maar over houden van repte hij geen woord. Ze kon er nog altijd niet met haar hoofd bij dat ze tegenwoordig op deze manier met elkaar omgingen. Als ze hun situatie van nu met vroeger vergelijkt is het te bizar voor woorden. Ze zou zich ook geen romantische ideeën in het hoofd halen. Ze wilde uiteraard meer van hem. Ze wilde dat hij haar gevoelens zou delen. Ze moest nog altijd aan het idee wennen dat ze van hem hield, maar op hetzelfde moment was het de meest natuurlijkste ding ooit. Ze hield van hem. Wie had dat ooit gedacht, dat zij, Dalila Yasrin, zou vallen voor Rayan Ranislanski. Als iemand dit een paar maanden geleden tegen haar had gezegd zou ze diegene hebben uitgelachen. Ze hield van hem. Ze hield zoveel van hem dat ze er zelf van schrok. Ze moest denken aan maanden terug. Iemand had hem proberen te vermoorden. Ze kon zich herinneren dat ze bang was geweest. Maar nu, de gedachte dat hem iets overkomt... Ze moest een brok wegslikken. De sukkel moest het niet wagen! Hij moest het niet wagen dat hem iets zou overkomen! Nog altijd herinnerde ze zich niet wie achter de ontvoering van Yasmin zat. Ze wilde weten wie zo wreed was. Eerst had ze alleen de waarheid willen achterhalen omdat ze dan verder zou kunnen gaan, maar het was nu zoveel meer. Ze hield van Yasmin. Ze zou nooit vergeten wat ze allemaal voor haar heeft gedaan. Terwijl de rest van de wereld haar behandelde als een gestoord gek, was Yasmin de enige die haar als haar gelijke behandelde. Ze zou dit nooit vergeten. Ze was zo dankbaar voor haar vriendschap. 'Wat is er?' vroeg hij bezorgd. Zijn stem deed haar opkijken. Hij stond op en knielde naast haar neer. 'Wat is er?' Met beangstigde ogen keek ze hem aan. 'Beloof me dat je uit zult kijken. Beloof me dat je niks roekeloos zult doen.' 'Ik zal ze geen genade tonen Dalila.' Ze schudde haar hoofd. 'Dat bedoel ik niet. Beloof me dat jij zult uitkijken, dat je voorzichtig zult zijn.' Zijn ogen werden donker. 'Bedoel je te zeggen dat je bezorgd om mij bent?' vroeg hij op fluistertoon. 'Natuurlijk,' zei ze zacht. Zijn hart maakte een sprongetje. Hij hief zijn hand op en streelde haar gezicht. 'Dat betekent veel voor me Dalila. Het betekent veel voor me dat ik iets voor je beteken.' Ze drukte haar gezicht tegen zijn handpalm. 'Natuurlijk.' 'Nee, zo vanzelfsprekend is het niet. Ik ben nou niet de meest aardige persoon, en zeker niet altijd tegen jou.' Ze beet op haar lip. 'Hier ben ik me van bewust, maar ik geef wel om je.' Het was niet de gehele de waarheid, maar goed, hij wist nu dat hij ervoor haar toedeed. Hij ging naast haar zitten en nam haar in zijn armen. Hij was bang dat hij haar zou verpletteren met zijn omhelzing. Hij wilde haar echter duidelijk maken hoeveel het voor hem betekende. 'Je hebt een groot hart Dalila Yasrin,' zei hij. Met een dapper glimlach keek ze hem aan. 'Dat valt reuze mee.' Ik houd van je, dacht ze. Natuurlijk vind ik het belangrijk wat er met je gebeurd. Hij keek haar diep in de ogen aan, met een ernstige blik in haar ogen. 'Wij gaan toch niet sentimenteel worden hè Ranislanski, jij en ik.' Hij lachte zacht. 'Jij en ik? Hoe kom je daar nou weer op.' Er verscheen een brede glimlach op haar gezicht. Ze kon met hem lachen. Ze kon met discussiëren, ze kon ruzie met hem maken... En allemaal vond ze het geweldig! Met zijn duim streek hij over haar onderlip. 'Ik ben het niet vergeten schoonheid.' Ondeugend keek ze hem aan. 'En ik had dat nog zo gehoopt.' 'Dat klinkt als een uitdaging schatje. Ik wil je maar al te graag bewijzen dat er geen waarheid in jouw woorden schuilt.' Ze sloeg haar armen om zijn hals. 'Ga je gang zou ik zeggen.' Dat liet hij zich geen tweede keer zeggen. Ze kusten elkaar lang en innig. Ze hadden inmiddels vele kussen gedeeld na hun eerste kus. En elke kus werd beter en beter. Elke kus wist ze te raken. Haar lippen waren opgezwollen nadat ze elkaar loslieten. 'En, heb ik je kunnen overtuigen?' 'Hmm, even denken hoor.' 'O, je bent dus nog niet helemaal overtuigd, dan zit er maar één ding op.' 'En dat is?' 'Dat weet je geel goed.' 'O, je bedoelt nog een ronde.' 'Kijk, ik hoef me bij jou niet te herhalen.' Haar ogen glinsterden van plezier. Hun tongen vonden elkaar in een intieme dans. Hij sloeg zijn armen dichter om haar heen. Ze kusten elkaar lang. Ze lieten elkaar toen los om op adem te komen. Wanneer ze elkaar in de ogen aankijken kunnen ze weer van voor af aan beginnen. Niet dat je iemand van hun hierover hoorde klagen. Op het moment dat ze elkaar dan wel loslieten keken ze elkaar aan en schoten ze beiden in de lach. Hij ging achterover zitten en trok haar met zich mee. 'Zo, heb ik je deze keren wel weten te overtuigen?' Ze hief zichzelf op en draaide zich naar hem om. 'Dat had je de eerste keer al.' 'Dat dacht ik al.' Ze snoof. 'Wat een arrogantie.' 'En jij vindt het geweldig.' 'Nou, ik...' Hij kietelde haar. 'Wat had je nu?' Ze lachte en ging weer dicht tegen hem aan zitten. 'Helemaal niks Ranislanski. Ik vind je nog altijd een schoft.' Hij schoot in de lach. 'Je bent onverbeterlijk.' 'En dat vind jij zo geweldig.' 'Als je dat maar weet.' Hij drukte een kus in haar nek. 'Ik vind het fijn dat je hier bij me bent schatje.' Ze smolt. 'En ik vind het fijn bij jou te zijn,' fluisterde ze. Hij drukte haar dicht tegen zich aan. In tweestrijd, de volgende dag, stond ze naar de dozen te kijken. Het was dagen geleden dat Rayan en zij haar spullen waren gaan halen. Ze hadden de dozen in de logeerkamer neergezet en tot nu toe had ze zichzelf er nog niet toe kunnen aanzetten deze te doorzoeken. De dozen bezaten haar spullen. De spullen hielden herinneringen in. En hoe moeilijk het ook was, ze moest zichzelf ermee confronteren. Ze haalde diep adem en opende de eerste doos. Hier zaten allemaal oude kleren in. Een droevig gevoel overviel haar, maar ze zette door. Ze bekeek elke kledingstuk. Er speelde een sombere glimlach op haar gezicht. In de volgende twee dozen vond ze nog meer kleren. Dit keer was de glimlach op haar gezicht een stuk vrolijker. Ze had van winkelen gehouden. Het was dan ook afschuwelijk geweest de rampzalige kleren te moeten dragen die ze haar in de inrichting hadden gegeven. Ze was blij dat dit niet meer het geval was. Ze had helemaal niet gewild dat hij haar kleren zou betalen, of wat dan ook, maar een kledingkast met kleren die ze graag droeg had een wonder voor haar zelfvertrouwen gedaan. In een volgende doos die ze open maakte vond ze allemaal bureauspullen. Hier zat ook haar favoriete mok in. Marwan dacht ze. Deze had ze van hem gekregen. Haar broer had haar niet altijd gemakkelijk affectie getoond, maar ze wist dat hij van haar had gehouden. Ze kon het hem niet eens kwalijk nemen dat hij het moeilijk vond zijn gevoelens te uiten. Hun vader had hem hierin nooit het goede voorbeeld gegeven. Ze miste hem. Ze miste hem vreselijk. En waar hij ook was... Ze kon alleen maar hopen en bidden dat hij in orde was. Het gevoel hem te willen terugzien werd haar bijna te machtig. Tranen schoten in haar ogen. Ergens hier moesten toch fotoalbums liggen. Ze maakte snel een andere doos open. Hier vond ze wat ze zocht. Haar handen trilde. Ze streek over de eerste album, bang deze gelijk te openen. Ze zette zich hierover heen en sloeg de eerste fotoalbum open. Ze glimlachte bij het zien van haar eigen babyfoto's. In de volgende album stonden allemaal foto's van haar en haar ouders samen. Een traan stroomde langs haar wang toen ze haar moeder zag. Er ging geen dag voorbij of ze dacht niet haar. Ze miste haar moeder vreselijk. Ze miste haar aanraking en haar warmte. Wanneer ze aan haar dacht wilde ze niet aan haar denken als de vrouw die haar had laten opsluiten, maar als de vrouw die van haar had gehouden en haar had beschermd. Haar vader was er dan niet goed in geweest affectie te tonen, maar haar moeder had juist precies geweten hoe ze dit had moeten doen. Ze had haar en Marwan alle liefde van de wereld gegeven. Het had Marwan daarom ook zoveel moeite gekost weg te gaan. Hij en haar vader hadden vrijwel altijd met elkaar overhoop gelegen. Marwan had vaak gedreigd weg te gaan, en op een dag had hij dat ook echt gedaan. Haar gedachtes gingen terug naar die dag. Na een knallende ruzie met hun vader had hij er genoeg van gehad. Hij was toen vastbesloten weg te gaan. Dit keer hadden de smeekbedes van hun moeder niks kunnen uithalen. Dalila was op haar kamer geweest op het moment dat de ruzie gaande was geweest. Marwan was daarna haar kamer binnen gekomen. De blik in haar ogen had haar alles verteld. Ze was opgestaan. Hij had zijn armen stevig om haar heen geslagen 'Het spijt me zusje,' had hij geëmotioneerd gezegd. 'Ga je echt weg?' had ze met trillende stem gevraagd. 'Ik zal wel moeten. Ik houd het hier niet meer uit. Zeg alsjeblieft dat je het begrijpt.' Ze had geknikt. Hij had zijn hoofd gebogen. Op het moment dat hij haar had aangekeken hadden zijn ogen vol liefde gestaan. 'Ik heb het niet altijd even goed laten blijken Dalila, maar ik houd van je.' De tranen waren over haar wangen gestroomd. 'En ik houd van jou.' Hij had toen een kus op haar voorhoofd gedrukt en had haar kamer verlaten. Dat was het laatste wat ze van hem had gezien. Ze miste hem meer dan ooit. Dalila keek op en bladerde verder. Er verscheen een glimlach op haar gezicht toen ze de volgende album doorbladerde. Een knappe jongeman met zwart haar en groene ogen keek haar vanuit de foto aan. 'Marwan,' fluisterde ze. 'Ik mis je.' Ze streek met haar vingers over de foto. Ze bekeek de rest van de foto's en maakte vervolgens de laatste doos open. Hier zaten allemaal mappen in van haar werk, Creatieve. Ze had haar ziel en zaligheid in haar werk gestopt. Ze hield ervan. Het was een troost dat ze nu de kans kreeg haar creativiteit de vrije loop te laten. Hier mocht ze Rayan dankbaar voor, en dit was ze ook. Ze genoot ervan aan dit huis te werken. Ze stopte haar alles erin. Na haar studie was ze gelijk begonnen met werken. Ze had het geluk gehad aangenomen te worden bij Creatieve. Een bedrijf met een goede reputatie en die zijn naam nog eens waard was ook. Ze had niet verwacht dat ze zou aangenomen worden. Ze had geen ervaring gehad. De enige ervaring die ze wel had gehad was door stages. Ze had dan ook niet verwacht dat ze zou aangenomen worden bij zo'n groot bedrijf, maar dat was wel degelijk gebeurd. Ze was dolblij geweest. Hoe hebben ze mijn afwezigheid daar verklaart vroeg ze zich droevig af. Niemand van het bedrijf had haar opgezocht. Ze had juist een goede ligging in het team gehad. Ze was een vrolijke, warme persoon, dat was dus niet gek geweest. En toch, niemand had haar bezocht. Niemand had willen weten hoe het met haar ging. En zo waren er wel meer personen in haar omgeving geweest die niet naar haar hadden omgekeken. Dat is gek, en dat wist ze ook wel. De vriendenkring die ze had opgebouwd had niet uit egoïstische personen bestaan. En toch waren ze nooit bij haar geweest, helemaal niet, zelf haar ouders niet. Ze sloeg de laatste map open. Op het moment dat ze deze wilde opbergen viel haar oog op een brief. Fronsend maakte ze de envelop open. Haar hart ging als een razende tekeer toen ze de eerste paar regels las. Het was een brief van haar moeder, aan haar gericht.

Like a child Deel1 #VoltooidWhere stories live. Discover now